Bzzlletin. Jaargang 27

[p. 85]

De slaapster
naar een verhaal van Allard Schröder.

[p. 86]

Toen de zuidenwind ging waaien
Over De slaapster van Allard Schröder

Schröder heeft stijl; wat hij wil zeggen komt er te staan. Beeldspraak is bijna onverschillig aangebracht. Stijlfiguren past hij in alsof hij ze dagelijks een hand geeft. En niet een bekend rijtje; nee, hij heeft zijn Ulysses doorgenomen en hanteert ze spelenderwijs en wat belangrijk is: niet manieristiek of om uit te zijn op erudiet vertoon.

Hij weet met vorm om te gaan. Zijn verhaal wordt ingepakt in 'n andere tijd, maar hiet is alosf Schröder de tijd tot inkeer laat komen en ons met vragen achterlaat, met een ‘gezichtsloos vermoeden’.

‘De zee applaudiseert.’

Willem Broens

[p. 87]

[p. 88]

[p. 89]

[p. 90]

[p. 91]

[p. 92]

[p. 93]

[p. 94]

[p. 95]

De slaapster van Allard Schröder verscheen in de verhalenbundel Het pak van Kleindienst in 1996 bij De Bezige Bij. Schröder publiceerde verder o.m. De gave van Luxuria (1 989), De muziek van de zwarte toetsen (1991) en Raaf (1995).

Fred de Heij (1960). Rietveld Academie van 1978 tot 1983 (afdeling illustratie). Werkte daarna vooral voor kinderboekuitgevers. Tekent strips vanaf 1990, voor o.m. de weekbladen Kuifje, Taptoe en Tina. In 1997 begon hij een eigen stripblad, ‘Filo’.