| |
| |
| |
Aantekeningen.
De kroniek is letterlijk overgedrukt uit Van Bemmels ‘Beschryving der Stad Amersfoort’ Dl. I blz. 254-301, waarbij 2 voetnoten van v. Bemmel zijn overgenomen.
Daar het origineel der kroniek, ondanks uitgebreide nasporing, niet was te vinden, hebben wij Van Bemmels spelling letterlijk overgenomen, hoewel deze allesbehalve consequent blijkt. De cursivering is ook van v. Bemmel.
Het is zeer aan te bevelen naast deze kroniek ook hoofdstuk XVII uit het 2e deel van v. Bemmel te raadplegen; en vooral ook de 2 delen ‘Amersfoort 777-1580’ van W.F.N. van Rootselaar, die een schat van gegevens over oud-Amersfoort bevatten.
Als de kroniek aanvangt met het jaar 1400 bestaat het klooster reeds. Hoe dit gesticht is vinden we vermeld in een ‘Amersfoortse kroniek’ van een naamloze schrijver. Volgens deze hebben op kerstavond 1399 ‘Rutgerus van den Doem en zyne huysvrouw Belia hun huys en noch veele renten daarbij overgegeven ten dienste van S. Agathaas zusters.’ Is het te verwonderen dat juist in die tijd de vlucht uit de wereld bijzonder sterk is? ‘Change and decay are visible on every side’, schrijft de Montmorency in ‘Thomas à Kempis - his Age and Book’ (blz. 1) en elders (bl. 68): ‘Men and women of all classes wished to live the mystic life.’
Geen wonder, als men weet van de eindeloze burgertwisten, oorlogen tussen gewesten en gewesten, tussen steden en steden, waarbij de prediking van het naderend einde der wereld aansloot.
‘De duistere en verwarde tijden, de chronische oorlogsellende’ maakten dat ‘in de wereld zelf geen belofte was van beter dingen’. (Huizinga, Herfsttij der Middeleeuwen, blz. 45).
| |
| |
Er was slechts vertwijfeling en bangheid, angst voor het naderend einde, angst voor de dood. Een goed werk deden dus Rutgerus en Belia door hun huis ter beschikking te stellen van de zusters van S. Agatha. Ook de magistraat van Amersfoort was welwillend. ‘In het zelfde jaar’ - zo lezen we verder in bovengenoemde kroniek - ‘zijn aan het gemelde konvent verscheide voorrechten toegestaan door de magestraat van Amersfoort; als namentlyk dat het vrij zoude zijn van het nachtwaaken van het graven, en van de cynzen en onkosten die tot last van de stad staan.’
Het huis is er dus, verschillende faciliteiten zijn verleend: dan kunnen de zusters komen.
‘In het jaar 1400, omtrent het feest van S. Jacobus, hebben ses fatzoendelyke vrouwspersonen zich begeven in het klooster van S. Agatha, om Godt aldaar te dienen, en het kloosterlyk leven te behartigen.’
Natuurlijk moeten deze vrouwspersonen eerst nog geheel onderwezen worden ‘in de kloosterlyke tugt en in allerhande oeffeningen van Godsvrugtigheyd.’ Daartoe komen enige zusters uit 't klooster van S. Agnes, te weten Windelmodis de Sambrine en Clemens.
‘Dezelve Windelmodis wierd aangestelt tot haare eerste Moeder en Johannes van Lemego tot haar geestelyke Vaeder.’
Op dit punt begint dan onze kroniek.
In de nu volgende aantekeningen hebben wij er ons toe bepaald, die woorden en begrippen te verklaren die niet zonder meer duidelijk zijn; terwijl wij tevens af en toe de vinger gelegd hebben bij een plaats waarvan ons, bij vluchtige lezing, het typerende misschien zou ontgaan.
1400 |
Rector - in deze kroniek Pater = Rector = Regent. Het is hier de priester die de geestelijke ver- |
| |
| |
|
zorging der zusteren als zijn taak heeft.
Generaal-minister - generaal is de benaming van de hoogste overste in de meeste orden. In die der Franciscanen: minister generalis. |
1410 |
daags nae S. Thomas - in deze kroniek wordt herhaaldelijk de datum volgens de kerkelijke kalender aangeduid. Niet altijd is echter precies uit te maken welke datum bedoeld wordt, daar verschillende heiligen wel dezelfde naam, maar verschillende naamdagen hebben. Wie hierover meer wil weten raadplege het boekje van Dr. H. Grotefend: ‘Taschenbuch der Zeitrechnung des Deutschen Mittelalters und Neuzeit’. Waar twijfel bestond zetten wij een?
S. Thomasdag is 21 Dec. Dit was zijn sterfdag. Juist de sterfdag wordt genomen als de naamdag van den heilige, omdat de sterfdag tegelijk is: geboortedag voor de hemel.
