| |
| |
| |
Beeldhoudkunst
Standbeelden-Nieuws.Ga naar voetnoot(1)
Luim of Ernst?
III.
WIJ hebben in lang geen Standbeelden-Nieuws gegeven.
Reeds een paar malen hebben wij ons echter de vraag gesteld, wat men van die standbeelden-oprichtings-woede (!) te denken hebbe...
Wellicht hebben de afgeloopen koude winter en de watervloeden een weinig afkoelend erop gewerkt.
In ons eerste artikel over dit onderwerp, in 1889, is er aangetoond dat het prachtige, kunstrijke Athene zijnen val nabij was, toen het, van de aloude eenvoudigheid afwijkende, 300 standbeelden voor eenen en denzelfden persoon ging oprichten. Doch zulke oude voorbeelden, zulke pruikerige waarschuwingen zijn niet welsprekend!
Of Bismarck al zeide: ‘Gij Keulenaars, richt mij toch geen standbeeld op. Later zult gij er spijt van
| |
| |
hebben als de bordjes zullen verhangen zijn....’ Bismarck sprak in den wind; de bordjes zijn, zooals elkeen weet, verhangen, en daar staat nu de beroemde man nog altoos met de hand aan den sabel.
't Ware jammer hem nu tot een meer actueel standbeeld om te gieten. Maar ter zake.
In 1889 deelden wij de oprichting van alle standbeelden mede, waarvan ons bericht was toegekomen.
In 1890 telden wij er opnieuw eene groote menigte. En van hoevelen is ons de konde ontsnapt?
Sedert dien is er weder een aardig getalletje opgedoken: 1. van lang verscheiden, beroemde mannen; 2. van ter nauwernood gestorven, beroemde mannen; 3. van oude, zeer oude, bij het volk onbekende grootheden, die door 't volk met een verbluft gezicht aangegaapt worden; 4. van levende vrienden, meest staatslieden, van sterke kleur, partijmannen van de uitgelezenste soort. Men oordeele.
Allewaert staat reeds in de Scheldestad. |
Arc, Jeanne D', te Nancy, Verdun, enz. |
Beers, Jan van, is in gang. |
Beham, te Neurenberg. |
Bismarck, komt (?) in Beieren. |
Bizet, te Parijs. |
Blücher's standbeeld komt. |
Bodeghem van, te Brussel. |
Brederode, Jkh. van, te Brussel. |
Brunswick, Thérèse de, te Pesth. |
Christus (als wijsgeer!), te Rome. |
David, J.B., komt te Lier. |
Daviel, te Evreux. |
Dodoens (Dodonaeus), te Brussel. |
Duyse, Prud. van, te Dendermonde. |
Faid'herbe, te Rijsel en te Beaupaume. |
| |
| |
Galait, te Doornik. |
Göthe, te New-York. |
Gordon, op een kameel, te Chatham. |
Haerne, de, te Kortrijk. |
Hofmann von Fallersleben komt op Helgoland. |
Hohenzollern, Karel, Anton van, te Dusseldorp. |
Humbeeck, Pieter van, komt te Brussel. |
Lambrecht (bisschop), te Gent. |
Lasalle, te Chicago (Zie bl. 154, 1890). |
Lessing, te Berlijn. |
Licht, Het, 25 meters, met een wenteltrap, te Dinant. |
Luther, te Eisenach en te Berlijn. |
Marnix van St Aldegonde, te Brussel. |
Mazzini komt te Rome. |
Mendelssohn Bartholdy, te Leipzig. |
Mercator, te Locquenghem. |
Miry, Karel, komt weldra. |
Ortelius, te Brussel. |
Orley, van, te Brussel. |
Paulus, St., Kerkbeeld te Rome. |
Pestalozzi, in Neufchâtel. |
Regaus, te Perpignan. |
Richter, te Dresden. |
Rogier, minister, komt (?) op vele plaatsen (zie bl. 152, 1890). |
Tadema, Alma, te 's Gravenhage. |
Tartini staat te Triest. |
Thomas a Kempis, te Wolvega. |
De beide Congo-Van de Velden te Antwerpen. |
Vosmaer (borstbeeld op eene fontein), 's Gravenhage. |
Weber, Karel, Maria von, te Eutin. |
Wilhelm I, keizer, te Berlijn, bij Keulen (op den Drachenfels), te Dusseldorf, te Minden (zie verder bl. 152, 1890). |
| |
| |
Willem de Zwijger, te Brussel. |
Willems, J.-F., komt te Antwerpen. |
Wolkenstein, Oswald von, te Tirol. |
Dit zijn de reeds onthulde of in werk zijnde monumenten.
Elk leere daaruit het zijne.
Allen zullen daaruit als in eenen spiegel zien, welk een mengelmoes van tegenstrijdige oordeelvellingen, welk een verscheidenheid van opvatting der waarheid en onwaarheid, welke ijdelheid, welke partijzucht, en zelfs welke haat tegen niet gekende stelsels daaruit spreekt!
Men doe er zijn nut mede, als men kan. Eenigen der genoemden verdienden zeker voor hun karakter en werken sedert lang eenen krans.
Van de andere zijde is datgene wezenlijk de grootste ironie der mode, die de oprichting van standbeelden als eene verplichting schijnt op te leggen, datgene, zeg ik, wat te Rome tegenwoordig door middel van standbeelden wordt gezocht. Men behoeft niet verder dan den Gids (1890, bl. 343, vlg.) te vragen.
Red.
|
-
voetnoot(1)
-
Dietsche Warande, 1889, bl. 211, 1890, bl. 151.
|