Een kling-dicht van Zacharias Heyns en eene berijmde verwensching.
Onlangs maakte de heer J.W. Enschedé mij opmerkzaam op een sonnet van Heyns, dat mij indertijd ontgaan was. Het staat in:
De Practijcke der Godtzaligheydt, Leerende een Christen hoe hy in zijn wandel Godt behaghen mach. Wt de Engelse Tale overghesettet door Ever hard Schutten. Tot Amst. By Fan Marcusz. Boeckver koper, wonende op de Dams-sluys in de beslagen Bybel. Anno 1620. Tot Steenwyck ghedruckt by Doeye fansz. Walles. Het luidt aldus: