| |
| |
| |
Aantekening
vakwoordenboeken inzonderheid sedert 1940
Naast de vaste rubrieken die in dit tijdschrift de gelegenheid bieden de nieuwere literatuur over het boekenvak te belichten lijkt het mij goed voor éénmaal de schijnwerper te richten op een vooral de laatste tijd veel verschenen soort op dit gebied, de vakwoordenboeken en vakencyclopedieën. Het is opvallend hoeveel lijsten van boek-, bibliotheek- en/of boekhandelstermen en van wetenswaardigheden uit de wereld van het boek er sinds 1940 verschenen zijn. Natuurlijk bestonden er al een groot aantal vóór dat jaar, zodat L.N. Malclès in haar ‘Les sources du travail bibliographique’ tome I, Paris, 1950, blz. 337-338 dan ook (niet genummerd) 29 ‘dictionnaires techniques’ vermeldt, verschenen van 1874 t/m 1939. Maar sindsdien zijn er nog vele bijgekomen, waarvan ik de mij bekende wil noemen en waarbij onderscheid gemaakt moet worden tussen de meertalige woordenboeken van vaktermen enerzijds (Romeins genummerd) en de werken die een verklarend en meer encyclopedisch karakter dragen anderzijds (Arabisch genummerd). Alle vermelde werken zijn, tenzij anders vermeld d.i. op vier na, aanwezig in de Koninklijke Bibliotheek.
(I) Rudolf Hostettler. The printer's terms. Termes techniques des industries graphiques. Fachwörter der graphischen Industrie. Termini tecnici delle industrie grafiche. Vaktermen voor de grafische industrie. St. Gallen and London, R. Hostettler, E. Kopley, H. Strehler, publishers, (1949). 199 blz.
Dit woordenboek bestaat uit twee delen: 1. Een drietalig (Engels, Frans, Duits) systematisch gedeelte met schetsen en afbeeldingen, dat de volgende afdelingen bevat: zetsel, reproductie, druk, papier, binderij. 2. Een alfabetische lijst van 1361 Engelse drukkerstermen met de vertalingen in het Frans, Duits, Italiaans en Nederlands en 4 registers in deze talen. Medewerker voor het Nederlands: A. Huijsman. (Het werk is aanwezig in de Universiteitsbibliotheek te Leiden en de Bibliotheek van de Technische Hogeschool in Delft).
(II) Otti Gross. Library terms. Fachausdrücke des Bibliothekswesens und seiner Nachbargebiete. Englisch - Deutsch und Deutsch - Englisch. Hamburg, Eberhard Stichnote, 1952. 163 blz.
| |
| |
Een normaal tweetalig alfabetisch woordenboek, waarbij 3500 vakwoorden door de aequivalente in de andere taal worden weergegeven. Bevat ook twee lijsten met afkortingen.
(III) Vocabularium bibliothecarii. English/Anglais, French/Français, German/Allemand, begun by/commencé par Henri Lemaître, revised and enlarged by/revu et augmenté par Anthony Thompson. (Paris), Unesco, (1953). 296 blz.
Dit door de Unesco uitgegeven woordenboek geeft, gerangschikt volgens de Universele Decimale Classificatie, 2500 Engelse termen met de Franse en Duitse in drie kolommen naast elkaar, met alfabetische registers die naar het U.D.C.-getal verwijzen, terwijl een vierde blanco kolom voor aantekeningen over andere talen is opengelaten. Men moet dit werk in deze vorm nog als een proeve zien, hoewel er vóór de oorlog al een alfabetisch woordenboek door Lemaître namens het Institut International de Cooperation Intellectuelle, maar slechts in stencilvorm, aan voorafging. Het Unesco-woordenboek is voortgekomen uit een herziene wederom gestencilde versie hiervan van 1949, die werd voorgelegd aan een aantal Frans-, Engels- en Duitstalige bibliothecarissen. Deze medewerking leidde tot tal van aanvullingen en verbeteringen, maar vooral tot een uitbreiding van termen op het gebied van catalogisering, classificatie, documentatie en fotografische reproductie. In 1958 stelde Anthony Thompson een Supplement samen van 79 bladzijden met verbeteringen en aanvullingen, in afwachting van een geheel herziene definitieve uitgave. Aan beide woordenlijsten gaat vooraf een bibliografie van vocabularia en lexica met Engelse, Franse en Duitse termen van gezamenlijk 31 nummers.
