Dietsche Warande. Nieuwe reeks 2. Jaargang 6
(1893)– [tijdschrift] Dietsche Warande– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 409]
| |
Tweede halve rei.Dagen aan dagen en nachten aan nachten
Toonen en leeren de scheppende krachten
Zijner eewige wetenschap.
| |
Rei.Geene spraak en geene woorden
Klinken als die wondre klanken,
Die in eindelooze accoorden
't Allen kant den Schepper danken.
| |
Verhaal.Als een bruigom, die de sluimerstede,
Waar de bruid nog lachend slaapt, verlaat,
Komt uit 's heeren tent de zon getreden,
Als een held, die blij ter zege gaat.
Gansch de wereld door,
Glanst haar gloeiend spoor,
Voor wier stralen niets verholen staat.
| |
[pagina 410]
| |
Beurtzang.
| |
IIRecht is 't bevel van onzen God,
't Verheugt het hart, verheft en sticht,
Des Heeren heilig vroom gebod
Is aller zielen toeverzicht.
| |
IIIDe vrees des Heeren, rem en echt,
Heeft zich door de eewen heen verspreid.
De waarheid en des Heeren recht
Zijn samen Gods gerechtigheid.
| |
Eene stem.Schooner zijn ze dan het goud,
Dan het rijkste diadeem;
Zoeter dan de zoetste honing,
Dan de mildste honingzeem.
Hij die 's Heeren wetten houdt,
Heeft zijn heil op 't recht gebouwd,
Vindt in vreugd en vreê belooning,
Zoeter dan de zoetste honing.
| |
Eerste halve rei.Zoeter dan de zoetste honing.
| |
Eene stem.Wie kan weten of men faalt?
Zoo ik, in 't verborgen, mis,
Heere, zuiver mij van zonden.
Houd mijn herte rein en frisch
Wen geen trotschheid zegepraalt,
't Overwicht in mij behaalt,
Word ik puur voor u bevonden.
Heere, zuiver mij van zonden.
| |
[pagina 411]
| |
Tweede halve rei.Heere, zuiver ons van zonden!
| |
Rei.o Heer!
Hoe de woorden onzer monden klinken,
Wat ons hert gevoelt of geest kan denken,
Welgevallig rijz' het voor uw aangezicht.
o Heer!
Gij, ons rots, Gij, ons verlossend liefdelicht.
|
|