Als ik de baas was
Dolf Verroen
ALS IK DE BAAS WAS/TEK. RAY CRUZ
Er is met het begrip gezag al heel wat rondgesold en als ik eerlijk ben (wat gelukkig zelden voorkomt) moet ik bekennen dat ik er absoluut niet in geloof. De uitspraak (bijvoorbeeld) dat ‘gezag van binnenuit moet komen’ lijkt mij even onzinnig en onzindelijk als de beweringen (alweer bijvoorbeeld) dat liegen ‘lelijk’ of sexualiteit ‘mooi’ zou zijn. Je zit (of ligt) er mee en je schiet er niets mee op welk etiket je ervaringswereld door andere mensen krijgt opgeplakt. Het valt mij op dat het begrip gezag altijd in ethisch-abstracte zin gehanteerd wordt en nooit in de concrete zin van macht uitoefenen of de baas spelen. En toch komt het daar, geloof ik, meestal op neer. Waarschijnlijk denkt ook Norma Klein er zo over want in haar bij Kosmos verschenen boekje Als ik de baas was... stelt zij het gezag van ouders over kinderen op deze manier duidelijk aan de orde. Het gezag bij haar heeft een leegheid, een gebrek aan inhoud, welke zij op uiterst eenvoudige wijze al in de eerste zinnen van haar boek probeert aan te tonen. ‘Die pap is plakkerig’, zegt Ellie, de hoofdfiguur uit het verhaal tegen haar moeder. En omdat deze de baas is, neemt zij ook niet de moeite om de pap nader te onderzoeken, maar antwoordt automatisch: ‘Nu nog mooier. Je zit er net zo lang mee te knoeien tot hij steenkoud is. Je bent een echte teut, Ellie.’ En daarna hoort Ellie, die niet weet wat een teut is, dat dit iemand is ‘die alles even langzaam doet’. Het gezag heeft hiermee duidelijk vastgesteld wie gelijk heeft en, dus, de baas is.
Maar hoe leeg, volgens Norma Klein, gezag op zichzelf is, toont zij aan met een verrassende zwenking in haar verhaal: Ellie wordt werkelijk de baas en kan of wil haar gezag evenmin inhoud gevan als haar ouders, want die zijn, net als alle andere grote mensen, een soort Barbiepoppen geworden, die de kinderen niet alleen moeten gehoorzamen, maar ook aan al hun grillen en eisen moeten voldoen. De rollen zijn omgedraaid en daar blijft het bij. Er is niets veranderd. En daar staat men als eenvoudige lezer wel even van op te kijken, want je verwacht dat deze patroonsverwisseling tot allerlei merkwaardige, boeiende complicaties zal leiden en daar is geen sprake van. En toch is dat enigszins gewone nu juist het verrassende van dit boekje: langzaam begint het tot je door te dringen dat er bij Ellie of de andere kinderen geen sprake is van wraak of machtsvertoon, nee, er is eigenlijk niets gebeurd, alleen zijn nu toevallig de kinderen de baas en hebben zij daarmee automatisch het gezag. Hun vervelende karaktertrekken komen niet of nauwelijks meer aan bod, in tegenstelling tot die van vader en moeder die elkaar wel even willen aftuigen als het er om gaat bij de gezaghebbende Ellie in de gunst te komen.
Als ik de baas was... is niet geschreven uit een conflictsituatie en is een bijzonder goed opstapje om over gezagsverhoudingen te gaan nadenken. Het is geen gemakkelijk boekje, want ofschoon de tekst zeer eenvoudig is gehouden, is de overgang in het verhaal, het omdraaien van de rollen, niet op de meest simpele manier tot uitdrukking gebracht. Ik denk dat de meeste kinderen dat stuk wel enkele malen moeten overlezen voor ze begrijpen wat er aan de hand is. Het boekje is bijzonder goed uitgevoerd met erg fijne illustraties van Ray Cruz telkens over twee bladzijden. Ook de vertaling van Josephine Vonk is uitstekend, al begrijp ik niet waarom de namen van illustrator en vertaalster achterin het boekje moeten worden weggestopt of Kosmos zich er voor schaamt.
NORMA KLEIN: ‘Als ik de baas was...’
vertaling: Josephine Vonk
illustraties: Ray Cruz
Kosmos 64 blz. 7,90 |