Jacq Vogelaar
Voor groot en klein
Het eetslot
Het is stil bij de deur van mijn kamer. Ik denk dat het nu slaapt, dus heb ik even tijd om te vertellen hoe de zaken staan.
Ik heb je gisteren verteld dat ik het in mijn huis niet langer uithield, omdat er behalve de voordeur geen enkele deur op slot kan. Dat is nu eenmaal zo. Waarom dat zo is, weet ik ook niet. Ik werd nogal zenuwachtig toen er 's ochtends in alle vroegte opeens twee mannen in mijn slaapkamer stonden die zeiden dat ze opdracht hadden mijn bed mee te nemen. Opdracht van wie? vroeg ik nog. Dat ging mij geen reet aan. Of ik maar eventjes snel tussen m'n zure lappen vandaan wilde komen. Zoniet, dan zouden ze me het raam uit kieperen of tegen het plafond jonassen.
Het waren sterke jongens, dat zei ik je geloof ik al, stoere knapen, dus ik als een haas het bed uit. Bed weg. Ik zonder bed. Je begrijpt dat ik de smoor in had. In een huis zonder één deur die op slot kon; behalve de voordeur, maar daar had ik weinig aan zolang iedereen gewoon door de achterdeur naar binnen kon.
Daarom ben ik naar een hotel gegaan. Daar woon ik nu. Ik kan het iedereen aanraden: ga eens een tijdje in je eigen stad in een hotel wonen. Je knapt er van op, bijna alsof je iemand anders geworden bent.
Het hotel heeft de prachtige naam Zeezicht, hoewel het midden in de stad staat en de stad mijlenver van zee vandaan ligt. De naam van de eigenaar gaf voor mij de doorslag; hij heet Slotenmaker.
Toch weet ik niet helemaal zeker of ik beter af ben met mijn huidige behuizing. De deur is dicht, ik heb hem van binnenuit op slot gedaan, maar daar is ook alles mee gezegd. Want laat ik nu uitgerekend de kamer gekregen hebben met het eetslot.
Om te beginnen eet het elke sleutel op die er wordt in gestoken. Niet alleen de baard maar de hele sleutel, met alles wat eraan vastzit, een koperen peer of sleutelhanger, alles vreet het op.
Als iemand z'n vinger in het slot steekt, z'n pink bij voorbeeld, eet het die ook op, en als je niet uitkijkt in één moeite door alles wat aan die vinger vastzit. Maar wie steekt er nou een vinger in het sleutelgat?
Waagt iemand het om door het sleutelgat te loeren - je weet wel wie dat altijd doet - dan is hij prompt z'n oog kwijt. Net goed, kun je natuurlijk zeggen, maar het is wel een fikse straf, een oog kwijt.
Een uur geleden heeft het uitgehongerde slot mijn hele avondeten veror-