| |
| |
| |
De Denker.
No. 522. Den 28 December 1772.
[Verzameling van Lessen, getrokken uit alle Vertoogen van dit Tiende Deel.]
Bis repetita placent, decies repetita placebunt.
Gelyk al onze Weetenschap geen zier waardig is, wanneer wy ze niet aanleggen ten onzen nutte; zo kan al ons leezen niets dienen tot vermeerdering van ons verstand en verbeetering van ons hart, wanneer wy nalaaten zulks geduurig aan onzen geest te vertegenwoordigen. Dan wat heb ik al ten nutte myner Leezeren dit jaar geschreeven, en wat hebben zy geleezen en geleerd? Het eerste kunnen wy hun zeggen, van het laatste alleen iets hoopen. Lazen zy, gelyk wy schryven, om te leeren, wy waren 'er te zamen wél aan.
Laat ik beproeven, of men, ten hunnen gevalle, in eene korte schets niet kan zeggen, wat zy in zo veele blaaden, alle weeken deezes afloopenden jaars, geleezen hebben. Zie 'er hier eene Proef van.
In een zeer keurig Dichtstuk, gemaakt door den zeer waardigen beroemden Boddaert, toonden
| |
| |
wy in den aanvang des jaars, de beste keur, die wy in de waereld konden doen. Voor God, naamelyk, te leeven, en niet te schroomen, welk lot ons dan in de waereld ontmoeten zal, was onze eerste aanpryzing. Wie keurde ze af? was onze eerste vermaaning de slegtste? moest zy de laatste geweest zyn? Vraag het antwoord myn Leezer! aan uw geweeten, gy hebt hierin het myne niet noodig. - De Kunst der huishoudinge voegt de schoone Sexe beter dan de verheven Weetenschappen, is het onderwerp eener redenvoering door een verstandig Jongman gedaan. De Scavantes hebben geen smaak in dit Vertoog gehad. - 't is zeer oneigen en onbetamelyk, dat Vrouwen zich bemoein met de Vacatuuren der Kerken; by welke gelegenheid eenige voorslagen gedaan worden van de wyze, hoe men een Predikant beroepen moest. De Kuipsters hebben dit stuk met afgryzen geleezen. - Maakt men de verschillende Karacters der menschen op, het strekke tot eigen verbeetering. Een hoogmoedige Dame kan ten titel van Juffrouw niet verdraagen; wil zy en anderen daarvoor niet begroet worden, zy behoorden een openbar teken aan haar hulsel te draagen, waaraan de waereld kan zien, dat ze Mevrouwen zyn. Tot noch toe heeft niemand dit ingevoerd. - De Oprichters van het nieuwe Grafteken voor Joost van den Vondel verdienen lof. De agting voor groote Mannen behoort nooit afgelegd te worden. Het spoore elk een aan zyn talent wél aan te leggen. - Onredelyk zyn de klagten over de onaangenaamheden van den Winter, in welken de Almagt en Goedheid des Scheppers op de treffendste wyze gezien worden. De Winter is voordeeliger dan doorgaans wordt gedagt. De Mensch leere met dit saaisoen te vreeden te zyn, en zynen Schepper voor deszelfs diensten te danken. - De voorbereidingen tot den plegtigen Dank Vast- en Bededag zyn talryk; de nabetragtingen, waarop vooral moest gelet worden, ter lee. vens verbetering, worden helaas! meest en vroeg vergeeten. Alle Inwooners van Neerland hadden
| |
| |
belang in dit Vertoog. - Dankbaarheid is altoos ten sterksten aan te pryzen, ons eigen belang dringt ons tot die loflyke deugd Wie ze Gode bewyst, zal ze ook omtrent den naasten niet vergeeten. - 't Stuk der Weelde door den Hoogleeraar Tydeman in eene sierlyke Redenvoering onder handen genoomen, wordt, in al wat men tot haare begunstiging mag zeggen, bezien, doch veel meer haare verderflykheid door kragt van redenen betoond. Wierden deeze drie Vertoogen over dat stuk drie- of meermaal geleezen, en de Weelde zonder drie overdenkingen aanstonds verlaaten! - Geen dingen zyn zo bespottelyk of men 'er kan iets tot verdeediging van zeggen. Molquerum is wegens de onregelmaatige bouworde lang beschimpt, doch hier treffelyk verdeedigd. Der