Daags nae S. Thomas is dus 22 Dec. |
1415 |
bij 't kapittel van S. Joris toegelaten - de S. Joriskerk was de hoofdkerk van Amersfoort; dat het klooster bij 't kapittel daarvan is toegelaten betekent, dat het officieel erkend en onder het toezicht daarvan is geplaatst.
een Proeveljaar van Slote - een proefjaar om te zien of de zusteren voor het kloosterlijke leven geschikt waren. |
1416 |
op d'Apostelen Petri en Pauli avond - dit is de avond van 28 Juni, daar de dag van P. en P. op 29 Juni valt.
worde ons huys gewyt tot een slote - in het woord slote hebben wij het germaans taalkundig equivalent voor klooster, dat afgeleid is van 't latijnse claustrum, dat ‘afgesloten ruimte’ betekent (claudire = sluiten). Toch is er een belangrijk verschil tussen ‘slot’ en ‘klooster’. Een slot is n.l. een klooster of kloostergedeelte, waarin - als 't een vrouwenkloos- |
| |
| |
|
ter is - geen man over de drempel komt; in 't omgekeerde geval geen vrouw.
Als een klooster gedeeltelijk ‘besloten’ is, staat boven de ingang tot dat besloten deel: ‘Slot’. Wil men toch iemand uit het slot bezoeken, dan kan dit alleen gebeuren ‘voor de traelje’, d.w.z. in een spreekkamer, waarin de bezoeker aan de ene zijde van een tralieraam zit en de bezochte aan de andere zijde.
Zie ook onder 1531 waar over dit ‘voor de traelje gaan’ gesproken wordt. |
1426 |
St. Lucasdag 18 October.
Over de details van het hier beschreven conflict raadplege men Rootselaar I blz. 491 vlg. en vooral ook: Gosses-Japikse: Handboek tot de Staatkundige Gesch. van Nederland blz. CCXXXVI: ‘Het Utrechtsche schisma en de aanstelling van een Bourgondischen bisschop’.
de vrienden Godts ende die conscientie hadden worden seer verdrukt - een zinnetje waar men misschien overheen zou lezen, maar dat in z'n kortheid toch iets laat voelen van het schrijnend verdriet, dat degenen die het werkelijk heil der kerk op 't oog hadden, onder dit alles moesten verduren. |
1455 |
Gestigte - hier: Sticht (Utrecht). |
1463 |
Idocus, Bisschop van Hieropolis en Wy-bisschop van David van Borgonje.
Men zal wellicht vreemd opzien van een bisschop van Hieropolis (in Syrië gelegen), die in Amersfoort een kerk inwijdt. Dit komt zo: Aartsbisschoppen en bisschoppen hadden als helpers of Co-adjutors veelal wy-bisschoppen naast zich.
Nu heeft iedere bisschop een rechtstitel, een rechtsgebied nodig. Ook dus de wy-bisschoppen. Deze kregen dikwijls een gebied toegewezen dat vroeger onder de kerk van Rome behoorde, maar later verloren was gegaan, bijv. bisdommen in Klein-Azië, Armenië, Mesopotamië, Syrië, Palestina, Egypte, N.-Afrika, Griekenland en de Zuidelijke Balkan; |
| |
| |
|
kortom in die streken, die grotendeels door het Oosters Schisma (1054) voor de R.K. kerk verloren waren gegaan. Door de wy-bisschoppen nominaal nog bisschop over die verloren gegane bisdommen te doen zijn, erkent dus de R.K. kerk als 't ware dit schisma niet.
In ‘Batavia Sacra of kerkelijke Historie en Oudheden’ (blz. CXI) wordt verondersteld dat deze gewoonte vooral in zwang is geraakt ‘zederd dat de Christenen uyt Syrië zyn verdreeven: als of men voor had het regt tot het H. Land op zoo een wyze te behouden’.
Als dit waar is, dan zou hier dus nog een naklank gehoord worden van de grootse idealen der kruisvaarders. Trouwens, de gedachte aan herovering van het heilige land leefde ook in die tijd nog zo sterk, dat zelfs Philips de Goede nog kruistochtplannen heeft gehad (zie Hintzen: ‘De kruistochtplannen van Philips den Goede’. Rotterd. 1918). |
1474 |
Perpetua en Felicitasdag - 7 Maart.
Reventer - van lat. refectorium. Letterlijk: een plaats waar men zich her-maakt, her-stelt. Vergelijk hiermee het nu nog gebruikelijke woord restaurant. |
1483 |
S. Vincentius dag - 22 Januari.
Amersfoort is steeds Hoeks geweest en heeft indertijd Vrou Jacob krachtig geholpen o.m. in 't vermeesteren van Gorinchem, waarvoor de stad goed beloond is, doordat ze de gevangenen, die ze had gemaakt, mocht behouden ‘dats te weten, dat zy met behulp dergenen die Vrouwe Jacoba zenden zal, alle gevangenen zullen mogen schatten ende so wes gelt off goet van dier schattingen comen sel, daer sullen wy (Jacoba) of hebben en behouden dat rechte derdendeel, en de stad van Amersfoort die andere twee deelen.’ (Rootselaar I 479).
