Kollektieve Held
In die zin is En eentje zag ze vliegen het prototype van een moderne Amerikaanse roman. Het verhaal speelt in een psychiatrische inrichting, waar de schijnbare rust verstoord wordt door de komst van een zekere Randle McMurphy, een vrijbuiter die genoeg heeft van het harde leven op een gevangenisboerderij en daarom psychische gestoordheid voorwendt. Hij wordt getroffen door de volstrekte onderworpenheid waarmee de patiënten gehoorzamen aan de regels van de tirannieke Big Nurse. McMurphy probeert, eerst met speelse plaagstootjes, de patiënten uit hun lethargie wakker te schudden en het gezag van Big Nurse op de proef te stellen. Het effekt van McMurphy's onbehouwen, eigenzinnige gedrag op de patiënten is verbluffend. De eerst zo levenloze zaal verandert in een rumoerige broeiplaats van verzet en Big Nurse lijdt de ene morele nederlaag na de andere. Maar uiteindelijk delft McMurphy het onderspit. Big Nurse vindt een ekskuus om het te laten lobotomiseren, een afschuwelijke ingreep die hem voorgoed onmondig maakt.
Niettemin heeft McMurphy iets op gang gebracht wat niet meer is te stoppen. Het gezag van Big Nurse is onherstelbaar ondermijnd en aan het slot van het boek doen enkele patiënten een geslaagde ontsnappingspoging uit de inrichting. Eén van hen is een reusachtige, schizofrene Indiaan, Chief Broom. Hij is de verteller, en een heel bijzondere: iedereen denkt dat hij doofstom is, maar hij ziet én hoort alles. Hij is de eigenlijke winnaar: op de laatste bladzijde van het boek is hij op weg naar het land van zijn voorvaderen.
Zo naverteld klinkt het allemaal erg simpel. Dat is het ook, en daaraan ontleent het boek voor een deel zijn typisch Amerikaanse karakter. Want ondanks de kunstmatige ingewikkeldheden van politikologische, sociologische en andere verhandelingen en zelfs krante-artikelen, zit de Amerikaanse samenleving puur simpel in elkaar, met puur simpele tegenstellingen, zwart-wit, met