kwaadspreekendheid, doorgaans in kleine Steden heerschende, wordt hier eenige vinnige steeken toegebragt: mogelyk is het geheele Vertoog tot dat einde alleen geschreeven. - De Mensch verdient dan, wanneer hy een Kind is, de meeste oppassing, wanneer hy krank is, het grootste medogen, Ouders zorgen voor 't eerste, maar wie voor 't laatste? Onbarmhartigen hebben dit Vertoog agter de bank gesmeeten; by liefderyken stondt deeze edele stof op hoogen prys. - Voor twee Eeuwen werdt op den eersten April de grondslag van Nederlands Gemeenebest gelegd: voor eene Eeuw redde de Goddelyke Voorzienigheid onze waggelende Vryheid Geen regtgeaart Vaderlander kan Gods wys en genadig bestier, in deeze Gebeurtenissen aangeweezen, zonder dankbaare aandoeningen leezen - Een Student, verleegen tot welk beroep hy zich zal schikken, wyl men de voornaamsten in een kwaad licht hem vertoont, zoekt raad by zynen Ouders. Zich wel te beraaden, eer men de studie tot Predikant, Doctor, of Advocaat aanvangt, is verstandig. Ouders daarin te kennen, is het bedryf van braave kinderen. - Eene teêrhartige, maar niet min verstandige Moeder antwoordt haaren Zoon, en beschouwt de gebrandmerkte Beroepen aan een anderen voordeeligen kant, laatende hem de keuze vry,
| |
| |
tot welk hy wilde studeeren. Verstandige Ouders handelen in een stuk van dat belang voorzigtig, en dwingen hunne Zoonen niet met geweld tot het een of ander geleerd Beroep. - Men staat naar Ampten, Beroepen enz., dan wat zyn zy? Zy doen onophoudelyke verwyten aan de waereld van haare verdorvenheid en onvolmaaktheid. Zelden wordt den waereld in dat licht bezien: de waereld beziet zich zelve niet. - Een satyrike Dame, welke haare Gezellinnen, waar mede zy gezelschap houdt, geen smaak kan inboezemen voor de groote Werken van den Schepper, wanneer zy haar Mans Collectie van Natuurlyke Zeldzaamheden vertoont, om het droog discours wat te zouten, wil een Collectie van Keurslyven verzamelen, om daar over les aan haare Dames te geeven. De leedigheid van geest in Dames, en de dwaase mode van Keurslyven te draagen, worden hier gegispt. Ook tragt men het ongenoegen eener Matrone, tegen haare Nigt, wegens het verborgen houden van haar zwanger gaan, te stillen. Hoe ligt ryst het ongenoegen in een grilziek mensch, over eene beuzeling! Men moet haar in een spottenden toon antwoorden; anders vat zy mogelyk haare dwaasheid niet. - Wat kan den nyd ontgaan? Nu heeft het Grafteken voor Joost van den Vondel het gedaan. Het is eenvoudig, maar deftig. Het Gemeen heeft andere denkbeelden van het waare grootheid. Voornaame Mannen der Konst moeten en mogen na hunnen dood geëerd worden: dit moedigt de Kunstenaars aan. - Uitstel van een Testament te maaken, is dikwerf, by een onverwagten dood, ongelukkig voor de Familie. Veelen handelen onregtvaardig in het maaken van Testamenten, of in 't aanneemen van het gelegateerde. Fraaie Geschiedenis en ontmoeting van den braaven Predikant van der Vorm, die een onregtmaatige Erfenis weigerde aanteneemen. Roemwaardige Deugd! - De verbranding van den Amsterdamschen Schouburg wordt ernstig, doch voorzigtig overwoogen, om uit dit ysselyk geval waare wysheid te leeren, waaraan de minsten denken. - Schetzen van een regtvaardig Tes- | |
| |
