werp Jan Willem Stas. (Amsterdamse schotschriften; no. 1) Eerder verschenen in de rubriek ‘Een en ander’ in N.R.C.-Handelsblad, in de periode van november 1977-januari 1978, als wekelijkse bijdragen op woensdag.
- Heremijntijd, exercities & ketelmuziek.
Amsterdam, De Arbeiderspers, 1978. 122 blz.
Van de eerste oplaag werden 350 exemplaren door de auteur gesigneerd. Deze, arabisch genummerde, exemplaren zijn hors commerce en bestemd voor de relaties van Uitgeverij De Arbeiderspers ter gelegenheid van de jaarwisseling 1978-1979.
- De stankbel van de Nieuwezijds; contra scientology.
Amsterdam, De Arbeiderspers, maart 1979. 31 blz. Bevat literatuuropg.; afbn.
In Zwarte Gerrit; variaties op een thema (Amsterdam, Scientology Kerk, 1979) vinden we een dreigend antwoord op dit pamflet, van de hand van de anonieme Bert Schwitters
N.B. Evenals bij de rubriek poëzie is het ondoenlijk in dit bestek de vele verspreide publikaties op het terrein van proza op te nemen. Ik noem hier slechts de wekelijkse bijdragen in Het Parool, Vrij Nederland, NRC-Handelsblad, zijn medewerking aan Maatstaf, Propria Cures, De Klopgeest, enz. enz. Zelfs BZZLLETIN ontkwam niet aan het ‘slagveld’ van Komrij. Dat hij redacteur was van de Nederlandstalige erotika van de Olympiapress van Maurice Girodias, is minder belangrijk dan het redacteurschap van Maatstaf, dat hij reeds jaren bekleedt. Onder zijn redactie (samen met Martin Ros) verschenen verschillende thema-nummers, ook apart in boekvorm uitgegeven, o.a.:
- Multatuli 1820-1887; onder redactie van Martin Ros en Gerrit Komrij.
Amsterdam, De Arbeiderspers, 1970.
(‘Maatstaf’, jaargang 17, nr. 11)
- Gesprekken met schrijvers; onder redactie van Martin Ros en Gerrit Komrij.
Amsterdam, De Arbeiderspers, 1970.
(‘Maatstaf’, jaargang 18, nr. 6)
- Zeeland. Waarom. Daarom.; onder redactie van Hans Warren, André Oosthoek, Martin Ros en Gerrit Komrij.
Amsterdam, De Arbeiderspers, 1970.
(Tevens verschenen als septembernummer van het maandblad ‘Maatstaf’, jaargang 18.)
- L.P. Boon 1912-1972; onder redactie van Martin Ros en Gerrit Komrij.
Amsterdam, De Arbeiderspers, 1972.
(Speciaal nummer van ‘Maatstaf’, jaargang 19, nr. 11)
Niet minder belangrijk is zijn arbeid als verzorger van een aantal bloemlezingen, waarvan hier genoemd wordt:
- Multatuli. 30 ideeën.
Amsterdam, Galerie Podulke, 1970.
Zeer bijzondere uitgave op groot formaat in cassette, op bladen in verschillende kleuren, gedrukt door Typique, typografische boutique, in een oplage van slechts 20 genummerde exemplaren.
Nadat de drukker failliet gegaan was, kwam één exemplaar in bezit van de auteur; de rest is sindsdien onvindbaar.
- Multatuli. Ideeën; een keuze door Gerrit Komrij.
Amsterdam, De Arbeiderspers, 1971. 156 blz. (De negentiende eeuw).
Bevat 184 ideeën met een herziene nummering, door de auteur verantwoord.
- Een moederhart, een gouden hart; dichters over ‘moeder’, verz. en ingeleid door Gerrit Komrij. (100 gedichten).
Amsterdam, De Arbeiderspers, 1973. 170 blz.
- De moeder; een bloemlezing.
Baarn, Thomas Rap, 1979. 75 blz.
- De Nederlandse poëzie van de 19e en 20e eeuw in duizend en enige gedichten.
Amsterdam, Bert Bakker, 1979. 1056 blz. (Bert Bakker Bloemlezing).
Deze bloemlezing, in een oplage van 20.000 ex. verschenen, was binnen enkele maanden na verschijnen reeds uitverkocht, mede dank zij de publiciteit die eromheen ontstond doordat een aantal 50-ers geen toestemming had verleend voor opname van hun werk en hierover een kort geding aanspande tegen de uitgever die zonder die toestemming toch werk had opgenomen. De rechter besliste in het voordeel van uitgever (en auteur), o.a. overwegende dat het hier (ook) een schoolbloemlezing betrof.
‘Maar waarom’, stelde Gerrit Bussink zeer terecht in Bu-Bulletin, nr. 2 van de 2e jrg., maart 1980, ‘vroeg Bert Bakker dan heel officieel toestemming aan de opgenomen dichters? Dat is binnen bepaalde grenzen voor een bloemlezing voor het onderwijs toch helemaal niet nodig?’
Zonder zich iets aan te trekken van het dreigement van ‘hoger beroep’ brachten uitgever en auteur in maart 1980 de tweede druk op de markt, nu in een opl. van 10.000 ex. De bundel bevat een voorwoord van Gerrit Komrij; de opgenomen gedichten zijn geordend op geboortejaar van de auteurs, en het inhoudsoverzicht bevat een alfabetische lijst van dichters met een opsomming van titels (c.q. eerste regels) van de gedichten, met verwijzing naar de betreffende pagina's en de bundels waaruit de gedichten zijn overgenomen.