Biblia dat is, de gantsche Heylighe Schrift, grondelick ende trouvvelick verduydtschet, Met verklaringhe duysterer woorden, redenen ende spreucken [etc.] (Deux-Aes bijbel)

Den lxxv. Psalm.

1. Desen Psalm wort wel bediedt als een prophecie by den persoon Christi, die daer als een Koninck, regeert door zijn woort inder werelt, zijn kercke beschermt, ende de Synagoge met allen vyanden des Euangeliums om brengt. Sodanich verstant beweeren het tweedde ende het laetste veers, die sulck werck veruaten, dat alleen Christo door het woort zijns Euangelij toekoemt.

A.1

Eenen Psalm ende liedt Assaph, dat hy niet om en quame, voor te singhen.

2

VVy dancken dy God, wy dancken dy: ende verkondighen dyne wonderen, dat dynen Name so ^a na by is.

a Dat is, Die ons geringe ende troostlicken helpet ende behoudt.

3

Want te syner tijt, so sal ick recht richten.

4

Het lant beeft, ende alle die daer in woonen: doch ick houde syne ^b Calomnen vaste. Sela.

b Of, pilaerstijlen, Dat is, De kronien verschricken voor God. Maer hy verstercktse doch: de Godloosen blijuen stout, ende gaen also onder.

5

Ick sprack tot den grootsprekers: Roemt niet also: ende tot den Godloosen, en pochet niet op ^c ghewelt.

c Hebr. Hoorne, welcke bedieden ghewelt.

[fol. 190v]

6

Pochet niet so hooch op uwe geweldt: spreect niet so halsterckich:

7

Het hebbe gheenen noot, noch vanden opganck noch vanden nederganck, noch vanden gheberchte inder woestijne.

8

^d Want God is Richter: ^e die vernedert desen, ende verhoocht ghenen.

d Syrach. 35.b.15

e 1.Reg. 2.a.7.

9

^f Want de Heere heeft eenen beker inder hant, ende met stercken wijne vol ingeschoncken, ende ^g schenct wt denseluen: doch de Godloose moeten alle drincken, ende den droesem wt suypen.

f Esaie. 51.b.17. Ierem. 25.b.15. Psalm. 60.a.5.

g Dat is, Hy deylt eenen yegelicken zijn mate toe, dat hy lijde, doch het grondtsop blijft den Godloosen.

B.10

Ick dannoch wil verkondigen eewichlick, ende lofsinghen den God Iacobs.

11

Ende wil alle gheweldt der Godloosen verbreken: dat het gheweldt der rechtueerdighen verhoocht worde.