| |
| |
| |
Uit Noord- en Zuid-Nederlandsche bibliotheken.
Amsterdam. - Universiteitsbibliotheek. In het bureau-lokaal is in drie kastjes van het model van het Brusselsche Institut bibliographique een ‘Nederlandsche titelindex’ opgesteld. Dit is een alfabetische index, gevormd uit de opgeplakte titels van Nijhoff's Index, en de Haagsche documentatietitels. Men vindt er dus, evenals in eerstgenoemde uitgaaf, schrijvers en onderwerpen in één alfabet, door verschillenden druk van het beginwoord duidelijk onderscheiden. Door opneming van de documentatietitels vermeldt de index niet alleen artikelen uit tijdschriften van algemeenen inhoud, maar ook uit vaktijdschriften en ook zelfstandige boekuitgaven. Over eene reeks van jaren zal de index zich zeker tot een zeer belangrijk werkapparaat ontwikkelen.
In druk is verschenen een Tijdschriftenlijst, van 191 bladzijden. Over de geschiedenis van de tijdschriftencollectie, de catalogiseering er van, en de inrichting van deze lijst deelt de Bibliothecaris het volgende mede.
‘De tijdschriftenverzameling van de Amsterdamsche Universiteitsbibliotheek is niet ouder dan 35 jaren. Van de oude Stedelijke boekerij schreef Rogge in 1882 in zijne Geschiedenis, dat “de afdeeling wetenschappelijke en letterkundige tijdschriften, jaarboeken en verslagen van genootschappen en andere periodieke werken” er “bijna geheel onbekend”’ was. Hij voegde er aan toe, dat de als universiteitsbibliotheek gereorganiseerde boekerij toen reeds meer dan 500 titels van periodieken telde, en dat de geheele benedenverdieping van het nieuwe bibliotheekgebouw door deze werken werd ingenomen. Dertig jaren zijn sedert verloopen, geregeld inkomende tijdschriften zijn er nu ongeveer vijf maal zooveel, en van het intusschen verdubbelde boekengebouw is de benedenverdieping geheel, en nog een paar bovenverdiepingen voor een zeer groot deel met tijdschriften gevuld, en nog schiet de ruimte te kort. Bovendien breidt de tijdschriftenliteratuur zich nog steeds uit, en vestigt zich steeds sterker de overtuiging dat juist het voorzien in de behoefte aan tijdschriften de dringendste taak van eene bibliotheek is. De middelen voor aanschaffing van tijdschriften zijn dan ook in den laatsten tijd belangrijk versterkt, en toch zijn we in dit opzicht nog volstrekt niet waar we moeten zijn.
Naast de completeering van de verzameling zelve is het catalogiseeren er van een taak die aan een bibliotheekbestuur zeer bijzondere eischen stelt. Hoe gaarne zouden we een algemeenen Catalogus van onze tijdschriften in druk geven, waarin ze alle èn op den titel, èn op de namen der redacteuren, én op het vak waaraan ze gewijd zijn, en voor zoover ze van een genootschap of ander lichaam uitgaan, op den naam van dat genootschap enz. te vinden zouden zijn. Maar zulk een werk eischt veel meer tijd en arbeid dan we er voor beschikbaar kunnen stellen. Wat we hier hebben willen geven is een kleinere lijst, die alleen de titels bevat van een deel der tijdschriften, zóó uitgekozen dat èn de doorloopende reeksen op elk gebied, èn de nieuwere wetenschappelijke tijdschriften er alle in voorkomen.
Ook dit kleinere werk moest echter, door gebrek aan werkkrachten, zeer lang blijven stilstaan, en het gevolg is dat het, nu het gereed is gekomen, reeds geen juist beeld meer geeft van onze tijdschriften verzameling. Tal van reeksen zijn intusschen aangevuld, tal van nieuwe zijn er bij gekomen.
Toch scheen het gewenscht, de lijst nu te verspreiden, zooals zij is, met het plan later een supplement te doen volgen. In druk is reeds een catalogus van de boekenverzameling aan het physiologische laboratorium, waar juist in den laatsten tijd een belangrijk aantal tijdschriften op het gebied der physiologie en verwante vakken is bijeengebracht.
