Bzzlletin. Jaargang 7
(1978-1979)– [tijdschrift] Bzzlletin– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 148]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Omgangspöezie in 10 lessen les 8
|
ballade suprême | 3× 10 + 5 | |
double ballade | 6× 8 + 4 | } envoi niet verplicht |
double ballade suprême | 6×10 + 5 | } envoi niet verplicht |
ballade à double refrain | 3× 8 + 4 | refreinregels: 4, 12, 20, 26 en 8, 16, 24, 28 |
chant royal | 5×11 + 5 |
Heel iets anders is het breedvoerige, uit simpele strootjes (gewoonlijk 4-regelig) bestaande verhaal dat volks- of romantische ballade heet en folkloristisch gezongen wordt (overlevering) of literair geschreven (oververzadiging).
In het algemeen echter denkt het publiek aan de rederijkersballade (internationaal Franse ballade genoemd):
rijm klank | a | b | c | |
---|---|---|---|---|
Het heeft al weken lang in mij gebroeid | br | |||
Tenslotte moest ik aan het werk beginnen | g | |||
Een werk dat niet verpoost, maar altijd boeit | b | |||
Te weten, een verjaarsgedicht verzinnen | z | |||
Een Appel smijt gewoon iets op het linnen | l | |||
Ik kan dat niet, ik ben meer knutselaar | l | |||
Maar zal het in emotie van hem winnen | w | |||
Want Mélanie is heden achttien jaar | j | |||
Al is het meisje zelf nog niet volgroeid | gr | |||
In haar kan men de vrouw an sich beminnen | m | |||
Het bloed dat Mélanie door d'aadren vloeit | vl | |||
Doorstroomde eens vorstinnen en gravinnen | v | |||
En ook wel herderinnen en kokkinnen | k | |||
En wie weet wát voor vrouwspersonen - maar | m | |||
Het zou niet aardig zijn, dat uit te spinnen | sp | |||
Want Mélanie is heden achttien jaar | j |
Vulgair geluld is iets dat zij verfoeit | f | ||
Of 't nu een gouden plaat is of een tinnen | t | ||
Indien er popmuziek op stampt en loeit | l | ||
Gunt zij die graag aan apen en spinnen | p | ||
Sibelius, de Orpheus van de Finnen | f | ||
Ja, die beroert terstond haar teerste snaar | sn | ||
En feestelijk geleid ik hem hier binnen | b | ||
Want Mélanie is heden achttien jaar | j | ||
O bloedverwanten, vrienden en vriendinnen | d | ||
Dit is een dag van lief zijn voor elkaar | k | ||
Van vreugde uiten, vreugdeblijken innen | - | ||
Want Mélanie is heden achttien jaar | j |
U ziet het metrum, het rijmschema, de driemaal terugkomende refreinregel. Ook ziet u dat deze versvorm niet moeilijk is, alleen wat bewerkelijker dan het sonnet; ze maakt dan ook meer indruk.
Er is wel verwantschap tussen die twee. In de cadans uiteraard, en in het literaire voorkomen, maar ook in de inhoudelijke scheiding tussen ‘romp’ en ‘staart’.
De refreinregel is uw eerste zorg. Als ik bijtijds aan mijn advies had gedacht, was die aldus uitgevallen: Want heden werd zij achttien, Mélanie, en daarop rijmend (regel 6) Ik ben in snelheid niet zijn evenknie, (14) En wie al niet... hier stokt de fantasie, (22) Ja, die bezit de macht der melodie en (26) Dit is een dag van licht en harmonie.
Het moet al raar lopen, wilt u geen vier bruikbare rijmwoorden op de naam van uw feestvarken of - zeug opsporen (maar denk erom, vrouwelijk rijm staat hier afzichtelijk, onzijdig is al helemaal ondenkbaar: zet namen als Karel of Anneke dus niet achteraan).
Voorts heeft u zes a-rijmen nodig - ook geen probleem. Met de b-klankGa naar eind* daarentegen moet u goed uitkijken. Die treedt veertienmaal op, dus u neemt iets dat minstens 14 redelijke woorden (zonder rijk rijm) oplevert. Met -aren, -ieden, -elen en andere courante rijmklanken is de keuze ruim genoeg.
Wenk: behandel de bijzondere rijmwoorden het eerst, bewaar neutrale en algemene termen voor de completering. Zit u bijvoorbeeld (op grond van een geslaagde regel 25) vast aan -open, dan zal uw lijstje woorden als tropen, cyclopen en (ge- of be-)kropen tonen, die weinig speelruimte bieden en die dus zo spoedig mogelijk een plaats in het betoog moeten krijgen. Open, lopen, hopen e.d. zijn veel inschikkelijker, dus gebruik die voor secundair werk.
Begin bij voorkeur met het envoi, in de volgorde 28-25-26-27. Stel daarna aan de hand van uw ‘rigide’ rijmwoorden vast hoe het betoog kan (moet) verlopen, en deel het in drieën. Daarna kunnen de afzonderlijke octaven gestalte krijgen. Zorg wel, dat u iets te vertellen heeft.
- eind*
- Liefst vrouwelijk, anders kan het nogal bonkig worden.