Bzzlletin. Jaargang 6
(1977-1978)– [tijdschrift] Bzzlletin– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 39]
| |||||
Fragmenten uit de TagebücherGa naar voetnoot* Robert Musil
| |||||
[pagina 40]
| |||||
geven, dus valt de rechtvaardiging weg. Wat alleen overblijft: invallen. - Bemin uw naaste als uzelf: dat levert een duidelijk en zeker gevoel op. Bovendien een perfecte stelregel voor het handelen. Eindelijk het rustige zich-invoegen in objectieve relaties dat de psychiaters net zo eisen als de katholieke moraaltheologen. De staat heeft groot gelijk wanneer hij christelijk wil zijn, de christelijke geestesgesteldheid bevat alles wat hij nodig heeft. Christelijke opvoeding is opvoeding tot het gemeenschappelijke, actieve leven. Niettemin beginnen de fouten daar, waar men anderen tot dit geluk wil dwingen, bijv. zoals Karenin niet in een scheiding wil toestaan om zijn vrouw te behoeden voor de zonde van het onwettig samenleven. Toch is het stellig in tegenspraak met de wetten van de evolutie in een christelijke staat de enig gezonde te zien.
Mensen met een gemeenschapsopvoeding neigen tot militante machtspolitiek.
De beweging van een vrouw op een stapvoets rijdend paard ziet er van onderen, vanaf een bank, ongelooflijk wellustig uit. Alsof ze bij elke stap door een golf wordt opgepakt en omhooggetild.
Wachten: ik kijk naar mijn werk. Het is bewegingloos; als van steen. Niet zonder betekenis, maar de zinnen bewegen niet. Ik heb twee uur de tijd voor ik - correct gerekend - kan weggaan. Om de vijf minuten kijk ik naar de klok, het is steeds minder niet dan ik geschat heb, meer dan ik - als op een wonder - hoop. Ik zie voor het eerst de meubels in mijn kamer stilstaan. Het ziet er zo anders uit, alsof je vijf stippen als ruiten vijf ziet. De tafel, de twee stoelen, de sofa, de kast. Zo moet het mensen zonder ideeën vergaan, wanneer ze hun dagtaak beëindigd hebben. Ik voel al een ietwat overdreven blije verwachting. Dezelfde overdreven blije verwachting als op de 24e december, kort voordat het zover is.
Wanneer de critici tegenover de gestalten van een boek en de schrijver eens zouden volstaan met zich af te vragen wat dat voor mensen zijn. Simpelweg nieuwe exemplaren van de menselijke soort registreren in plaats van zich in te laten met kunstwetten die ze niet begrijpen: niet alleen zouden ze in de meeste gevallen het verstandigste zeggen dat er überhaupt over een literair kunstwerk gezegd kan worden, maar ze zouden ook het vurig verbeide wonder volbrengen (in elk geval jammert men steeds weer over het uitblijven ervan) de literatuur met de mensheid te verenigen, haar uit haar isolement in het warme midden te halen.
Leven, leven... niets willen dan mooie ervaringen: met die instelling verzin je een roman.
Je moet gevoelens verzinnen, nieuwe, het aardige daarvan is, dat je daarmee de handeling verzint. (-) Behalve de zelfanalyse, het gesprek, is de situatie de enige uitdrukking voor het gevoel. Het gevoel moet bepaalde situaties creëren. Anderzijds moet ook al van situaties (dat wil ook zeggen: mensen die tot bijzondere gevoelens in staat zijn, creëren simpelweg van dergelijke situaties) het gewenste gevoel irradiëren. Voor allebei is de eerste stap dat men zich afvraagt: welke gevoelens? en in welke situaties raak je met die gevoelens, welke zoek je ermee...?
Je moet zo vaak mogelijk feiten laten uitspreken in plaats van gevoelens. Daardoor ontstaat die bepaalde mooie droogheid. Dat wil dus zeggen dingen die aanspraak maken op objectieve, en niet alleen op subjectieve geldigheid. Als stelregel misschien: uitspraken waarvoor je het pronomen wij kunt zetten.