De nu gegeven lijst is meteen eene proeve van tijdschriftencatalogiseering. Het streven was, korte titels te geven, die toch al het noodige bevatten, en deze te schikken in eene alfabetische orde die zich aansluit bij ons algemeene gebruik - vooropzetting van het eerste substantief - en die tegelijk de raadpleging zoo gemakkelijk mogelijk maakt. Daartoe is een tweede gekozen woord gespatieerd gedrukt. Bij de keus hiervan is natuurlijk geen vaste regel te stellen; elk geval is echter zorgvuldig overwogen, vooral met 't oog op het gemak der gebruikers.’
| |
| |
Amsterdam. - De Paedagogische bibliotheek. - Achter de onlangs gedrukte statuten der vereeniging ‘De paed. bibl.’ (Zie hiervóór bl. 150) met huishoudelijk reglement, is een blaadje gevoegd van dezen inhoud: 'De Paedagogische Bibliotheek vraagt ten geschenke, uit Nederland en uit andere landen: Adressen aan autoriteiten (met mem. van toel.). Afbeeldingen, bestekken en teekeningen van scholen, weeshuizen, opvoedingsgestichten, vacantiekoloniën, herstellingsoorden, tuchtscholen. Brochures. Couranten voor opvoeding en onderwijs. Feestschriften. Gedenkboeken. Handschriften. Jaarboekjes van vereenigingen en afdeelingen. Jaarverslagen van vakvereenigingen (lager, middelbaar, hooger, en vakonderwijs). Kinderromans. Kinderlectuur. Ledenlijsten van vereenigingen. Oude sollicitatiebrieven. Portretten van bekende schoolmannen. Proefschriften. Reglementen van vereenigingen op het gebied van onderwijs of kinderverzorging. Rapporten over onderzoekingen naar kinderarbeid, kinderverwaarloozing, gestichtsverpleging, coëducatie, baden, voeding, kleeding, huiswerk, berechting enz. Schrijfstukken. Schoolboeken (oude en nieuwe). Studieboeken. Tijdschriften. Vereenigingsorganen. - Hoop er niet op ‘dat een ander het wel doen zal’, maar zend zelf al wat ge machtig kunt worden aan A.J. Straatman, 2e Helmersstraat 74, Amsterdam.
Als ge iets lezen wilt over opvoeding of onderwijs, vraag dan het boek aan bij de Universiteits-Bibliotheek, Singel 421, Amsterdam. Zijt ge daar niet geïntroduceerd, wend u dan tot den bibliothecaris der Paedagogische bibliotheek met uw wenschen. Zoudt ge eenig boek willen lezen, dat in de Bibliotheek niet aanwezig is, vraag hem dan of 't niet aangekocht kan worden. Het bestuur zal dat in de meeste gevallen gaarne doen.'
Antwerpen. - Hoofdbibliotheek der Stad A. - De ‘systematische lijst der aanwinsten gedurende het jaar 1912’ telt 141 bladzijden. Eigenlijk zijn het tien afzonderlijke lijsten, elk met alfabetische schikking - op auteursnamen, resp. eerste substantief. De omvangrijkste zijn: C philologie en fraaie letteren; E rechtsgeleerdheid en staathuishoudkunde; H kunst en ambachten; K geschiedenis, aardrijkskunde, genealogie, oudheidkunde. De aanwinsten zijn meerendeels nieuwe boeken. Bij doorbladering valt het oog in hoofdstuk C als van zelf op eene rijke Conscience-verzameling (bl. 32-38), en iets verder op een uitvoerigen titel van de Nederlandsche gedenck-clanck van Adr. Valerius. De kleine afdeeling Godgeleerdheid (F) begint met twee uiterst zeldzame boekjes, Sinte Augustijns eenlike sprake, en Sinte Augustijns hantboecxken, beide ‘Gheprent Thantwerpen by Jan van Ghelen’, en tevens 'te coope tot Amstelredamme by Bartholomeus Jacobsoon inden Gulden Bijbel. Moes heeft alleen het eerste beschreven (Amst. boekdr. I p. 145, n. 104) naar het exemplaar van Doedes, dat nu in de Amsterdamsche bibliotheek is. Het tweede was aan Moes niet bekend, en is zoover we weten, een eenig exemplaar. In de historische afdeeling (K) vindt men eene merkwaardige oude beschrijving van Antwerpen: ‘Anvers, Antwerpen en flamand, belle et grande ville’ enz., en de Relationis historicae continuatio van Theod. Meurer, van 1609 met een groote prent ‘Triumph und Feuerwerck wegen Publicirung des Fridens zu Antorff vorm Rathhaus gehalten’. Dit laatste werk is een geschenk van het Dotatiefonds.