Amersfoort is dan ook in 1427 door Philips bestormd, maar de bestorming werd afgeslagen. Een |
| |
| |
|
boeiende beschrijving daarvan vindt men bij van Bemmel Dl. II blz. 924 en vlg.
overdragen zyn - het eens zijn.
de goederen die in haar Conventen gevlugt waeren - vlugten is hier transitief gebruikt: in veiligheid brengen. Zie ook onder 1572.
beroeft tot synen hembde toe - de Bourgondische bisschop had voortdurend te kampen met het gewestelijk particularisme der Stichtenaren, die uit de greep der centraliserende en unificerende Bourgondische macht trachtten te blijven. Hier wordt deze macht voor het laatst als 't ware nog eens in letterlijke zin ‘in z'n hemd gezet’. Doch het was een laatste stuiptrekking: in 1517 wordt Philips, de jongste bastaard van Philips den Goede - en dus een broer van David - hoewel hij naar de kroniek meldt een ‘Layck’ (leek) was, door Karel V op de plaats van Frederik v. Baden gekozen, waarmee 't bisdom Utrecht voorgoed binnen de Bourgondische eenheidsstaat was gevangen.
Van Bisschop David vermeldt Rootselaar (II 139): ‘In zijn hemd werd de groote kerkvorst op een kar naar Amersfoort gevoerd.’ Daar heeft hij gevangen gezeten in het Minrebroederklooster, naar hem Davidshof genoemd. Men treft nog de straat ‘Achter Davidshof’ in Amersfoort aan.
Het gezag van de kerk wordt door al deze dingen steeds dieper ondermijnd. De Paus zendt ‘een swaeren Ban’ op Utrecht en Amersfoort: ‘welken Ban sij niet en hielden, niet alleen de Moederkerk (hier = de hoofdkerk v.e. parochie), maar ook sommige Geestelyke luyden’, vermeldt de kroniek.
Een uitzondering vormt de Pater van het klooster die hem (zich) so wyslyk ende behoorlyk in alle partyen hield’, dat beide partijen hem hun liefde of althans hun respect hebben betoond. Een van die mensen dus, die, te midden der donkerste tijden ‘leesbare brieven van Christus’ zijn en die, als alle |
| |
| |
|
waarden dreigen verloren te gaan de norm hooghouden. Oprecht gelijk de duif en voorzichtig gelijk de slangen. De liefde der zusteren jegens hem blijke uit de woorden ‘syn kinderen’.
Zijn vrome gehoorzaamheid blijkt uit het zinnetje ‘reysden onse Pater buyten de Stad tot syn Clooster om den Ban te ontgaen.’ Hij behoorde dus zeker niet tot de bovengenoemde ‘Geestelijke luyden’, die geestelijk al zoo vereelt waren, dat ze om geen ban meer gaven!
over hem nemen - van hem wegnemen.
hem houden - zich gedragen.
kwam hy in ons besloten Clooster = slot (zie aant. 1416). Dit ‘besloten’ wordt hier dus extra vermeld omdat het eigenlijk verboden was.
in welke tyt voor ende na groote bloetstortinge geschiede - hoe groot deze bloetstortinge is geweest, daarvan getuigt een authentiek stuk, een brief van de burgemeesters Willem van Byler en Jan Zaell die in 1486 aan Maximiliaan van Oostenrijk de nood der ontvolkte en verarmde stad afschilderden, waarbij zij vermeldden dat ‘die meestendeel van den Lantvolcke ende inwoenren der selver Stadt gestorven syn in sulcker wys, dat nauwe 't vierendeel te lijve gebleven is.’ (Rootselaar II 147).
Moge de moderne oorlog een gruwelijke verwoesting medebrengen, vergeleken met deze middeleeuwse verdelging, kan men niet volhouden dat het nooit zo erg is geweest als nu. |
1486 |
De Prior van Windesheym heeft dus de supervisie over 't klooster. Hij vraagt de ‘Priesterlyke getyden’ te gaan lezen, d.w.z. het koorgebed te bidden (meestal gezongen) bestaande uit de getijden: Metten, Lauden, Priem, Terts, Sext, Noon, Vespers, Completen. |
1491 |
een Last Rogge koste seventig golde Rijnse gulden. Het is altijd moeilijk een juist denkbeeld te krijgen van de waarde van 't geld in de Middeleeuwen, |
| |
| |
|
aangezien 1o. niet alle guldens de zelfde waarde hadden in stuivers en 2o. de koopkracht van de stuiver geheel anders was dan nu.
Daarom ter vergelijking de volgende gegevens: Uit een muntordonnantie van 1490 blijkt dat ‘Den Rynsche gulden XX stuiver’ deed. Zie P.O. van der Chys, De munten der Bisschoppen van de Heerlijkheid en de Stad Utrecht (1859) blz. 200.
Wat was nu de waarde van een stuiver?
Hiervan kunnen we ons op twee manieren een denkbeeld vormen.
Ten eerste door te zien hoe groot het loon was. Daarover vinden wij bij Hofdijk (‘Ons Voorgeslacht’, Dl. V blz. 198) een beschrijving uit ± 1500, waar over een werkgever 't volgende gezegd wordt: ‘Milddadig is hij ook, want hij verhoogt in slechte jaren het loon zijner daghuurders op vijf stuivers per dag, zonder dat hij zich daarom behoeft te bekrimpen.’
Dit klopt met wat wij in de Roever en Dozy: ‘Het leven van onze voorouders’, vinden blz. 350: ‘Het loon in 1448 bedroeg voor een timmerman en metselaar 4 stuivers, voor werkzaamheden die minder geoefendheid vereischten natuurlijk minder.’
