en natuurlijke geluiden tot hij alles eerder had gehoord.
Een zwakke belichting en toch denkt hij
aan zijn moeder om zich niet te moeten verdiepen
in de hem omringende gezichten
zonder voortdurend te stoppen.
Hij kan dat onmogelijk doen.
[pagina 59]
[p. 59]
De onmogelijkheden van Jan Kozielewski
De ontmoeting in oktober
Twee vermagerde mannen praten met hem
in de middelste ruimte van een ruïne. Zij lassen pauzes in
om op adem te komen en hem kans te geven
hun gezichtsuitdrukkingen te registreren.
Zij willen weten wat hij zeggen zal.
Waarom praten zij eigenlijk nog met hem?
Hij zegt: ik kan jullie niets garanderen.
Later grijpt een van de twee mannen hem bij de arm.
Hij probeert hen te kalmeren.
Zijn slapen bonzen.
Het raakt ver na middernacht. De eerste sneeuw
valt op het land. Buiten dit gebouw
zijn zij niet meer te herkennen.
[pagina 60]
[p. 60]
Als drenkeling in Londen
De kantoren zijn fris, de gangen rumoerig.
Hij doet wat hij beloofde. Waar hij wordt verwacht
herhaalt hij de wilde armgebaren en de intonatie
die hij meegekregen heeft.
Hij leert ieder mens die tegenover hem zit
binnen enkele seconden te doorzien.
Terloops maar dringend neemt hij in zich op.
Na een paar dagen bedenkt hij een formule
om zoveel mogelijk vragen te beantwoorden
zonder al zijn spieren te moeten spannen.
En nooit antwoordt hij de telefoon.
En nog altijd is Londen een statige stad.
Wie met hem spreekt zal spoedig sterven.
Jan Kozielewski (beter bekend onder het pseudoniem ‘Jan Karski’) bracht na geheime gesprekken in Polen de Westerse wereld op de hoogte van de deportatie en systematische slachting van Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog.
[pagina 61]
[p. 61]
De voorbereiding van Maria Callas
Vanavond zing ik voor de vijand,
een ondenkbare daad zul je wel denken.
Waarom zeg je niets? Ik probeer iets te vertellen.
Zelfs een grote rol leer ik nu binnen een week
en mijn stem blijkt veranderd: gecontroleerder, te herleiden.
Hier moeten we linksaf, deze weg ken ik als geen ander.