Dietsche Warande. Jaargang 6
(1864)– [tijdschrift] Dietsche Warande– Auteursrechtvrij
[pagina 490]
| |
Wandalisme.XXX.Er is allerlei manier voor-handen, om Wandalisme te plegen, en er wordt ruim gebruik van gemaakt: de eene doet het al restaureerende (dit is wel de algemeenste manier), de andere al sloopende (door een toren te willen afbreken, om een touwinkeltjen op de Muntsluis te sparen), de derde al lasterende (hij noemt de theoristen en kritici pedante vlegels), de vierde door goede restauratie tegen te werken. Van dezen laatsten stempel is de ‘Volksvriend’, een blad, dat te Roermond verschijnt, en dat, uit hoofde van de verwantschap tusschen den architekt-hersteller van O.-L.-Vr.-Munster en den redakteur der ‘D. Warande’, beide zijne ongenade heeft waardig gekeurd en ons, in een zijner jongste nummers de handschoen toewerpt. Men neme eene kleine historische toespeling, bij deze gelegenheid, voor lief: Toen de Heer van Cuyck (een recht haantjen in den strijd van hartstochten en beginselen op het einde der XIIIe Eeuw) deelnam in de samenspanning tegen Graaf Floris den Vijfde, zond hij dezen Grave van Holland en Zeeland eene formeele oorlogsverklaring toe. De Graaf nam het pergament van den boodschapper des driesten Edelmans aan, zag het in, leî het op zijne tafel en zeî, met een glimlach: ‘De Heer van Cuyck wil mij uit mijn land jagen.’ Niemant twijfelt er aan, of Cuyck was, met die oorlogsverklaring, zeer belachlijk - al hebben de zaken voor Floris den Vijfde ook den bekenden tragischen asloop gehad. Is het gebrek aan nederigheid, bij den Redakteur der ‘Dietsche Warande’, dat hem het woord van den Graaf van | |
[pagina 491]
| |
Holland op de lippen kwam, bij de oorlogsverklaring van den ‘Volksvriend, weekblad van Roermond’ van 13 Juni ll.? Het is den Redakteur der ‘Dietsche Warande’ leed genoeg, dat de katholieke aesthetika in Nederland, op wier gebied hij zich fints een twintig jaren beweegt, schier geheel aan hem wordt overgelaten: dat hij ze schier als zijn land, zijn graafschap beschouwen moet - niet uit kracht eener prætensie; maar uit kracht van het feit. Ik kan onmogelijk de wapens aangorden tegen den schrijver in den ‘Volksvriend’, al tart hij mij blijkbaar daartoe uit. Dit gaat inderdaad niet. Al had de man bewijsgronden aangevoerd, die of niet reeds weêrlegd waren, of eene ernstige bestrijding verdienden - men kan toch waarlijk met iemant, die zóo vreemd is aan alle vorming, even zeer wat de geschiedenis en theorie der kunst als wat het ridderlijk bedrijf van den redestrijd aangaat, niet in het kampkrijt treden. Iemant die zuivere argumenten ontwikkelt, welke hun steunpunt in de algemeene menschelijke rede vinden, behoeft de stukken, die hij schrijft, niet te onderteekenen; zij spreken voor zich-zelven. Maar iemant, die beleedigende waardeeringen uitspreekt, welke alleen dán verdienen onderzocht en gekeerd te worden, als de woordvoerder een gerechtigd persoon is, mag, ook zelfs niet uit gebrek aan moed, zich niet onthouden zijn naam te noemen. Maar al noemde deze man zijn naam - daarmeê ware nog het injuriëuze der verdenking (want het is eene arme, van alle argument ontbloote verdenkingGa naar voetnoot1) niet gerechtvaardigd, dat de schrijvers van de ‘Dietsche Warande’ uit aanzien des persoons goedkeuren, wat zij in geweten veroordeelen. Dat de man een vreemdeling is op het gebied van historie | |
[pagina 492]
| |
en theorie blijkt overvloedig uit zijn verward betoog over romaansch en byzantijnsch. Hij heeft gezegd, dat O.L. Vr. Munster te Roermond tot de overgangsperiode van de ‘byzantijnsche tot de gothische bouworde’ behoorde. Ieder deskundige ziet, dat het substantief nog ongerijmder is dan het eerste bijvoeglijke naamwoord (bouworde! - het behoort, geheel en uitsluitend, tot het woordenboek der Renaissance). En als men hem dwingt te erkennen, dat byzantijnsch door de nieuwere theoristen, in den zin waarin hij het gebruikt, veroordeeld wordt, dan neemt hij de uitdrukking romano-byzantijnsch aan. Men weet, dat de Kanunnik Bourassé een der genen was, die deze heeft ingevoerd; dat kon gaan in 1840 - maar we schrijven nu -65. En de Heer De Caumont had toch ook tóen reeds het on-grieksche der romaansche kunst bewezen. Sedert is Viollet-le-duc en (wel ja, ook) Franz Kugler opgetreden, en bij deze is onze man toch niet geslaagd de veroordeeling van byzantijnsch (voor iets anders dan den St Front te Périgueux), met en benevens romano-byzantijnsch te ontdekken! Hij citeert de kritiek op de benaming romaansch, door Viollet-le-duc gemaakt en de verwerping van byzantijnsch door Kugler: en dit doet hem besluiten den stijl van het Munster romano-byzantijnsch te noemen! Men ziet wel, dat de Redakteur der ‘Dietsche Warande’ met een uitdager van die kracht en die manieren bezwaarlijk in het strijdperk kan treden - al weet onze man ook zeven en misschien méer boeken op te noemen, waarin hij.... te vergeefs eene afbeelding van Roermonds Munster gezocht heeft. Ik eindig dit schrijven dan ook, zonder tegenover den ‘Volksvriend’ de zaak der restauratie-zelve in behandeling te nemen, maar niet zonder aan de schim van den, in elk geval, moedigen Jan van Cuyck vergiffenis gevraagd te hebben, dat ik onzen man uit het ‘Weekblad’ van Roermond een oogenblik bij hem heb vergeleken.
J.A.A.Th. 16 Juni, 1863. | |
[pagina 493]
| |
XXXI.Men leest in het ‘Handelsblad’: ‘Nog berigt die Heer (Dr Leemans), in de Akademievergadering van 11 Mei, dat de snij- en beeldhouwwerken, afkomstig van de kap der oude hofzaal te 's Gravenhage, door de regering aangekocht en bestemd zijn om in het ontworpen rijksmuseum voor vaderlandsche geschiedenis, enz. eene plaatsing erlangen.’ Dit feit is welsprekend. 's Heeren Leemans' mededeeling is met kennelijk genoegen ontvangen. Het is een beeld van de hoogte der oudheidkundige studiën en diepte van het oudheidkundig inzicht hier te lande. Men breekt een monument half uit; verwoest, wat er schoonst en kennelijkst van is; vernietigt het in zijn wezen; en maakt dan van de overblijfselen een theatraal knekelhuis of would-be-muzeüm, om er de afbraak van het monument in te bewaren. Eene ware bespotting van het gezond verstand! |
|