Een weg die naar het wezen van de literatuur voert, is het oog hebben voor het feit dat aanduiden sterker werkt dan uitvoeren. Daarmee samenhangende feiten uit het dagelijks leven zien: Het spel van kinderen met geheel onbewerkte poppen. Waarom prikkelen die de fantasie sterker dan ‘echte’? Houdt dat verband met het feit dat een hond met een steen als met een ‘prooi’ speelt, maar met een nagemaakte haas niets weet te beginnen? Omdat die een tot in het onherkenbare afgezwakte weergave van het origineel is, terwijl de steen dat maar op één punt is: hij kan ook in de bek genomen worden. Het kleine van de pop, zodat je er mee kunt scharrelen: dat is voor het moedergevoel de hoofdzaak. Je zou kunnen zeggen dat zo'n pop de idee van het kleine kind is, waarvan een grote hoeveelheid gedetailleerde verschijnselen alleen maar kan afleiden. Ik werd als kind reusachtig opgewonden door de leeuwen en tijgers op een circusaffiche, voordat ik het te pakken wist te krijgen en verknipte, en door een bonbonnière in de vorm van een paard. Ik geloof - paarden had ik altijd al willen hebben - dat hier de plotselinge mogelijkheid van het bezitten van het voorwerp bepalend was. (-)
Wezen van het gerucht. Aan datgene waarover je niets met zekerheid weet, onbrandt de fantasie. Wezen van de metafoor. De vergelijking van een mond met een koraal (koraal is echter ook - zij het nog zo vaag - drager van een waardeïdee) zou alles alleen maar afzwakken, wanneer door het onduidelijke element dat daarmee wordt ingebracht niet juist het effect ontstond. Vergroting van een gevaar in de verbeelding. Het wordt misschien niet groter gemaakt, maar geïsoleerd voorgesteld. Het wezen van fobieën houdt zeker op de een of andere manier verband met dit probleem. Waarom prikkelen geuren de fantasie zo sterk? (Het wezen van de artistieke fantasie.)
Ideologie van het socialisme:
1) Is een opgelegde onwaarheid. De eigenlijke ware betekenis van deze uitspraak is intussen | |||||
[pagina 41]
| |||||
gebleken. Juryrechtspraak, raden, parlement, de leraar vaak slimmer dan de leerling. Neem geestelijk van tijd tot tijd een purgeermiddel en reinig je van al het weten. Geest is destructief en constructief alleen door het formuleren van een verzameling oplossingen waaruit de praktijk zich bedient. Alleen en op zichzelf is geest een gevecht zonder eind. (Hieruit volgt de positie van de schrijver en de filosoof binnen de socialistische samenleving.) Zomer 1940 Robert & Martha Musil in Zürich
2) Deze uitspraak is nooit gerealiseerd. Hij is niet alleen onbruikbaar voor de ethiek van het leven van alledag maar ook voor die van de meest ontwikkelden. Zo überhaupt, wordt hij eigenlijk alleen maar verwezenlijkt in de overdrijving: bemin uw naaste meer dan uzelf. Maar dan is hij al niet meer puur, want er wordt een idee bemind, een zaak. Voor het overige verwijst hij naar een toestand: die van de liefde. Je zou die uitspraak moeten vervangen door de ethisch veel geringere maar praktisch veel belangrijker regel: handel solidair. De ethiek van het socialisme berust dus op twee praktische maximes. Wat kun je anders verwachten van een politieke beweging. Haat tegen de onderdrukkers, meegevoel met de geknechten - zouden dat de drijfveren zijn achter al die idealen van de socialist? Allereerst behoren al die ideeën in de status nascendi van het socialisme, niet in de uiteindelijk, voltooide maatschappij.
Ziel. Dat woord dient alleen voor onwerkelijke mededelingen. Je praat in de uren waarin je niet leeft. Zo gauw we spreken, gaan er deuren voor ons dicht. Het zwijgen van een menigte is een onverklaarbaar gewicht. De mensen komen alleen maar samen om te praten. Bedoeld: de dunne korst van het rationele waarin we op het irrationele roeien. De ware waarheid tussen twee mensen kan niet uitgesproken worden. Iedere inspanning wordt tot een hindernis voor de ziel. De zielen verenigen zich wanneer de lippen zich van elkaar scheiden. Alles in het leven verloopt volgens een overeenkomst vooraf, waarover met geen woord gerept wordt. (Dat zijn de mensen wier leven ieder ogenblik present is, hen omringt.)
Door zich te sluiten, sluit vorm uit. Zij sluit geprobeerde vormdelen uit, vaak met verlies; ze sluit gedachten (invallen) uit die zich niet laten ‘onderbrengen’. Daarmee is ook gezegd dat vorm net zoiets is als toeval of het lot. Het hangt samen met het verrassende van het vormidee. Het verleent er het geluk van een beslissing aan. De lezer voelt het aan het voltooide gedicht als kracht en onbevangenheid, een bewijs dat het gelukt is, maar dat niet precies beredeneerd kan worden. Maar, zal men zeggen, dat zijn allemaal maar nevenaspecten van de schoonheid. Doordat vorm een verlies en toch mooi is, troost zij ons voor de verliezen die we in ons hele bestaan onophoudelijk lijden, voor datgene wat we steeds tekort komen om het volmaakte te bereiken.
Schandaal: Het werkt zo verlammend. Je weet dat die mensen die wonderbaarlijk exacte machines bouwen, met het veldreglement onder hun kussen slapen, de hele wereld bestieren, - je weet dat die mensen bij de eerstvolgende psychische gelegenheid wéér...
Oostenrijkse officier (anekdotisch): ‘Wann i im Dienst bin, da kenn i nix (kane Rücksichten), da bin i a Vieh. Und i bin immer im Dienst.’ |
|