(IV) Johann Schlemminger. Fachwörterbuch des Buchwesens. Deutsch-Englisch - Französisch. Zusammenstellung der gebräuchlichen deutschen, englischen und französischen Fachausdrücke aus Buchhandel, Verlag, Buchgewerbe, Graphik und dem Gesamtgebiet des Buchwesens. Zweite wesentlich erweiterte Auflage. Darmstadt, Fachverlag Dr. N. Stoytscheff, 1954. 367 blz.
Ook dit is een zuiver ‘woordenboek’ met in drie kolommen alfabetisch 6000 vaktermen in drie talen, gevolgd door nog eens de volledige lijsten Engels-Duits en Frans-Duits. In 1946 was de eerste uitgave verschenen onder de titel: Buch-Fachwörterbuch.
(V) Menno Hertzberger. Dictionnaire à l'usage de la librairie ancienne pour les langues française, anglaise, allemande, suédoise, danoise, italienne, espagnole, hollandaise. Dictionary for the antiquarian booktrade in French, English, German, Swedish, Danish, Italian, Spanish and Dutch. Paris, 1956. 190 blz.
Dit door een Nederlandse antiquaar met behulp van vijftien medewerkers uit negen landen samengestelde achttalige woordenboek omvat in acht kolommen naast elkaar 1225 vaktermen alfabetisch in het Frans gerangschikt, met registers voor de andere talen. Het werk is onlangs bijzonder uitvoerig besproken door A. Horodisch in ‘Das Antiquariat’ XII (1956) blz. 313-320, waarbij de recensent een groot aantal verbeteringen voorstelt. Ook de recensent in het decembernummer van ‘The Library’ (fifth series, vol. 11, 1956, blz. 298-299) is met name ten aanzien van de Engelse termen
| |
| |
niet tevreden. En op principiële gronden komt (H.L.) G(umbert) in band V van ‘Folium’ (1957) blz. 87-91 tot een afwijzende kritiek, terwijl hij bovendien in details op een groot aantal tekortkomingen wijst. Nu is het echter zo dat dergelijke ondernemingen bij zo'n speciale gevarieerde en moeilijke stof verre van volmaakt moeten blijven, maar men de grootste bewondering moet hebben voor de energie dit alles bijeen te brengen. Het is verheugend dat dit werk tot stand kwam en dat ook de Nederlandse vaktaal hierin zo volledig mogelijk tot zijn recht kon komen, wat geheel in overeenstemming is met de plaats die de Nederlandse boekhandel altijd in de wereld heeft ingenomen. Reeds veel vroeger verscheen een dergelijk werk van ruimer strekking: Vocabulaire technique de l'éditeur en sept langues. Français, Deutsch, English, Español, Hollandsch, Italiano, Magyar. Berne, Congrès international des éditeurs, 1913 (365 blz.). Dit bevatte 3517 nummers in zeven kolommen, met zes registers.
(1) Giuseppe Fumagalli. Vocabolario bibliografico. A cura di Giuseppe Boffito e di Giovanni de Bernard. Firenze, Leo S. Olschki, 1940. 452 blz.
Een zeer uitvoerig alfabetisch woordenboek met verklaringen van begrippen uit de wereld van het boek, in de ruimste zin van het woord. Dit blijkt bijv. uit de vermelding van 33 termen die met foto- beginnen, van fotoautotipia tot fotozincotipia, over een lengte van zes kolommen.
(2) René Billoux. Encyclopédie chronologique des arts graphiques. Faits primordiaux dans les arts graphiques. Célébrités françaises et étrangères. Les livres en France, de 1470 à 1790. Les journaux en France, de 1631 à 1850. Les livres et les journaux à l'étranger, de 1440 à 1939. Vingt mille dates. Paris, édité par l'auteur, 1943. 306 blz.