tament, waarin onregtvaardige bezeeten goederen aan de regte eigenaaren besprooken worden. 't Geweeten wordt somtyds in het laatste uur wakker, en tragt dan noch te herstellen, zo het niet te laat is, dat verkeerd was. Stervenden moeten regtvaardig handelen. De Richter staat voor de deur. - De Wonderen op het Pinksterfeest, aandagtig overwoogen, geeven aanleiding om 'er zich wel toe te bereiden. De menigvuldigheid der Taalen is ongemakkelyk; ze is een Vloek voor de waereld, die vloek wordt noch verzwaard door veele Geleerden, in plaats van weggenomen. - Zelfmoord is een uitwerksel van Krankzinnigheid, betoogd in eene fraaie Geschiedenis, die tegen deeze ysselyke ondeugd pleit. - Vertrekken moeten behangen worden met schilderyen, die 'er in voegen. Schilders en Dichters ontvangen hier lessen; zo ze ons niet raaken, gaan wy ze voorby. - Ongeregelde Eigenliefde is de Moeder der Ondankbaarheid. Dankbaarheid moet uit eene innerlyke overtuiging van 't hart voortkomen, 't Fraai geval van een Marskramer met Mevrouw Ferval heldert deeze nuttige les op. Gelukkig, zo ze deswege yveriger gehoord en gevolgd werdt! - Wisten verwaande lieden, hoe veele belaggelyke dwaasheden zy begaan, wanneer zy blyken van hunne ingebeelde kundigheid zoeken te geeven, 'er was kans tot hunne geneezing. By het een en ander hier beschreeven Karacter wordenze verzogt hun gedrag te vergelyken. - Verders laat nooit uw kind in alles de regterhand gebruiken, de linker is dikwils onontbeerlyk: Moeders, zuigt zelve uwe Kinders: Briefschryvers, schaam u niet uwen Doopnaam by uwen familienaam te schryven, als gy iets ondertekent: een Vrygeestig Loshoofd wordt geweezen naar het schoone Boek van Leland over de Openbaring. - Een nieuw voorbeeld van ongelukkige gevolgen eener kwaade Opvoeding, moet malle Ouders doen beeven; de ondankbaarheid van een Zoon aan zyne Ouders, die alles tot zyne Studie opgezet, en niets meer tot onderhoud hebben in hunnen ouderdom, is eene afgryzelyke daad, anderen ten
| |
| |
spiegel. - Omroepers in Steden, geschikt om iets bekend te maaken aan 't Gemeen, maaken door een onverstaanbaar geschreeuw, zulks meest onbekend; veele dingen beantwoorden niet aan 't oogmerk: een Request van een Voorzanger aan den Keurvorst van Pruissen, is waaragtig, on verzonnen, zeldzaam, behelzende eene verborgen zedeles: het verzenden van onnutte of andere brieven, ongefrankeerd; aan zulken, die ons niet verpligt zyn, is onbillyk, en vordert verandering. - Wil men den Schepper eerbiedigen in de Wolken des Hemels; eene godvrugtige beschouwing over derzelver formeering, veranderingen, gedaante, kleur, en nuttigheden kan ons daar toe geleiden. Deeze Bespiegeling is fraai en stigtelyk. - Zingt Huwelykszangen, maar overlaadt ze niet met ydele vleyeryen, nog doorzult ze met de naamen van valsche Heidensche Goden; zulke trant is oud en duizendmaal gevolgd, maar des te sotter. Een beter schets, die men volgen kan, wordt hier den Dichteren aangebooden. - Oude verschillen over den Godsdienst, waar omtrent men het niet ligt zal eens worden, op nieuw voor den dag te haalen, en daarover te kyven, stoort de lieve rust, bevordert geen vereeniging, doet geen sier nut. Eene les voor de tegenwoordige tyden. - De Geleerde Cramer in Duitschland heeft een Psalmboek opgesteld, waar in, door eene kleine verandering of verzetting van woorden, een Kristen Davids Liederen niet in de verwagting gelyk een Jood, maar in de vervulling als een Kristen zingt. Prullen zyn vertaald, dit schoone stuk is vergeeten. - De Geboorte van eenen Erfprins van Oranje op den 24. van Oogstmaand geeft aanleiding tot de beschouwing van 's Lands zegeningen, en wordt beslooten met heilwenschen voor dit Vorstelyk Kind. - Ouders willen aan een braaven jongman, minder gelds hebbende dan hunne Dochter, en noch zonder Kostwinning, haar niet ten Vrouwe geeven. Wat zal de raadelooze jongman in dat geval doen? geduld hebben, en zich op de Voorzienigheid verlaaten. - Een Satyre op eenige Blaauwboekjes,
| |
| |
