vervolg van pag. 12
hard achteruit. Hij had een vorm van bloedkanker.
1969 In '69 kwam zijn laatste roman gereed: Het proces van meester Eckhart; een begin werd gemaakt met De persconferentie, waar hij echter maar 6 dagen aan had kunnen werken. Het boek was bedoeld voor het geval hij de Nobelprijs zou krijgen; hij wilde over dat deel van zijn leven gaan schrijven, dat hij altijd had weggelaten, namelijk zijn depressies. Deze waren ondanks de Tofranil weer teruggekomen, zonder enige aanleiding, zoals altijd (vandaar de term endogene depressie). Vanaf zijn zeventiende jaar had hij er aan geleden: ‘Je zuiverste rotzooi’, naar zijn zeggen. Ook vertoonden zich verschijnselen 1970 van de ziekte van Parkinson. In 1970 schreef hij niet meer, ook zijn correspondentie ging hem moeilijk af. Na drie 1971 maanden in coma overleed hij op 23 maart 1971 in het Academisch ziekenhuis te Utrecht. Vlak voor zijn dood werd hem de Prijs der Nederlandse Letteren toegekend, welke postuum aan zijn vrouw werd uitgereikt door koning Boudewijn van België op 13 mei 1971 te Brussel.
Zo was een eind gekomen aan het leven van Nederlands meest productieve schrijver, die naast het schrijven van 54 romans, 39 novellen en korte verhalen, 24 dichtbundels en 33 uitgavan met essays, nog honderden artikelen in dag- en weekbladen publiceerde en daarmee geconfronteerd opmerkte: ‘Heb ik dat allemaal geschreven?’
Noot van de auteur: Bovenstaande samenvatting is slechts een tijdtafel, waarin in een zo kort mogelijk bestek de belangrijkste feiten uit het leven van Vestdijk zijn aangestipt. Met de toekomstige biografie die hij met Anne Wadman aan het voorbereiden is, heeft deze synopsis alleen het inventariserende karakter gemeen. De auteur is veel dank verschuldigd aan Claudia Zimmerman voor het gereedmaken van de definitieve versie en aan Martin Ros voor de nodige aanwijzingen.