Batavia. - Bataviaasch genootschap van kunsten en wetenschappen. - In 1873 verscheen de Catalogus codicum arabicorum in bibliotheca Societatis artium et scientiarum quae Bataviae floret, begonnen door Friederich, voltooid en uitgegeven door L.W. C. van den Berg. Nu, na 40 jaren, is daarop een supplement gegeven, niet meer met Latijnschen maar met Engelschen tekst, het genootschap is herdoopt in Batavia Society of arts and sciences, de maker van den catalogus Dr. Ph. S. van Ronkel heeft den titel aangenomen van Librarian and Keeper of the Muhammadan manuscripts, en om een indruk te geven van het karakter van de uit Atjeh afkomstige handschriften ‘kan hij niet beter doen’ dan eene beschrijving van Snouck Hurgronje in het Engelsch vertalen. Een reden voor deze verengelsching wordt niet opgegeven; men zou veronderstellen dat de ‘librarian and keeper’ geen Latijn kan schrijven - maar ook voor het Engelsch
| |
| |
heeft hij een ‘English master’ in den arm moeten nemen, en desondanks toch nog tot zijn schrik ontdekt dat hij bij maat-opgaven c.M. had gezet in plaats van cm. volgens Engelsch gebruik!
De catalogus beschrijft 861 handschriften, waaronder de verzamelingen van A.B. Cohen Stuart, H. van de Wall, J.L.A. Brandes en andere. De meeste behooren aan het Genootschap, andere zijn door het Gouvernement in bewaring gegeven. Zij zijn afkomstig uit de meest uiteenliggende streken van den Archipel. Over 't algemeen zijn ze niet van bijzonder groote waarde, maar toch zijn er unica bij, en andere, waarvan slechts zeer enkele exemplaren bekend zijn. Die uit Atjeh zijn van bijzonder belang omdat ze getuigenis geven van de godsdienstige gezindheid van het Atjehsche volk en zijne leiders gedurende de lange oorlogsjaren, en van hunne zelfs in de moeielijkste tijden nooit geheel gestaakte bestudeering van de heilige boeken.
's-Gravenhage. - Koninklijke Bibliotheek. - Het verslag over 1912 is verschenen. Het is als altijd ingedeeld in paragrafen, waaronder er verscheidene zijn die zoo volstrekt niets inhouden, dat het voor niemand eenig verlies zou zijn wanneer ze mochten worden weggelaten. Hier volgt het een en ander dat van eenig belang schijnt.
Hel bleek nog niet mogelijk om de geheele restauratie van de benedenzalen tot een einde te brengen; hoe langer hoe meer ook doet zich de noodzakelijkheid gevoelen van een geheel herstel van dit gedeelte der Koninklijke Bibliotheek, al kan dan ieder jaar slechts een enkel gedeelte onder handen worden genomen. Zoodra echter eenmaal de ingang, de vestibule en de trap hersteld zijn, zullen de werkzaamheden geen bezwaren meer opleveren voor den dienst der Bibliotheek. Slechts één kamer, de oude bureaukamer, kon in het afgeloopen jaar worden gerestaureerd; ze heeft een geheele verandering ondergaan. Wanneer bij deze kamer evenals bij de kamer die voor de tentoonstelling der autographen is ingericht, de belendende trap zal zijn weggebroken, en daardoor beter lichttoevoer is verkregen, zal ook dit oorspronkelijk somber vertrek een vroolijk aanzien krijgen. Het is bestemd tot bureaukamer van den ambtenaar onder wiens directe leiding de afdeeling ‘Museum’ der Bibliotheek is geplaatst. Met vreugde worden voorts een achttal medaillons van den kunstschilder Tjeerd Bottema vermeld en uitvoerig beschreven, die in de groote achthoekige Museumzaal geplaatst zijn.
Over de salarisregeling van het personeel, die deels reeds in 1911 tot stand kwam, deels nog aanhangig is - zie Het Boek I 39, II 78 - worden geene bijzonderheden gemeld. Wel lezen we, dat eene uitbreiding werd voorgesteld die rekening hield met de voortgaande specialiseering van het cataloguswerk en van den dienst, zoodat de aanstelling van een specialen ambtenaar voor de afdeeling Geschiedenis, Aardrijkskunde en Folklore in 't oog werd genomen, evenals die van een bijzonderen ambtenaar voor het Museum. Met ingang van 1 Januari 1912 werden bevorderd tot Wetenschappelijk Assistent 2e klasse de dames A. de Kempenaer en F. Simons, beiden tot dien tijd klerk.
Als aanwinst wordt bijzonder vermeld het geschenk van J. Pierpont Morgan, bestaande in den catalogus zijner miniaturen en juweelen, een boek uitmuntend door de pracht zijner illustraties en van zijn banden. Als verlies moet worden aangemerkt de teruggave aan de familie van het album Bosboom-Toussaint - nu, naar wij meenen, te Alkmaar.
