Columbus. Jaargang 1(1945-1946)– [tijdschrift] Columbus– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Kruisiging Omdat Gij ons steeds overvalt wanneer wij geen gevaar beseffen, zal onverwachts Uw schouder treffen mijn vuist, in drift naar U gebald. Tot ik Uw lippen heb gekust, U binnen het gevang kan voeren, zal ik U dag en nacht beloeren: een rode kaper op Uw kust. Eens zal de wellust van mijn haat U in het schemerdonker vinden. Daar zal ik al Uw krachten binden tot Gij ontluisterd voor mij staat. Ik spuug Uw schreden achterna. Ik zal U naar de heuvel sleuren, Uw weke hand met spijkers scheuren en grijnzen om Veronica. .. .. .. .. .. .. .. .. .. .. .. .. .. .. .. Uw lippen fluisteren mijn naam. O, kon ik nog dit zachte spreken met felle mokerslagen breken! Ik moet het woord voor woord verstaan. Ik zal er aan ten onder gaan. MARGREETH WOLTJES Vorige Volgende