Braga: dichterlijke mengelingen. 1844(1844)– [tijdschrift] Braga– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Kusjens. Ingezonden. In de eerste schoone dagen, Dat ik mijn meisjen minde, Toen dichtte ik vaak een liedjen En gaf het aan mijn liefste, Dan was zij zoo tevreden En schonk me een teeder kusjen. ‘O!’ smeekte ik ras, ‘geliefde, Gij moest voor iedren regel Me een teeder kusje schenken!’ Toen lachte schalks het meisjen En gaf voor iedren regel Mij steeds een teeder kusjen. ‘O!’ bad ik toen, ‘geliefde! Gij moest voor ieder letter Me een teeder kusje schenken!’ Weer lachte schalks het meisjen En gaf voor iedren letter Mij steeds een teeder kusjen. Thans slaan wij zelfs geen komma, Geen enkel leespunt over, En hebben wij het liedjen Met kusjes doorgeloopen, Dan moeten wij wel tienmaal Van voren af beginnen! Wie zou dus kwalijk nemen, Dat ik de zilvren snaren Doe ruischen zonder poozen Van duizend verzen daaglijks? Niet ingezonden. Geen schepsel, lieve zoetert! Zit jij maar voort te veedlen Van mannetjens en maantjens, O ja-tjens en o jé-tjens, Terwijl je lief intusschen Met onvermoeide lippen Den mond je tracht te snoeren! Maar komt het in je harsens Dien rommel uit te geven.... [pagina 34] [p. 34] Daar hebje, lieve zoetert! - Daar hebje 't leven gaande: Dan slaan wij zelfs geen komma, Geen enkel leespunt over, En starende aan den oever Der melk-en-water golven Zit dan je lief te snikken: ‘Hier hebben ze 'm verzopen En hij komt nooit weêrom!!’ Vorige Volgende