Omstreeks 1490 zal het dagloon dus tussen de 4 en 5 stuivers geschommeld hebben.
Wat was nu de koopkracht van een dagloon van 4 stuivers? Dat heeft Prof. Blok ons uit de Leidsche rekeningen voorgerekend. Voor 4 stuivers kon een werkman naar keuze kopen: 28 liter tarwe, 41 l. gerst, 45 l. haver, 134½ liter groene erwten; ⅓ schaap, 5/12 varken, 1/30 os, ⅓ last turf, ¼ vat bier.
In 1477 zijn de prijzen inmiddels geweldig gestegen terwijl de lonen hetzelfde bleven. Dan is voor 4 stuivers te koop: 22½ l. tarwe, 23 l. gerst, 41 l. haver, 23 l. groene erwten.
Op het eind van de eeuw - aldus prof. Blok - |
| |
| |
|
was het dagloon een halve stuiver hoger, maar de prijs der granen was sedert 1448 bijna verdubbeld. Op de prijs van vlees, bier en turf hadden de tijden echter weinig invloed. (De Roever en Dozy t.a.p.). Wanneer men nu nog weet dat een Last = 30 H.L., kan men zichzelf verder een beeld vormen van ‘de groote duyrte’ in 1491 en andere in de kroniek vermelde jaren. |
1495 |
verderffenisse der vyanden, hier natuurlijk een genitivus van oorzaak: verderfenis van de kant der vijanden.
moortbrand = heimelijke, verraderlijke, ook nachtelijke brandstichting.
dakhuys = huis met pannen gedekt.
vorst = dakvorst = nok of spits van het dak.
De H. Laurentius is als martelaar op een rooster verbrand te Rome, 10 Augustus 258.
Filips II van Spanje heeft het Escorial in de vorm van een rooster laten bouwen, wegens een gelofte die hij gedaan had voor de slag bij St. Quentin, toen hij den heilige van die dag (10 Aug.) aanriep. Op iedere goede afbeelding van het Escorial is deze roostervorm duidelijk te herkennen.
gelooft - de gelofte gedaan, beloofd.
St. Agatha - 5 Februari. |
1503 |
twee ongekleede - d.w.z. twee zonder ‘habijt’ of kloosterkleed.
Petrus ad Vincula - 1 Augustus. |
1507 |
Choorboeken zijn dus de boeken waarin de priesterlijke getijden staan. |
1511 |
Sint Agnietendag - 21 Januari.
knegt = wapenknecht.
schatten = schatting opleggen.
insetten = instellen, opleggen, verordenen.
mergengeld = grafelijke schatting die op de morgen rustte (morgen land = zoveel land als met één span in één morgen kan worden geploegd.
bunder: morgen = 3: 2). |
| |
| |
|
Een grondbelasting was dus dit mergengeld.
huysgeld = een opbrengst in geld, over de huizen of woningen omgeslagen.
ruytergeld = belasting, geheven voor de toestemming tot het werven van ruiters (= krijgsknechten).
excys - accijs, dat weer door verkeerde etym. staat voor assise = belasting, accijns, schatting.
sonderling - in 't bijzonder, vooral. |
1514 |
St. Agapitusdag - 18 Augustus; St. Barbara - 4 December.
om seer kleyne Renten - deze roverij van Wouter Smoeling vond dus zijn oorzaak in het niet of schaars uitbetalen door de stad Amersfoort van de rente op een schuldbrief der stad, die Wouter weer ‘van een vrouwe gekogt hadde.’ De stad Amersfoort (en ook Utrecht) stak door alle oorlogen, branden etc., zo diep in de schuld, dat verschillende Utrechtse burgers uit eigen beweging al de helft van de lijfrenten op de stad hadden kwijtgescholden.
Wouter Smoeling (die natuurlijk niet alleen kwam) was blijkbaar van minder inschikkelijke aard! |
1517 |
Philips wesende een Layck - in dit woord Layck (leek) is nog duidelijk het latijns origineel ‘laicus’ te herkennen. Met dezen nieuwen Bourgondiër op de bisschopszetel is het duidelijk dat de Bourgondische greep op deze gewesten steeds vaster klemt.
Daar Philips een ‘leek’ was moest hij dus tegelijk priester en bisschop gewijd worden. Theoretisch is dit ook nu nog mogelijk, zelfs met een paus.
gehult - van hulden = huldigen. |
1518 |
heeft syn gratiose Precarie verkeert in een strenge schattinge - gratioos = uit gunst verleend; precarie = kerkelijke goederen, waarvan de inkomsten als vruchtgebruik aan iemand worden toegekend; heeft verkeert in = is veranderd in. |
1520 |
St. Odolphus - 12 Juni. |
1525 |
insettinge - gebod, wettelijk voorschrift. |
1526 |
vryenden - hier komt nog duidelijk uit dat het |
| |
| |
|
voord vriend een substantivisch gebruikt tegenw. deelwoord is
vriend - gothisch frijon - ndl. vrijen.
vijand - gothisch fijan = haten.
opsteken - de hand bij wijze van eed opsteken.
weerlyck habyt - wereldse kleding, in tegenstelling tot de kloosterkleding.
