Clioos Cytter, slaande aardige gezangen, nieuwe wyzen, geestighe steekdichjes en brandende minnekusjes(1669)–Anoniem Clioos Cytter, slaande aardige gezangen, nieuwe wyzen, geestighe steekdichjes en brandende minnekusjes– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 3] [p. 3] Op Klioos Cytter. Audiat haec tantum, vel qui venit. HIer laat sich Klio kunstig hooren. Hier kittelt Klio Ziel en Ooren Met Cyter-tukken na de maat, Wen daar haar vinger toon op slaat, So slaan haar Susters weder-galmen. Haar klank verdooft Syringaas halmen. Wat wonder is't? haar snaaren syn Gemengelt, helder, grof en fyn, Die Ericyne liet vergaaren Aan't Y, uyt goude Maagde-haaren En eygen Haar-tuyt, die sy schonk. Haar Cyter-blad tot volle pronk. Wat Godheyd kan ons meer vermaaken? En meer ons hart en hersens raakken Als Clio, die self Cythereê De Snaaren, Toon en Cyter deê? Meditando. J. Blasius, Advt. Vorige Volgende