oogsttijd niet (gelijk in 't Evangelie) het onkruid laten inzamelen, maar omgekeerd de tarwe, die boven durd uitschiet. Daar is dus een reden om aan het noordelijk kustenland te denken. Merkwaardig is het ook dat de dichter (verg. Mathaeus V, 13) het woord sal (zout) eenvoudig als zeezout opvat. Verder op (VII, 27) maakt de dichter, om begrijpelijker te zijn, den wind in 't algemeen tot westwind, welke aan die zeekust voor de huizen gevaarlijk was.
Verder weet iedereen dat Lodewijk de Vrome den Heliand deed opstellen ter versterking van het Christendom. Dit wijst ook niet naar Westphalen, alwaar bij Karel des Grooten tijd reeds bisdommen ingericht waren. In Oost-Saksen daarentegen wankelde het Christendom door allerlei oorzaken. Daarom besloot Lodewijk de reizende zangers te gebruiken om den godsdienstgeest aan te wakkeren, en, volgens Jostes, is Heliand onder bisschop Ebbo van Bremen, vroeger aartsbisschop van Reims, later van Hildesheim, den zoon van eenen Saksischen landman, opgesteld en wel niet door eenen geestelijke, maar door eenen leek.
Merkwaardig is het hoe de geheele tekst, hoe het geheele leven van Jesus geschreven is met zulke kleuren en geuren als aan het volk der achtste eeuw in Oost-Saksen het best verstaanbaar waren.
Men zou het kunnen vergelijken bij dergelijke pogingen, die in onzen tijd worden gedaan, b.v. door het lijden Christi voor te stellen in de kleedij der 15e eeuw, wanneer de kruisweg voor eene kerk van dat tijdperk is bestemd (Hendrickx, te Antwerpen), of ook door de apostelen voor te stellen als slecht gekleede visschers en metselaars van ons tijdperk (von Uhde) enz.