gelijkertijd op het witte doek uit te brengen, om zodoende nog meer abonnees te winnen. De bioscopen voeren er wel bij, want het bioscooppubliek, dat tot dan toe hoofdzakelijk uit mannen bestond, groeide hierdoor eveneens aanzienlijk.
Toen veel vrouwen regelmatige bioscoopbezoeksters waren geworden, werd de doelgroep uitgebreid met kinderen, en bedachten de producers speciale filmverhalen voor kinderen, die eveneens in serie werden uitgebracht. Elke zondagmiddag toog de jeugd naar de bioscoop voor een nieuwe aflevering van The Lone Ranger of Dick Tracy, filmverhalen die overigens gebaseerd waren op de gelijknamige radioserie, respectievelijk strip. Bestaande (strip)verhalen werden wel vaker aangepast en verfilmd, in een poging te concurreren met de series die in kranten en tijdschriften verschenen of op de radio te beluisteren waren. Pas in de jaren vijftig, toen de televisie snel aan populariteit won, verdwenen de filmseries uit de bioscopen om plaats te maken voor afgeronde en middag- of avondvullende voorstellingen.
Het vervolgverhaal mocht dan al geruime tijd bestaan, pas met de intrede van de radio werd de soap zoals wij die kennen, geboren. Ondanks herhaalde verzekeringen van de radiozenders dat het ze in de eerste plaats ging om het brengen van nieuws en informatieve programma's van hoge kwaliteit, werd de programmering van het begin af aan in sterke mate bepaald door de sponsors. Om luisteraars te trekken werden naast actualiteiten ook spelletjes, praatprogramma's en hoorspelen gebracht. Met name de hoorspelen, die aan het begin van de avond werden uitgezonden, bleken bijzonder in trek.
De adverteerders wisten uit de mogelijkheden van dit nieuwe medium al snel een slaatje te slaan. Ze combineerden het voordeel van het lagere dagtarief met de wetenschap dat de kleine groep luisteraars overdag desalniettemin invloedrijke consumenten waren: huisvrouwen. Proctor & Gamble, fabrikant van een wijds scala aan zeep en andere huishoudelijke schoonmaakmiddelen, werd de grootste sponsor van hoorspelen in de middaguren, wanneer vrouwen in de gelegenheid waren naar de radio te luisteren terwijl ze de was deden, aan het strijken waren of de ramen lapten.
De soap opera verdween echter snel van de radio zodra de televisie zijn intrede deed, terwijl ook in de bioscopen de series hun langste tijd hadden gehad. In de jaren vijftig werden zo'n vijfendertig soap opera's geïntroduceerd op de televisie, waarvan sommige nog steeds te zien zijn.
Het genre heeft zich in de loop der tijd in alle mogelijke varianten ontwikkeld: van ‘hard-core’ soap opera's die tot in lengte van dagen uitgezonden kunnen worden zonder een einde te kennen, tot miniseries die soms werkelijk uit het minimum van twee afleveringen bestaan.
Vrouwen zijn ook al lang niet meer de enige doelgroep. In de jaren zestig werd de sciencefiction-serie Star Trek ontwikkeld, die inmiddels een revival meemaakt en waarop diverse vervolgseries zijn gemaakt. Daarnaast incorporeren politieseries steeds vaker soapachtige elementen, doordat elke aflevering weliswaar een op zichzelf staand verhaal vertelt, maar daarnaast over meerdere episodes lopende verhaallijnen kent, waarin bijvoorbeeld de relaties tussen de teamleden uitgewerkt worden.