nomenen’ - te komen door ze niet aan het denken prijs te geven, maar juist door het denken in dienst te stellen van die oorspronkelijke ervaring. Het denken zelf vertekent de verschijnselen, en dat is het laatste wat deze dichter wil. Er mankeert immers niets aan de wereld zoals die is:
wat is dit een mooi land!
water! bloemen en planten en dieren!
wat een mooi land! zee! bergen! heuvels!
marmotten! kleine hutten waar je kaas kan eten!
musea! kerken! klederdrachten! hotels! alles is er!
wat een land! casino's! straten! bramen! sinaasappels!
zo roept hij in een ander gedicht uit dezelfde bundel. Arjen Duinkers liefde voor de werkelijkheid gaat zo ver, dat zijn verstand niet stil staat bij zoiets ongehoords als kleine hutten waar je kaas kan eten. Die horen er gewoon bij, en hoeven niet te worden ingepast in iets wat wij kunnen ‘begrijpen’.
Keren we terug naar ons gedicht, dan maakt het middengedeelte, de regels dus tussen het gelijkluidende begin en einde, een vergelijkbare indruk als het zojuist geciteerde gedicht. Beide zijn opsommingen van willekeurige verschijnselen, respectievelijk in een land en op een plein. Wie het oeuvre van Arjen Duinker kent, weet dat hij grossiert in dergelijke opsommingen, en ook dat ze hem nooit tot een conclusie brengen. De zinloosheid ten top, zou je zeggen. Wat houdt zijn poëzie dan toch interessant?
Voor een antwoord op die vraag kan een klein experiment uitkomst bieden, namelijk wanneer we de laatste drie herhalende regels van het gedicht even helemaal wegdenken. Meteen wordt duidelijk dat het daardoor wél een zinloos, zelfs mislukt gedicht wordt, als een krantenbericht zonder nieuwswaarde. Pas doordat de beginregels aan het eind worden herhaald, krijgt het middengedeelte zin: er is niets gebeurd, en toch is er wat gebeurd.
Door de vorm krijgt het gedicht zin en betekenis. Maar de ordening die is aangebracht leidt niet tot logische gevolgtrekkingen waar het denken mee uit de voeten kan. Verschijnselen zijn er niet om het oordeelsvermogen van materiaal te voorzien; door verschijnselen te benoemen en met