Bzzlletin. Jaargang 13(1984-1985)– [tijdschrift] Bzzlletin– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 40] [p. 40] Jozef Eijckmans 5 gedichten oefening in piëteit kijk niemand maar ook anders niet tegen doodsleeftijdsgenoot wordt het verzwegen: je gaat al lang niet meer zo snel of je doet alsof goed het dommelen van de stoel schrikt op het wegzakken zo ongemerkt beslopen kijk hoe er niemand luistert allen kozen reeds lang voor wat hen het minst erg toescheen: zonder afscheid te nemen behielden zij hun stem stoïsch verbijstering een effen gezicht bij deze ontwaarding hoewel een gulzig volk neemt dat niet zich in allerlei bochten wringend maar hij reeds aangekomen op een ver verwijderde plaats zijn onleesbaar gezicht veranderde in een veldweg kennend al lang niet meer dat doodgevaarlijke woord naklank uit het theater beschrijf een man in zijn gevoelens halverwege genadig de glimlach (altijd van een ander) er tegenover gesteld zo en niet anders daagt afwijzing voltrekt zich ondergang en niemand die een week hart vertoont voor een die zijn rol voortijds heeft uitgespeeld daar in dat theaterstuk van halverwege de ondertekening de strakke gebeurtenissen van de dingen dragen het komfort het is de moederrust van een kind dat niets aan zijn hoofd heeft uiteindelijk het is geen vaderrumoer: zorg verdriet ondergang er staat een gestalte in de kamer als een zacht vierkant een zwaar gordijn een reeds lang buiten gesloten kwestie zonder die tekst nader te bezien ondertekent hij alle aktes van het verlorene en waar hier de lampen nog schijnen antwoordt niemand meer opdracht en zo dan waar toch niet uit te komen is hanteer de taal doodvermoeid op alle wegen ontsla het weleer kies wit en vervolg het geschrevene zoek er geen leven meer in geen zwart hoe dit dan bedenkelijk noch ramp zalig is saamgevat de stemmen uitgeteld hen overdragend aan de stilte te weten het overbodige zelf Vorige Volgende