Dit verhaal is, evenals trouwens veel uit deze kroniek, door G.C. Hoogewerff verwerkt in zijn roman ‘De Gave Gods.’ |
1531 |
voor de traelje gaan - zie aant. 1416.
daar... op - waarover. |
1536 |
St. Polycarpus - 26 Januari. |
1543 |
buyten ende binnen - in het m.n.l. zijn
‘die van buyten’ = belegeraars.
‘die van binnen’ = belegerden.
Men moet hierbij dus niet denken dat er al een deel in de stad was.
het geliet of - deze uitdrukking is niet goed thuis te brengen.
Is het van geliden = gebeuren? Dan had het moeten zijn het geleet.
Of is het een verschrijving van geliec = geleek?
Translatie van de H. Martinus - 12 Mei. |
1547 |
St. Vitalis - 28 April. |
1552 |
St. Pontianus - 19 November. |
1555 |
soo natten jaar - zo nat een jaar. |
1556 |
cluyt - boter werd bij de kluit verkocht; het gewicht van een kluit? |
1564 |
ende geduyrde tot S. Mathias toe - dit is tot 24 Februari, de dag niet van de evangelist Mattheus, maar van Mathias ‘der an Judas stede koren is’, zoals men hem toentertijd wel aanduidde in Duitsland. Nog merkwaardiger echter in dit verband is zijn epitheton: ‘der das eis bricht’, dat ook bij Grotefend vermeld staat.
Dit hele gedeelte geeft wel een treffend beeld van de slechte drainage in die tijd. |
| |
| |
1572 |
St. Paulus bekering - 25 Januari
S.S. Petrus en Paulus - 29 Juni.
St. Jacobus - 25 Juli.
St. Pantaleon - 27 Juli.
O.L. Vrouwe Hemelvaart - 15 Augustus.
St. Agapitus - 18 Augustus.
O.L. Vrouwe avond - hier waarschijnlijk de avond voor 8 September.
St. Michael - 29 September.
St. Maarten (Martinus) - 11 November.
O.L. Vrouwe Presentatie - 21 November.
beleyden de Geusen de Stadt - hier dus nog de verl. tijd van beleggen en nog niet van het frequentatief belegeren.
Wanneer een stad ‘te vuyr ende te sweert’ werd opgeëist betekende dit, dat, indien de stad niet goedschiks werd overgegeven, maar na bestorming zou worden genomen, de stad ‘te vuyr’ zou worden verbrand, en de inwoners ‘te sweert’ zouden worden omgebracht.
alsoo - wanneer, toen, zodra.
aan een kant begeven - weggaan, zich uit de voeten maken.
Ruyters en Jongens - deze jongens waren een soort ‘aspirant-krijgsknechten’, die als oppassers van de veteranen het oorlogshandwerk al doende leerden, daar er vóór Maurits van eigenlijke africhting weinig sprake was.
Zie over deze jongens en de hele krijgsmansopleiding in die tijd: Dr. J. Brouwer: Kronieken van Spaansche soldaten uit het begin van den 80-jarigen oorlog, blz. 49.
maarschalk - letterlijk de knecht (scalc) voor de maren (merries); dus: paardeknecht. Verder: vorstelijk of stedelijk ambtenaar, die op reizen en in veldtochten het toezicht had over de legertros: mondbehoeften, legering, stallen etc.
een fyn webbe - een fijn weefsel. Zie Starings ‘Be- |
| |
| |
|
zoek van Fohi’, waar het woord ‘web’ zowel weefsel als spinneweb betekent.
Doen togen veel Spanjaerts nae Naarden en Haarlem - welk een onheilspellende klank heeft dit - argeloos neergeschreven - zinnetje gekregen, door wat, naar wij nu weten, daar in die steden is gebeurd! |
1574 |
een devoot - een vroom, godgewijd mens; devoot hier dus zelfstandig gebruikt. |
1579 |
St. Perpetua en Felicitas - 7 Maart.
dien niet - de n van dien waarschijnlijk een schrijffout uit assimilatie met niet ontstaan.
desseyn - plan; vgl. frans: dessin.
St. Gregorius - 12 Maart.
beclaegden hem - drukten er hun spijt over uit.
boven haeren eedt - in strijd met haar eed.
St. Petronella - 31 Mei.
vryheid van Sloth - ontheffing van de kloostergelofte. Natuurlijk behoort het verlenen daarvan niet tot de bevoedheden van de schout.
garnisoenen - inkwartiering.
voor die tijt - met nadruk op die, dus: voor ditmaal nog. |
1582 |
deses Stifts - van dit Sticht, dus van Utrecht.
afsetten - afschaffen, ter zijde zetten.
aanstoot - aanval, aanranding. |
1584 |
leyden.... aan - verzochten.
onder alimentatie - de bedoeling van de magistraat is dus, dat de zusters het kloostergoed aan de stad overdragen en dat de stad dan op zich neemt de zusters verder te onderhouden (alimenteren).
spolieren - plunderen, beroven, lat. spoliare.
in den Heere rusten - sterven. |
1585 |
't Roode Melisoen - uit menisoen = menoison = de cholera. |
1586 |
den Coervorst, den Bisschop van Coelen ende syn wyf.
