zij - de vrouw die hem beminde en door hem bemind werd - later het onbenullige boek ‘Byron jugé par des témoins de sa vie’ heeft kunnen schrijven, het heeft de ergernis gewekt van Barbey d'Aurévilly. Zijn minachting voor de ‘bas-bleus’ heeft hij niet scherper uitgesproken dan in het artikel over haar, maar daarin ook... zijn bewondering voor Byron ‘multiface, multicolore et multiforme... Le caractère de ce singulier génie, c'est d'être profond et mobile sont à la fois, - quelque chose comme un arc-en-ciel sur un gouffre’...
Ongetwijfeld: zijn ‘Mobilité dans la profondeur’ is ‘la caractéristique géniale et humaine’ van Byron. Natuurlijk geldt deze gecompliceerdheid niet alleen waar het de vrouw betreft. Ook in andere opzichten waren er allerlei kanten aan zijn karakter, die de menschen in verrukking brachten, ergerden, hem deden liefhebben of haten. Dit is bekend maar weer helder in het licht gesteld door Maurois. Bijna ieder mensch is gecompliceerd, bijna ieder mensch vindt in zichzelf, wellicht in kiem, Byron's deugden en ondeugden, maar bij dezen genialen mensch openbaart zich alles heftiger en ontstellender en verrukkender. Byron geeft ons ‘in an overwhelming way, the desire of life, the enjoyment of life, and the sense of life's deceit, as it vanishes from between our hands, and slips from under our feet, and is a voice and no more.’ Dit zijn woorden van Arthur Symons, die in schitterende bladzijden in zijn ‘Romantic movement in English poetry) over Byron schreef, bladzijden die men met genot en bewondering zal lezen.
Maurois' boek boeit van het begin tot het einde. Het is rustig, goed gedocumenteerd, uitstekend van compositie, zonder malle geestdrift, toch met warmte geschreven, vol fijne opmerkingen. Het beeld dat hij ons van Byron heeft gegeven zal moeilijk te verbeteren zijn.
N.J. Beversen