De Brakke Hond. Jaargang 7(1990)– [tijdschrift] Brakke Hond, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 9] [p. 9] Piëdestal Bernard Dewulf Gedichten Alice na wonderland De kamer geurt naar zeer oud zweet, Alice is uit wonderland opgestaan. Het duizelt in haar hoofd van avontuur, zij krijgt haar sloffen weer niet aan, kamt een stuk of wat haren plat en stapt uit haar kleed. Alles schudt. De spiegel is mist, haar adem is zuur. Uit haar lichaam ontsnapt de nacht. Het meisje Alice is terug in de tijd. Zij kijkt door de sleet op haar ogen en ziet aan de kant van haar droom een vrouw, lelijk van werkelijkheid. [pagina 10] [p. 10] Door liefde Ik zeg als zij slaapt mijn naam in de nacht. Zo duid ik mij aan. Ik spreek hem door liefde gehard tot ver binnen haar lichaam uit. Daar wil ik bestaan, uit niets dan mijn naam en haar lichaam. Als niemand en woelig er wonen, als haar schoonheid voorbijgaan. Slaap is haar stem en zij zucht tot antwoord niet eens. Buiten haar houdt zij mij diep in haar vast. Men heeft haar lief om haar heen. [pagina 11] [p. 11] Hij Hij heeft haar weer van hem gemaakt, nu wordt hij van zichzelf. Ik, droomt hij, en naast hem ligt zijn buit. Zij waakt. Hij rust van hebben uit. Er woedt een wereld in zijn hoofd van heldendom en kleine waan. Hij lacht het kind op zijn gezicht dat zij in hem heeft toegestaan. Het kind ligt nader dan de man, die ver als god in de kamer slaapt, in een groter lichaam dan hij kan. Daar vindt het in haar blik zijn plaats. Vorige Volgende