Bzzlletin. Jaargang 6(1977-1978)– [tijdschrift] Bzzlletin– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 48] [p. 48] Theodor Holman Ariadne 1 Bestond het maar: telepathie en hypnose. ‘Kom hier en kus me!’, is wat je steeds denkt. Tot nu toe heeft ze je alleen gekrenkt, Terwijl je in gedachten lag te vozen. Ze is zo arrogant als ze je wenkt En zegt: ‘'t Is verdomd of je nu moet blozen’. Ach, waarom heb je haar toch uitgekozen, Zij, die jou haat en kille woede brengt. Als je in je vingers knipt, kijkt ze om. Kon je haar maar dwingen voor jou te kruipen. Ze zou 't misschien best willen: Z' is zo dom. Maar je vindt haar te mooi en te uniek. Ze pakt de fles en zet het op een zuipen. Je weet: van binnen is zij ernstig ziek. 2 Ze vroeg je op een dag of je het wilde. Twee jaar van hoofse liefde werd beloond. Je voelde je eufoor, maar ook beschroomd, Toen je haar strelende in je bed tilde. Ze vroeg je of je hiervan had gedroomd En of ze nu die liefdeshonger stilde, Waarna ze hard en aanstellerig gilde En zei: ‘I love you, and I'm awful stoned’. Ze deed onrustig al je kleren uit En schreef met lippestift ‘koe’ op je borst. Ze trok je af en zei: ‘Er komt niets uit. Spuit!, Ik lig je hier echt niet voor niets te melken’. Ze zoog; 't was dat je zelf niets zeggen dorst, Want jij zag alles duidelijk verwelken. 3 Ach, van die nacht had jij iets willen maken. Iets met kaarsen en met veel witte wijn. (Zo had je je al vaak gezien: als wijn). Maar je lag volkomen willoos op 't laken. Terwijl zij, luid scheldend en vol venijn, (Het hoerige draakje) je lichaam kraakte En je aldus vlammend zeer deed. Opeens slaakte Zij een kreet en schreeuwde benauwd: ‘Pijn, Pijn!’. Het klamme angstzweet gutste van haar hoofd. Ze verbleekte en werd helemaal stijf. Het was alsof ze van iets werd beroofd. De schoonheid werd uit haar lichaam gegrist. Wat overbleef was een vormeloos lijf. 't Was of je dat al van te voren wist. Vorige Volgende