Deze groots opgezette en royaal verzorgde encyclopedie in quarto formaat is uitgegeven door de auteur ‘indigne’, zoals het après-propos zegt, na een zestigjarige werkzaamheid in het drukkersvak, ter gelegenheid van de vijfhonderdjarige herdenking van de uitvinding van de boekdrukkunst. Het bevat in de afdelingen in de titel genoemd, alfabetisch gerangschikte uitvoerige beschrijvingen van alles wat hieronder valt, met een aantal afbeeldingen. Aan het slot bevinden zich 50 bladzijden met ‘les poèmes célèbres de l'imprimerie’!
(3) Laurence Elliott Tomlinson. The library science glossary. Defining and explaining nearly a thousand technical words, phrases, and abbreviations used in the profession of librarianship. Waco, Texas, 1942. 132 blz.
In het voorwoord: There are glossaries of technical words and phrases in the fields of printing and bibliography, but there has been, up to now, no glossary of technical terms in library science. Het alfabetisch ingerichte werk is achterhaald door het hierna volgende, hoewel er toch nog vrij veel termen in voorkomen, die het A.L.A. Glossary niet heeft, bijv. armarium, slug, umbilicus, enz. enz.
(4) Elizabeth H. Thompson. A.L.A. Glossary of library terms, with a selection of terms in related fields. Prepared under the direction of the Committee on library terminology of the American Library Association. Chicago, Illinois, American Library Association, 1943. 160 blz.
Aan dit ‘verklarende handwoordenboek’ hebben 250 Amerikaanse
| |
| |
bibliothecarissen meegewerkt, terwijl onder meer een dankbaar gebruik gemaakt is van de termen en definities van de A.L.A. Catalog Rules. Het werk is zeer uitvoerig en van groot belang voor de Angelsaksische bibliotheekwereld. De ‘related fields’ omvatten o.a. archives, bibliography, printing and publishing, paper, binding, illustration and prints. Het boek geeft in alfabetische volgorde van elk woord of begrip in enkele regels een korte, kernachtige omschrijving. Aan het slot bevindt zich een lijst van afkortingen.
(5) Eberhard Hölscher. Handwörterbuch für Büchersammler. Hamburg, Dr. Ernst Hauswedell & Co., (1947), 109 blz.
Zoals de titel aangeeft is dit boek bestemd voor degenen die particulier of anderszins bibliotheken opbouwen. Het geeft alfabetisch ruim 1100 namen van begrippen en vooral personen die in de wereld van het boek van belang zijn of waren, zoals ook Van Krimpen en De Roos. Dit geschiedt met een korte karakteristiek: Krimpen, Jan van (geb. 1892) Niederländ. Schriftkünstler u. Entwerfer vorzüglicher Druckschriften. Mitarbeiter von Joh. Enschedé en Zonen in Haarlem. De lijst is als orientering bedoeld na de verwarring als gevolg van de laatste oorlog in Duitsland en volkomen anders van opzet dan het hierna volgende Engelstalige werk.
(6) John Carter. A B C for book-collectors. New York, Alfred A. Knopf, (1951). 190 blz.
Geen eigenlijk woordenboek, geeft alfabetisch artikelsgewijze omschrijvingen van ‘such words and phrases, commonly used in book-collecting, as would be likely to puzzle an educated reader faced for the first time by a bookseller's or an auctioneer's catalogue’. Typisch Engels ingesteld met verklaringen van begrippen als Harleian style, Mint-condition fetishists enz. en met een lijst van Engelse afkortingen.
(7) Domingo Buonocore. Vocabulario bibliográfico. Términos relativos al libro, al documento, a la biblioteca y a la imprenta, para uso de escritores, bibliógrafos, bibliófilos, bibliotecarios, archivistas, libreros, editores, encuadernadores y tipógrafos. Santa Fé (Argentina), Librería y editorial Castellví S.A., 1952. 205 blz.
Dit van een uitvoerige inleiding over de raison van vakwoordenboeken voorziene Spaansamerikaanse woordenboek behandelt alfabetisch de woorden en begrippen afhankelijk van het belang in een enkel zinnetje (bijv. miscelánae), een halve bladzijde (als microfotografía), een hele bladzijde (zo bibliólogía) of nog meer.
(8) Helmut Hiller. Wörterbuch des Buches. Frankfurt am Main, Vittorio Klostermann, (1954). 307 blz.
