samen met haar door het landschap en door onze binnenwerelden trok. Haar poëzie raakt mij diep, ontroert me. Ze is doorleefd, lijfelijk, origineel en bezit een wonderbaarlijke kracht. In de vorm is ze zeer gedurfd. Het ritme schijnt perfect te zijn, maar dat kan ik uit de vertalingen niet opmaken.
Bij Tsvetajeva is er sprake van een soort ‘visitation’, een bezetenheid waarbij het controlerende ik lijkt te zijn weggevallen: alles om haar heen staat stil - en zíj bestaat. De andere grote ontdekking was de Braziliaanse schrijfster Clarice Lispector. Zij is heel introspectief, ze duikt in het onderbewustzijn van de mens waar alleen nog chaos en troebelheid heersen. Ze duikt als het ware onder de taal en durft uit te komen op gestamel, gekreun, zwijgen. Haar romans zijn ontstaan in uren van buitenissige concentratie, de zogenaamde ‘stream of consciousness’ á la Virginia Woolf of Joyce, maar ze kan haar verhalen ook heel cerebraal opbouwen. Door Franse feministen als Hélène Cixous is ze als paradepaardje geconfisceerd. Zij zou hèt voorbeeld van vrouwelijk schrijven zijn. Ik zie haar, los van haar sexe, als een groot schrijver, zoals ik Max Frisch, los van zijn sexe, een groot schrijver vind.
Fleur Bourgonje
foto Hans van den Boogaard
Jouw hoofdpersonen zijn buitenstaanders.
Ja, mijn personages voelen zich buitengesloten of plaatsen zich actief buiten de groep, de gevestigde orde, of een bepaalde moraal, omdat ze twijfelen, omdat ze niet willen opgaan in vanzelfsprekendheden.
Hanna uit Spoorloos vertrekt welbewust uit haar geboortedorp en komt vervolgens haast per ongeluk in Chili terecht. Ze registreert en beschouwt daar de positie van vrouwen aan de rand van de samenleving. Je laat de lezer het open eind van de roman verder invullen. Een welbewuste uiting van je levensopvattingen?
Ja, ik weet niet wat het leven zal brengen. Niets ligt vast. Zo kan ik van de hoofdpersoon ook niet zeggen wat er met haar zal gaan gebeuren. Ik laat haar uiteindelijk zelf kiezen; ik laat de lezer kiezen. Aan het eind scheiden onze wegen zich.
Je sluit je vanwege de twijfel ook niet aan bij een bepaalde groepering?
Ik sluit mij nergens bij aan, omdat ik volstrekt onafhankelijk wil zijn in mijn denken. Ik wil mij niet volledig identificeren met bijvoorbeeld de vrouwenbeweging of een politieke partij. Ik ben een eenling, een geboren anarchiste.
Ik wind mij niet snel op, maar als ik het doe dan gaat het om onbenulligheden als een lekke band, òf zaken als ethiek en waarden die mij dierbaar zijn. In Zuid-Amerika was de menselijke waardigheid in het geding. Het ging daar om verzet tegen vernedering en onderdrukking. Toen heb ik mij politiek geëngageerd, zonder overigens actief lid te worden van een partij.
Hoe denk je over geëngageerde literatuur?
De filosofie van een schrijver komt altijd tot uitdrukking in zijn werk, of hij/zij nu in Zuid-Amerika of in Nederland woont. In iedere roman schildert de schrijver een plaatje van de maatschappij, van de verhouding tussen de mensen, van het individu in zijn omgeving. Dat kan tussen de regels te lezen zijn, of in hele duidelijke termen. Als ik zelf duidelijk politiek stelling wil nemen, dan doe ik dat liever in een artikel dan in een roman, gedicht of novelle.
In Venezuela nam je in het Spaans interviews af met prostituées en prostituanten.
Vanuit economische motieven gaan vrouwen in onderontwikkelde landen in de prostitutie, want er moet brood op de plank komen. De meisjes die ik daar heb leren kennen waren tussen de veertien en twintig jaar en geronseld op het platteland van Colombia en Bolivia als hulp in de huishouding. Ze waren illegaal het land binnengekomen en konden dus niet terug. Slavenhandel dus.
Uit de gesprekken die ik een jaar lang heb gevoerd, bleek dat ze het geld dat ze verdienden opstuurden naar hun familie op het platteland. Gezinnen van tien tot twaalf mensen leefden daarvan. Ik heb me wel afgevraagd waarom het ene meisje kiest voor kapster, of typiste (dat is wel het allerhoogste dat je kunt bereiken als je van arme