De Boomgaard. Jaargang 1

[p. 356]

In de oude stad

Is dit een dag nu al geluiden zwegen?
Alleen de grijze toren heeft bewaard
zijn zwaren klank die, luidend door den regen,
't verglijden van den tijd veropenbaart.

Goed moet het zijn te droomen aan den haard
der oude huizen in dees straat gelegen,
te zien, door groene ruitjes, in den gaard
de boomen glimmen van den langen regen.

Kwam niet de herfst doen schreien voor veel eeuwen,
rondom dees huizenrei, zijn zelfde klacht,
waar nu de menschen van verveling geeuwen,

en kalme rust en vrêe niet vinden mochten
in de oude kamers, waar bij dag en nacht
verkleumde grijsaards naar den goudsteen zochten?

Jan van Nylen.