Een Duits woordenboek met alfabetisch gerangschikte uitvoerige omschrijvingen van begrippen ‘aus der gesamten Buchkunde’, dus ook papier, schrift, bibliotheken, enz. en inlichtingen over de voornaamste Duitse en buitenlandse oudere en hedendaagse uitgevers (naast bijv. de Elzeviers ook Brill en Nijhoff).
Een tweede ‘durchgesehene und erweiterte’ druk verscheen in 1958 (332 blz.). Het nieuwe voorwoord vermeldt 2200 trefwoorden. Aan het slot bevinden zich een Verslagsregister, dat de Westduitse uitgevers registreert volgens de vakgebieden waarop zij werkzaam zijn, een lijstje van
| |
| |
gelatiniseerde plaatsnamen en (als in de eerste druk) een 7 bladzijden tellende literatuuropgave.
(9) F.C. Avis. The Bookman's Concise Dictionary. London, (F.C. Avis, 1956). 325 blz.
Een eveneens alfabetisch gerangschikt Engels equivalent van het boek van Hiller, echter zonder gegevens over uitgevers maar wel bijv. over de Kelmscott Press: The entries range from definitions of classical and modern literary terms to renderings of the Latinized names of towns appearing on the title pages of early books; from the terminology of the ancient manuscript writer to abbreviations now current in publishing and bookselling. Also included is a selection of terms employed in rhetoric, logic, biblical study, the graphic arts and librarianship.
(10) Lexikon des Buchwesens. Herausgegeben von Joachim Kirchner. 4 Bde. Stuttgart, Hiersemann Verlag, 1952-1956. 927, 663 blz.
Een alfabetisch ingerichte encyclopedie, met uitvoerige registers, over de wereld van het boek, internationaal bedoeld, maar zeer Duits georienteerd. Een uitvoerige bespreking van de eerste twee delen gaf L. Brummel in ‘Het Boek’ XXXII blz. 206-208, van het derde deel op blz. 359-360. De twee laatste banden (Bilderatlas zum Buchwesen getiteld) geven alleen afbeeldingen (957 in totaal). Het werk kwam in de plaats van het door Karl Löffler en Joachim Kirchner in 1935-1937 uitgegeven ‘Lexikon des gesamten Buchwesens’, dat nog uitvoeriger was.
(11) Nordisk Leksikon for Bogvaesen. Redigeret af Esli Dansten, Lauritz Nielsen† og Palle Birkelund. Under Medvirken af Harald L. Tveterås og Bengt Åhlén. Kjøbenhavn, Oslo, Stockholm, 1949-. 2 dln. in afleveringen. 564, blz.
Een alfabetisch ingerichte encyclopedie als het werk van Kirchner en uiteraard speciaal zeer uitvoerig over alles wat de Skandinaafse landen en Finland en IJsland betreft, maar toch ook met een behoorlijke behandeling van bijv. woorden of namen als Bibliothèque nationale, Blaeu, Cobden-Sanderson, enz. Om dit werk, resultaat van voorbeeldige samenwerking in de Skandinaafse landen, kunnen wij onze noorder broeders benijden.
(12) Encyclopaedia of Librarianship. Edited by Thomas Landau A.L.A. London, Bowes & Bowes, (1958). 334 blz.
Meer dan zestig medewerkers hebben bijgedragen tot dit alfabetisch gerangschikte ‘reference book on librarianship’, waaraan in Engeland grote behoefte bestond en dat zowel korte definities als uitvoerige artikelen bevat, uiteraard grotendeels met betrekking tot Engels bibliotheekwezen, Engelse boekdrukkunst, Engelse papierfabricage en aanverwante onderwerpen en dat nauw aansluit bij de syllabus voor de opleiding vanwege de Library Association.
Naast deze werken kon ik niet kennis nemen van bijvoorbeeld:
English-deutsches, deutsch-englisches Fachwörterbuch des Graphischen Gewerbes und der Papierindustrie (von Hans Garte), Einbeck, Garte, 1947 (79 blz.) of van:
The bookman's glossary. 3rd edition, New York, 1951 (198 blz.), waar- | |
| |
van geen uitgaven in een Nederlandse bij de Centrale Catalogus aangesloten bibliotheek aanwezig zijn. Ook Mlle Malclès noemt zo nog enige woordenboeken van na 1940. Verder zijn er dan nog woordenlijsten op een meer beperkte schaal (met letters aangeduid) zoals:
(a) Werner Rust. Lateinisch-Griechische Fachwörter des Buch- und Schriftwesens. Leipzig, Otto Harrassowitz, 1950. 69 blz.
