Honderd jaar geleden
Dolf Verroen
Het Schrijverscollectief van het Boek van de Maand ‘100 jaar geleden’ in de werkplaats van Scheepswerf 't Kromhout in Amsterdam.
V.l.n.r.: Willem Wilmink, Ries Moonen, Arie Rampen, Karel Eykman, Fetze Pijlman, Hans Dorrestijn, Jan Riem en illustrator Fiel van der Veen.
Het Schrijverscollectief, dat volgend jaar tien jaar bestaat, heeft zich in die betrekkelijk korte tijd een voortreffelijke reputatie opgebouwd. En dat is geen wonder. Behalve de vele kinderboeken die zij maakten voor scholen is er immers ook Het verdwenen plakboek, een boekenweekuitgave (1976) van de CPNB, zo levendig, fantasievol en vormvast geconcipieerd, dat het nauwelijks te overtreffen is. Het is niet alleen een uniek maar zeker ook een uiterst zinnig idee van schrijvers om in een collectief, een samenhang, te werken, want juist daardoor kun je een genuanceerdheid krijgen die bij één mens niet mogelijk is. Het kan trouwens niet anders of het vlak van waaruit men werkt, wordt veel breder, terwijl het individuele aan bod komt in de voorkeur van iedere schrijver afzonderlijk. Het kan niet anders dan een unieke, zelfs benijdenswaardige manier van werken zijn, waar je als schrijver door kritiek van en op elkaar, erg veel van leert. Overigens moet wel vermeld worden dat de leden van dit schrijverscollectief daarnaast dikwijls tot grote, individuele prestaties komen.
Nu is dus als Boek van de Maand bij alweer het CPNB verschenen 100 jaar geleden, een historisch verhaal. Fetze Pijlman, die samen met Willem Wilmink, Jan Riem, Rien Moonen, Hans Dorrestijn en Karel Eykman dit Schrijverscollectief vormt, zegt hierover:
Wat is historisch voor een kind? Dat is vroeger. Het vroeger waar je grootmoeder zo fijn over kan vertellen. Op die manier zouden wij een historisch kinderboek willen maken. Niet de politieke historie, maar de geschiedenis van gewone mensen, de levensgeschiedenis van onze voorouders.
En dat is op een bijzonder boeiende wijze gelukt. De ontwikkeling van het verhaal over Klaartje, die in de buurt van Heerenveen in de vorige eeuw werd geboren en ten slotte in Amsterdam terecht komt, is op zo'n breed stramien geweven dat de lezer van het sociale leven van honderd jaar geleden een redelijk compleet beeld krijgt. Er is nergens geromantiseerd, de wereld is geen nostalgische suikertaart geworden of, daarentegen, een politiek pamflet. Honderd jaar geleden is een wereld waarmee het huidige kind zich goed kan identificeren. Dat komt ook zeker door de vele foto's die in het boek zijn opgenomen en door de gedetailleerde prenten van Fiel van der Veen. Vooral de kleurplaten lijken mij het soort platen waarvan kinderen erg verrukt zullen zijn. Er is ongelooflijk veel op te zien en ze hebben zoiets vertrouwds, dat je er een beetje in kunt wonen. Dat geldt trouwens ook voor het verhaal. Een uitgave, die qua uitvoering en zoveel medewerkers waarschijnlijk erg kostbaar is, kan, denk ik, alleen door het CPNB tot stand gebracht worden. Laten we hopen dat dit niet de laatste keer zal zijn.