Dit ‘wyf’ is werkelijk de vrouw van de bisschop |
| |
| |
|
van Keulen. Deze bisschop, Gebhard, was in 1577 aartsbisschop geworden onder invloed der protestantse keurvorsten. In 1582 is hij openlijk tot het protestantisme overgegaan en gehuwd met gravin Agnes van Mansfeld, een gewezen non. In 1584 is hij naar Holland gevlucht.
Overste Schenk - de man van Schenkenschans.
lyfpensie aan 't goet hebben wil zeggen: het vruchtgebruik van het goed hebben en geen macht over 't goed zelf.
lijfpensie = lijfrente, levenslange huur of pacht.
dattet die van Utrecht dan aanslaan souden - aanslaan betekent hier: in beslag nemen, beslag leggen op, de hand slaan aan.
die van Utrecht: de gewestelijke Staten van Utrecht. versien = voorzien, beschikken, bepalen, zorgen voor, in zijn hoede nemen. |
1590 |
gulde professie - herdenking dus van het feit dat zij 50 jaar te voren de kloostergelofte hadden afgelegd. |
1591 |
drie Tovenaarsters - de heksenprocessen zijn op een hoogtepunt. De vyant waarvan hier wordt gesproken is de ‘vyant vander hellen’ zoals de uitvoeriger aanduiding toentertijd was; dus de duivel.
ywers - elders.
bestellen - uitbesteden.
verwoedt = waanzinnig; (verwoeden = waanzinnig worden, zijn).
op schieten = open schieten. |
1592 |
een swaare passie had gegaan. Passie = ziekte, kwaal.
Joannis - 27 Dec.; als tenminste de apostel bedoeld is. |
1593 |
Over de aflaat heerst nog veel wanbegrip. In de R.K. Katechismus lezen we:
‘Door een aflaat verkrijgen we kwijtschelding van de tijdelijke straffen, die er na de vergiffenis der zonden zijn overgebleven.’ |
| |
| |
|
500 dagen aflaat wil zeggen: kwijtschelding van zoveel tijdelijke straf als men hetzij in dit leven of in het toekomende leven door een canonieke boete van 500 dagen zou hebben moeten uitboeten.
De aflaat is derhalve geen zondenvergeving maar veronderstelt dat die reeds geschiedde. Ook kunnen alleen zij die ‘met vermorzeling des harten gebiecht hebben’ de aflaat deelachtig worden. (Zie art. ‘Aflaat’ in Winkler Prins Encycl. van Prof. Al. Janssens).
onbesloten - deze zuster was waarschijnlijk een ‘buitenzuster’, geen ‘slotzuster’.
Welk een beeld roepen deze weinige regelen van de kroniek voor ons op: ‘ons beminde Suster’, ‘onbesloten’ en toch trouw, ‘over de 50 jaaren’ gediend, en ‘de leste 10 jaeren blint’, maar daardoor geen last voor de zusters. Neen ‘in groote lytsaamheyd’ had ze haar blindheid gedragen.
Welk een stille kracht zal deze Susters Geertgen toch nog geweest zijn voor andere susteren als die in moeilijkheden verkeerden. |
1594 |
Mr. Paulus Buys souden overluyen - ter gelegenheid van de dood van Paulus Buys moesten de susteren dus de doodsklok luiden.
Men kan denken met welke gevoelens zy dit deden als men zich 't gebeurde uit 1582 herinnert. Die ketter moesten zij dus overluyen! Toch - zij hebben het gedaan, nog wel 3 maal, zooals de kroniek bijna laconiek vermeldt: ‘hetwelk wy deeden tot drie reysen’.
St. Margriet - 10 Juni (?).
St. Alexius - 17 Juli (?).
St. Stephanus - 26 December (?).
een Jesuit - hier zien wij dus de contra-Reformatie in ons land aan het werk. Men kan begrijpen dat, na alle afbraak, deze bemoedigende man de Susteren als een barmhartige Samaritaan moest voorkomen. |
1595 |
den Rhynvloet - kwam blijkbaar dus bij sterke |
| |
| |
|
was van de rivier door de Gelderse vallei - een oude bedding van vader Rhyn - en richtte dan geweldige verwoestingen aan.
Heer Jan uyt Schotland, die de susteren ‘van de Heeren toegeleyt was’ - zal dus een uit die Engelse troepen zijn geweest die herhaaldelijk in ons land hebben dienst gedaan.
toegeleyt - als een soort belasting. Dit soort belastingen kwam heel veel voor.
Over de Tovenaars, die in dit jaar verbrand zijn, leze men G.C. Hoogewerff's roman ‘de Heksenhamer’.
in een Fiole. Het woord Fiool komt in het grote ‘Woordenboek der Ned. Taal’ alleen voor in de betekenis van: een bijzonder gevormd flesje. Wat deze Fiole moet geweest zijn is niet na te gaan. Was het misschien een soort kooi waarin misdadigers werden te pronk gesteld? |
1597 |
St. Gregorius - 12 Maart.
havenen als een kyndt - frequent. van haven = behandelen, bewerken, reinigen.
havenen = zuiveren, reinigen, verzorgen. |
1598 |
Binnen- en Buyten Procuratrix.
Binnen-procuratrix = de zuster die de binnengoederen van het klooster beheert.
Buiten-procuratrix = de zuster die de buitengoederen beheert.
