Biblia dat is, de gantsche Heylighe Schrift, grondelick ende trouvvelick verduydtschet, Met verklaringhe duysterer woorden, redenen ende spreucken [etc.] (Deux-Aes bijbel)

Dat ij. Capittel.

Is een Historie ende verhael hoe des Konincx droom de oorsake geweest zy dat Daniel tot eenen Uorst ende Prince in het gantsche Koninckrijcke in Babylonia gestelt wert. Ende dit en geschiet niet alleenlick tot troost der gheuanghen Ioden, maer oock op dat de rechte God oock onder het Babylonisch volck bekent worde ouer de welcke Daniel sulcke wonderlicke openbaringhen, ende oock de beduydinghe des drooms hadde.

Hier en is oock niet alleenlick een schoon leere, maer oock eenen grooten troost, dewijle Daniel met syne medeghesellen in sulcken grooten noot, hen tot een vyerich ghebet ghewendt hebbende, zijn so haest van God verhoort gheweest: op dat wy oock in onsen noodt ons tot ghebeden wenden, ende vaste hope hebben dat God ons verhooren sal.

24

Doe ghinck Daniel op tot Arioch, etc.

Dit is een openbaringe ende beduydinge des drooms, inden welcken God den Koninck, ende voornemelick synen volcke den Ioden heeft willen openbaren, dat na het Babylonische Rijcke, dry ander Rijcken komen sullen, eer dat Christus gheboren, ende zijn Rijcke op Aerden beghinnen sal, op dat sy niet af en laten op de belofte van Christo te hopen, al ist dat sy langhe vertoeft: Ende dat sy daerentusschen onder sulcke Rijcken, moesten menigherley ongheluck lijden.

Ende hier is dat sonderlicken seer troostelick dat het Rijck Christi eewichlick blijuen sal. Ende of schoon de werelt met alle hare macht ende rasinghe ende oproericheyt, haer wilde daerteghen stellen: so en sal haer dat niet alleenlick niet ghelucken, maer sy sal verstoort ende te niete ghebracht worden, op dat Christus ende zijn woort alle macht ende eerlickheyt alleen behouden.