Bzzlletin. Jaargang 7(1978-1979)– [tijdschrift] Bzzlletin– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 65] [p. 65] [Twee gedichten] In de Morgen In de morgen. Ik denk, hoe leeft het leven, altijd is er evenveel tussen einder en einder, men kan het niet verkleinen tot een ogenblik, een parel in een onbewogen hand. Altijd zee, het brandend water dat niemand doven kan, altijd gedachten, celbewoners die op hun muren hameren, het donker afluisteren en zelfs geen waaien horen, enkel hun eigen voetstap die zijn ronde loopt. Berg afwaarts Maurits Mok Toen wij omlaag, de slingerwegen af en eindelijk recht op de hemel aan reden, voelde ik achter mij doodstil de bergen, het overeind staande geweld dat mensen met de jaren mee voorbij laat waaien. Recht op de hemel aan reden wij. Water lispelde binnen zijn oevers, een boodschap zonder grond. Boten voeren messcherp door zon en wind. Vorige Volgende