Paters maecht = de zuster die tot speciale taak had den Pater te bedienen.
Gastwaerster - speciale verzorgster van de gasten, gastenzuster.
St. Agatha - 5 Februari.
St. Sixtus - 6 Augustus.
gesoden, gebraden, Pasteyen, Bier ende Wyn.
Gesoden = gekookt, van sieden.
gesoden znw. = gekookte spijs.
St. Martinus - 11 November.
St. Cecilia - 22 November. |
| |
| |
|
de Gave Godts - het middeleeuws eufemisme voor de pest. Ook wel alleen ‘de gave’ genoemd.
haar kerkgeregte - de laatste sacramenten der stervenden.
de Benedictie - de zegen.
hebben verdronken sestien gulden - geen geringe som aan drank voor die tijd.
Zijn de heren daardoor misschien overmoedig geworden en hebben ze toen nog 34 gulden op hun bord laten uittellen als een z.g.n. boete?
Hoe het zij - de rechteloosheid der zusteren komt hier wel goed uit.
in den Trans - in het dwarsschip van de kerk of in de omgang van het klooster. |
1599 |
St. Jacobus - 25 Juli.
compleet - de Completen, het kerkelijk avondgebed.
St. Augustinus - 28 Augustus.
Pepervuyr - uit 't verband blijkt dat de pest zal bedoeld zijn. De grote woordenboeken geven dit woord niet. |
1600 |
haar tonge lyet niet wel - vgl. aant. 1547.
haar tong ging niet goed meer? of haar tong zag er niet mooi uit?
't huysken (in den hof) - daarheen werden alle gevallen van pest gebracht om geïsoleerd te zijn.
H. Kruysdag - 3 Mei.
Prior Superius - de kloostervoogd, de supervisor voor de congregatie van Windesheim.
St. Simon en Judas - 28 October.
vry onbelooft - zonder nog de kloostergelofte te hebben afgelegd. Vgl. onbesloten.
den tyt en eysschtent niet - de tijdsomstandigheden lieten het niet toe.
ende hebben alle de Susteren geluyt met te seggen Ora Prome - de zusters, zo stellen wij ons voor, bootsten hier de rythmische galm der kerkklok na door gezamenlijk als in spreekkoor Ora pro me te |
| |
| |
|
zeggen. Dit betekent: bid voor mij, en wordt steeds door de gelovigen gezegd in de liturgie. Gewoner is Ora pro nobis. Doch Ora pro me komt ook wel voor. De galm die door dit gezamenlijke zeggen ontstond heeft de zusters dus op de gedachte gebracht dit als ‘ersatz’ te gebruiken voor de kerkklokken die niet meer geluid mochten worden. |
1601 |
ende hiet - een bekende middelnederl. constructie voor: die heette.
St. Jan's Geboortendach - met uitzondering wordt van Johannes de Doper de geboortedag (24 Juni) gevierd en niet, zoals bij andere heiligen, de sterfdag. Vgl. aant. 1410.
‘een gouden Conings daalder voor elke zuster’ - hoewel de kloostergelofte ook toen de gelofte van armoede inhield, werd in sommige kloosters aan de zusters een Peculium of privaatbeurs toegestaan, waarover ze zelf konden beschikken. In de geschiedenis der kloosters is dit dikwijls het begin geweest van ernstige verslapping (zie Kath. Encyclop.). 't Kan dus zijn dat hier van zo'n Peculium sprake is, 't kan ook zijn dat hier al een gevolg van de heersende verslapping der kloostertucht aan 't licht komt.
St. Lucas - 18 October.
St. Andries - 30 November.
aanslaan - beslag leggen op. |
1603 |
een heerlyk deyl - een grote som.
Catharina Groen die by de Staten tot alimentatie 35 gulden jaarlyx was toegeleyt is door haar moeder 't huys gehaalt.
Hieruit blijkt dus dat de Staten de onderhoudsplicht der zusters op zich genomen hebben na het kloostergoed te hebben geconfiskeerd.
Waarom heeft de moeder Catharina nu thuis gehaalt? Omdat zij 35 gulden per jaar voor onderhoud een onmogelijk bedrag vond misschien?
Veel is 't in ieder geval niet geweest. Even verder vermeldt de kroniek dat ‘eenige Susteren haar sel- |
| |
| |
|
ven hebben besponnen ende gecleedt,’ dus zelf wol gekocht en die tot eigen kleding gemaakt hebben.
St. Tecla - 23 September.
Op Alderheyligendach - (1 November) hadden de zusters klaarblijkelijk in 't geheim een mis voorbereid. Hier stond toen nog boete op en waarschijnlijk hebben de ‘onderschout en de wagtmeester’ die willen verdienen, door de zusters op heterdaad te betrappen, wat echter mislukte door de waakzaamheid van Marrichgen Jans, zodat allen in tijds konden worden weggemoffeld en ‘een ider sig versien heeft’, een veilig heenkomen heeft gezocht.
Wanneer men leest ‘Aechgen Melis bracht de Pater op een heymelycke plaatse’ moet men onwillekeurig denken aan de nog in Amsterdam bestaande ‘schuilkerk’ aan de O.Z. Voorburgwal 40, in de volksmond ‘Onze Lieve Heer op zolder’ genoemd. Daar kon ook de pater bij een plotselinge overval door een gat in de turfkist die als altaar diende, worden ‘verdonkeremaand’.