valsch, opgesierd, en uit dien hoofde met graagte van het onkundig Gemeen geleezen. - De Razerny tot drukken en schryven tegen te gaan, is een nuttig werk, was 'er maar kans om 'er iets mede te winnen. Zyn 'er geen andere middelen tegen uit te denken? - Waarom wordt onze Eeuw overlaaden met zo veele prullen, daar de voorige, werken van veel beter alloy uitleverde? De schuld ligt by ons. Verkeerde smaak vloeit over, daar aanmoediging, arbeid en belooning ontbreekt. - Een Dame wil tegen de mode en zin haares Mans Moeder haaren trouwsak verslyten; eene andere begeert haar zilver te gebruiken, dat niet in de gewoonte is ter stede, daar zy woont: 't eerste is niet onbillyk, schoon wy een anderen raad haar gaven; het tweede kan gerust geschieden. Een nieuw kleed voor 't eerst aan te trekken, als men te Kerk gaat, baart meest veel bekyks, daar het niet te pas komt. - Een ondeugende jongen is altoos te onvrede, al heeft hy de schoonste voorregten. - Een Geschrift naar den smaak der Hollandsche Vrouwen. Wat is dan de inhoud? kan die niet geraaden worden? de Hollandsche Zindelykheid wordt 'er treflyk in verdeedigd. - De beste dingen zyn echter misbruik onderworpen. De Zindelykheid heeft ook haare nadeelen. 't Is ons belang op dit Vertoog naauwkeurig te letten. - Spin- Rasp- en Dolhuizen te laaten zien, wordt voor een vermaak gehouden: is het dan vermaak, voorwerpen van schuld en elende te zien? - Een Vader wil zyne Dochters aan niemand dan aan Advocaaten uittrouwen, want dan zyn ze Mevrouwen. Verdient de Man daarover een ernstige brief? - De Onreinheid en vuiligheid aan Kerken, byzonder in de Steden, is allerschandelykst, en het verval der Tempelen ten platten lande eer te beklagen, dan te verbeteren. - De Deugd heeft haaren loon, de Ondeugd de Straffe ten gevolge. Laaten wy deeze les al vroeg den Kinderen inscherpen. Hadden wy niet noodig die nog te leeren! - In 't onderwys van Kinderen moet men deeze les niet blootelyk hun voorhouden, maar met voorbeelden ook staaven. De H. Schrift geeft ons
| |
| |
daartoe de treffendste stukken aan de hand. Eene Lyst van bewyzen, uit Gods woord uitgezogt, zyn ten voorbeelde hierby gedaan. - Satyre over de Modes. Hoe dwaas is de waereld, dat zy zich laate ringelooren door de invallende fratsen en 't eigen belang van een Modefrabrikeur? - 't Grafschrift van J. van den Vondel op den grooten Zeeheld. Joan van Amstel te voorschyn gebragt; zyn onbekende afkomst, lotgevallen, en heldendaaden kortlyk vermeld, wyl het eerste in geen Boeken wordt gevonden. Mogen onze Helden vergeeten worden? - Voorbereidende Overdenkingen voor het Kersfeest zyn nuttig voor een verstandig gemoed. Dit stuk andermaal, doch uit een ander oogpunt beschouwd, kan, behalven andere nuttigheden, de Nederigheid leeren. - Het doet geen nut veel te leezen, als men het gelezene niet bewaart, of 'er door verbeterd wordt. Eene Herzameling van nuttige lessen, in 't kort voorgesteld, helpt het geheugen; ze verdubbele den indruk op het harte; ze brenge verbetering voort. Een Schryver verdient gehoord te worden, die belang stelt in het geluk zyner Lezeren. Hy hoopt, dat men dit van hem vertrouwt. Hy kan niet eindigen, als 'er nog meer te verbeteren valt: men hoore hem verder met het zelfde geduld en graagte. De yver zyner Lezeren spoort zynen yver aan.
Deze Vertoogen worden uitgegeven, te Amsterdam, by de Erven van F. Houttuyn, en zyn, ieder Maandag, by dezelven te bekomen: en, wyders, te Nymegen by H. Wolfsen, Arnhem W. Troost, Dordrecht A. Blussé, Haarlem J. Bosch, Delft E.v.d. Smout, 's Gravenhage J. Thirry, Leiden P.v.d. Eik en D. Vygh, Rotterdam R. Arrenberg, Middelburg P. Gillissen, Vlissingen P. de Payenaar, Leeuwaarden H.A. de Chalmot, Harlingen F.v.d. Plaats, Sneek R. Zeylstra, en Groningen J. Crebas en L. Huyzing.
|
|