De manke stilte
Op een dag werd ik wakker
met heel een miese zwijgende zon.
Ik voelde dat ik van steen was van mijn voeten
en verscheidene eeuwen in ieder been.
Ik voelde zoveel hard geworden bloed
dat het vlees geen vlees meer was
en de vogels en bloemen gingen van mij mank.
en voelde zich overbodig.
Op een dag ben ik opgestaan,
een dag dat het vlees geen vlees meer was,
een dag dat de bloemen geen bloemen meer waren,
het hele gewicht van de wijnen torste ik
op mijn steen geworden schedel.
Uit: Los gestos interiores
(De innerlijke gebaren, 1969)