Voorwoord
In het werk van verschillende Nederlandse en buitenlandse auteurs spelen ‘dingen’ soms de hoofdrol in plaats van personages. Zo schreef Francis Ponge in korte prozagedichten over zulke prozaïsche onderwerpen als zeep of kiezelstenen, wijdde Georges Perec wijdde een korte roman, Les choses, volledig aan wat een echtpaar in de loop van een huwelijk zoal aan materieels om zich heen verzamelt, en publiceerde Roger Caillois een roman onder de titel Stenen. In de beeldende kunst weerspiegelt die aandacht voor doodgewone dingen zich in het werk van Marcel Duchamp. Postmoderne kunstenaars verwijzen graag naar Duchamp wanneer ze doodordinaire objecten als (onderdeel van een) kunstwerk presenteren.
In dit dubbelnummer van BZZLLETIN worden dagelijkse ‘dingen’ op verschillende manieren onder de loep genomen - in essays, verhalen en in beeldvorm. Met o.m. bijdragen over het werk van Roger Caillois, Julio Cortázar, Kees 't Hart, Georges Perec, Rascha Peper en Jean-Philippe Toussaint. Verder het tweede deel van het vervolginterview met J.J. Voskuil, beschouwingen over de boeken van Peter Ackroyd en Dan Jacobson en een interview met Dirk van Weelden, naar aanleiding van zijn roman Orville, die onlangs verscheen.