[Nummer 175]
D.M. Schenkeveld
Inleiding
In het voorjaar van 1989 heeft de studierichting Griekse en Latijnse Taal en Cultuur aan de Vrije Universiteit te Amsterdam een begin gemaakt met series van Oudheidkundige Voordrachten, bedoeld voor studenten en andere belangstellenden. De eerste serie had als onderwerp De wereld van Homerus en de invloed van Homerus. De voordrachten die toen zijn gehouden zijn hier bijeengebracht, aangevuld met enige bijdragen die speciaal geschreven werden voor dit nummer van BZZLLETIN.
Ze gaan over verschillende facetten van de poëzie van Homerus en behandelen vragen als: Wat voor voorstelling moeten we ons maken van een dichter in een maatschappij zonder schrift? Helpen de opgravingen ons om meer van die maatschappij te weten te komen? Maar ook wordt de vraag over invloed van de homerische gedichten op de antieke kunst beantwoord en gaat één bijdrage na wat de rol van Homerus in het antieke onderwijs was.
Aan de hand van de ontmoeting tussen Odysseus en zijn vrouw - aan het eind van de Odyssee - wordt aangetoond hoe verschillende classici in de loop van twee eeuwen over het ontstaan van de homerische gedichten hebben gedacht.
Op welke wijze Homerus invloed heeft gehad op het werk van F.C. Terborgh, wordt behandeld in een bijdrage over Odysseus' laatste tocht. Daarna volgt een vergelijking van een aantal Homerus-vertalingen en het geheel wordt afgesloten met een vertaald fragment uit de Ilias.
Aangezien Homerus in 1992 onderwerp zal zijn van het eindexamen gymnasium, zijn wij verheugd dat de redactie van BZZLLETIN ons aanbod om nu al een speciaal nummer aan hem te wijden, heeft aangenomen.