Dit boekje, bedoeld als hulpmiddel voor de jongeren uit boek- en bibliotheekwereld, bevat de oudere en nieuwere Latijnse en Griekse woordvormen uit dit vakgebied, dus zowel pinakes als zincographie, en kan daardoor ook voor ingewerkten nog nuttig zijn.
Voor Oosteuropese en Oosterse vaktermen zijn er enige lijsten in de Verenigde Staten verschenen, waarvan ik noem:
(b) Dimitry M. Krassovsky. A glossary of Russian terminology used in bibliographies and library science. Los Angeles, University of California library, 1955. 19 blz. (Occasional papers no. 2).
(c) Edmund S. Przybylski. A dictionary of selected bibliographical terms, book trade terms, and place names in Polish. Lexington, 1955. 36 blz. (University of Kentucky libraries. Occasional contributions no. 69).
(d) Harold Allison Mattice. English-Chinese-Japanese lexicon of bibliographical, cataloguing and library terms. New York Public Library, 1944. 38 blz. (Eerst verschenen in Bulletin of the New York Public Library, mei-juni 1944, en als zodanig aanwezig in de universiteitsbibliotheken van Amsterdam, Leiden en Utrecht).
Bijzondere vermelding vereist nog het zeer speciale en zeer belangrijke standaardwerk:
(e) E.J. Labarre. Dictionary and encyclopaedia of paper and papermaking. With equivalents of the technical terms in French, German, Dutch, Italian, Spanish & Swedish. Second edition, revised and enlarged. Amsterdam, Swets & Zeitlinger, 1952. 488 blz.
Dit uit het woordenboek van 1937 nu tot een encyclopedie uitgegroeide naslagwerk geeft in het Engels uitvoerige omschrijvingen van elk denkbaar begrip dat met papier te maken heeft. Onder elke omschrijving volgt het woord in de zes andere talen, waarvan ook volledige registers zijn. Zeer uitvoerig is bijv. het artikel over watermerken (blz. 328-360) met 233 afbeeldingen.
Concluderend valt het op hoe verschillend de lexica zijn, niet alleen wat de talen betreft en het aantal woorden of begrippen, maar ook ten aanzien van de beperking of verbreding van de stof en de gezichtshoek waaruit deze stof bekeken is, zoals bijv. duidelijk blijkt uit de van bijna gelijk schijnende titels voorziene werken van Hölscher en Carter. Kritiek kan men daarom gemakkelijk hebben en van mening verschillen over wat al of niet in een bepaald lexicon opgenomen of op andere wijze verklaard had moeten worden. Niettemin vullen zij elkaar alle aan en vormen tezamen een imposante rij, onmisbaar voor allen die zich in de ruimste zin bezig houden met de wereld van het boek.
Ik kan niet nalaten mee te delen dat de aanleiding tot het samenstellen van dit overzicht was dat ik in een antiquariaatscatalogus de term ‘dwars- | |
| |
folio’ opmerkte. Ik kende het woord niet, maar het kwam mij sympathiek voor omdat ik iets tegen het vreemde woord oblong heb en hiervoor dan ook gebruik: langwerpig 4o of 8o. Langwerpig folio komt vrijwel niet voor. Ik zocht de term dwarsfolio tevergeefs in Hertzberger en zijn voorganger en vond hem evenmin in de grote Nederlandse woordenboeken. Opname hiervan is nu zeker gewettigd in het woordenboek van Nederlandse vaktermen over boek- en bibliotheekwezen dat, systematisch ingericht op de wijze van het Vocabularium bibliothecarii van Unesco, voorbereid wordt door de Nederlands-Belgische Commissie die in 1953 is ingesteld door de Sectie Bibliotheekwezen van de Conferentie der Nederlandse Letteren. Na de tot stand koming hiervan is het wachten dan nog op een Nederlandse encyclopedie in de geest van Kirchner of het Nordisk Leksikon!
A.J. de Mooy
|
|