Een bezoek aan dit ‘Museum Amstelkring’ - zoals het thans heet - geeft een indruk van de toestand der katholieken in deze jaren. |
1605 |
St. Stephanus vindinge - 3 Augustus. |
1606 |
regulier = kloosterling, iemand die aan een kloosterregel is onderworpen. |
1629 |
den 3 Augusti Oldenstyl - d.w.z. 3 Augustus volgens de oude tijdrekening die gold voor de invoering van de Gregoriaanse in 1582.
Men ziet dat het nog geruime tijd heeft geduurd voor het rekenen volgens de nieuwe stijl algemeen ingang had gevonden.
cornette is eigl. de officier, die bij een comp. ruiterij de standaard droeg; hier is het een afdeling.
De Capiteyns sommige - hier hebben we dus ‘sommige’ in z'n oude substantivische functie. Het is een m.n.l. constructie.
conniveerdent - latijn conniveo = de ogen luiken. |
| |
| |
|
De Soldaten waaren meest Luthers - weer zo'n zinnetje dat in z'n kortheid veelzeggend is. Merkwaardig dat Lutherse soldaten de katholieke godsdienstoefening in Amersfoort (tijdelijk) hielpen herstellen.
door dien sommige tegen het accoort tusschen syn Heyligheyt ende den Doorlugtigen Heere Vicarius Philippus Rovenius wilden indringen een priester van de Societeyt.
Meerdere malen komen konflikten voor van deze aard. De Jezuieten (die grote aktiviteit naar buiten ontplooiden in de Contra-Reformatie) werkten n.l. rechtstreeks onder Rome, en waren niet ondergeschikt aan de plaatselijke kerkelijke overheid. (Apost. Vicarius).
Dit moest tot konflikten leiden. Hier was dan ook een dergelijk conflict. De priester (een Jezuiet en zoon van een Amersfoorts ‘Borger’) was hier door z'n superieur geplaatst. Rovenius wilde echter deze Jezuiet niet dulden. De priester had het daar moeilijk onder, daar hij wel voelde hier niet gewenst te zijn, maar toch zijn ‘Overste’ moest gehoorzamen. Tenslotte heeft Rovenius dan toegestemd dat hij mocht blijven, op de uitdrukkelijke voorwaarde, dat het ‘niet soude syn tot consequentie’, m.a.w. dat het bij deze ene Jezuiet zou blijven.
want hy de saacke gansch verbleef aan synen Oversten - het w.w. verbliven bet.: aan de scheidsrechterlijke uitspraak onderwerpen. Dit w.w. is speciaal oost middelnederl. Er zijn meer aanwijzingen dat de kroniek of althans gedeelten ervan door iemand uit 't Oosten van ons land (Windesheym?) geschreven zijn. Zie bijv. scholt voor schout, oldenstyl voor oudenstyl, wolde voor woude.
met haar Bedt, kleederen ende Wyel - dus met haar beddegoed, kleding en nonnensluier. Wyel = fr. voile.
St. Valentinus - 14 Febr. of 8 Juni. |
| |
| |
|
St. Laurentius - 10 Augustus.
in 't Graf ons Heren - zal een of ander speciaal vertrek of speciale plaats in het klooster zijn geweest.
een genadige kercker - genadige celstraf als penitentie.
St. Geertrudis - 13 Augustus.
Dormpter - slaapzaal, lat. dormitorium.
13den sonnendach - te weten: na Pinksteren.
St. Prothus en Hyacinthus - 11 September. |
1630 |
ende veel vuyrs daar was vernomen - er waren daar dus veel besmettingshaarden ontdekt.
vuyr hier dus in de bet. van ‘ziekte in het bloed’ die het ook nog heeft in miltvuur, een besmettelijke miltziekte, die onder 't vee voorkomt; vuyr zal hier dus wel pest betekenen.
De Provintien... hielden tegen malkanderen de Granen op - de gewestelijke zelfgenoegzaamheid en afgeslotenheid blijkt in deze tijd nog sterk te zijn. ophouden = vasthouden. |
1632 |
verraat op Schenkenschans - Van een verraad in 1632 is niets bekend. Nergens wordt het vermeld, noch bij Japikse, noch bij Geyl, noch bij Blok.
Over de Schenkenschans en de verovering ervan in 1635 zie men Blok II, 633.
Pastoor Mr. Willem Bloem werd ook in 1629 reeds beschuldigd van verraad van Amersfoort aan Montecuculi. Nu weer van 't verraad op Schenkenschans, gelegen in de bek van de Betuwe aan de Waal, ongeveer ten Z.O. van Arnhem. Zijn onschuld stond voor de zusters vast. 't Gerecht blijkt er anders over geoordeeld te hebben. Mr. Willem is verbannen en heeft zich te Huyssen (nu in ons Limburg, toen buiten de Seven Provinciën liggende) gevestigd. Uit de kroniek blijkt hoezeer men aan hem gehecht was. Zijn goed dat verbeurd verklaard was, is ‘omstreeks Corsmisse geredimeert’, d.w.z. vrijgekocht; wellicht door enige goede vrienden van hem. |
|
|