Als afzonderlijke afdeelingen worden vermeld de Administratie en het Bureau, waar de drukte gestadig toeneemt, de Boekenafdeeling, aan welker aanvulling in overleg met 't publiek veel zorg wordt besteed, zoodat eene budgetverhooging dringend noodig wordt. ‘De invoering van de Auteurswet heeft daarbij de bron van het wettige dépôt, waaruit de Bibliotheek kon putten, geheel opgedroogd. Aan uitbreiding van den kring van lectuur in verband met de werkzaamheid der afdeeling Documentatie viel hierdoor niet te denken, en ook tot het bekostigen van het drukken van catalogussen, zoo hoogst noodig om den inhoud der Bibliotheek meer bekend te maken, kon niet worden overgegaan.’ Wat de Handschriften-afdeeling betreft wordt gewezen op een groot aantal belangrijke aankoopen, in Bijlage B uitvoerig beschreven. Van de Documentatie-afdeeling wordt geleidelijke uitbreiding vermeld; ‘het getal der instellingen en particulieren aan
| |
| |
wie de bibliographische fiches werden toegezonden steeg van 167 tot 186, de oplaag der kaarten kwam daardoor van 134.500 tot 170.500, terwijl een 20.000 kaarten moesten worden herdrukt. Verschillende catalogussen werden gemaakt en bijgehouden - met betrekking tot auteurs, persoons- en plaatsnamen - met het doel om het overzicht van de fiches zoo gemakkelijk mogelijk te maken en aan aanvragen zonder verlies van tijd te voldoen. Omtrent de afdeeling Museum wordt, met 't oog op de onvoltooide vertrekken en den nog te benoemen ambtenaar, naar het komend jaar verwezen.
Het aantal geleende en geconsulteerde boekwerken (met uitzondering van die in de groote leeszaal opgesteld) steeg van 225.000 tot 270.000. Eene overeenkomstige stijging toont zich ook in speciale statistieken, b.v. die over aanvragen van andere bibliotheken, en ook over de eerste maanden van 1913.
Op het verslag volgt eerst een lijst van schenkers, en dan de groote lijst van aanwinsten. De beschrijving der handschriften telt op 20 bladzijden 23 nummers, waaronder echter autografencollecties zijn die uit een groot aantal stukken bestaan. No. 1 is een Hollandsch getijdenboek van ± 1460; een drietal alba amicorum van de 18e en 19e eeuw besluiten de reeks. De boekenlijst in systematische indeeling vult 398 bladzijden.
Geheel aan het einde volgt nog een statistische tabel met gedetailleerde cijfers van het gebruik der bibliotheek over verschillende vakken, en over de 12 maanden van 1912.
's-Gravenhage. - Vredespaleis. - Door de firma Mart. Nijhoff is aan de directie van het Vredespaleis ten geschenke aangeboden eene verzameling van 53 uitgaven van Hugo Grotius, De jure belli ac pacis. Het geschenk is dankbaar aanvaard, en zal eene eereplaats krijgen in de bibliotheek van het vredespaleis. De verzameling is beschreven in een catalogus van Nederlandsche werken over internationaal publiek recht, door de firma ter gelegenheid van de opening van het Vredespaleis uitgegeven. Zij bevat eene reeks Latijnsche uitgaven van de editio princeps van 1625 af tot 1773, en een aantal Nederlandsche, Fransche, Duitsche en Engelsche vertalingen. Bij verscheidene uitgaven kon de mededeeling Inconnu à Rogge worden gevoegd.
's-Gravenhage. - Gemeente-archief en -bibliotheek. - In het verslag over 1912 deelt de Archivaris mede, dat het voor de zich steeds belangrijk uitbreidende bibliotheek reeds moeielijker wordt bergplaats te vinden. Van de uitbreiding zelve wordt alleen vermeld een groote verzameling stadsordonnanties en -placaten, uit dubbelen van het archief gevormd. De beschrijvingswerkzaamheden der op den Haag betrekking hebbende boekerij hebben een geregelden voortgang. Zij waren opgedragen aan de klerk mej. H.J. J.M. van Diepen en zijn bijna ver genoeg gevorderd om met het drukken van den catalogus een begin te maken.
Haarlem. - Rijks-iustituut voor visscherij-onderzoek; Zijlweg 83. - Van de boekerij van deze instelling wordt een catalogus van 88 bladzijden door Dr. P.P.C. Hoek ingeleid met eene korte meedeeling, in hoofdzaak van dezen inhoud:
De kleine boekerij, waarvan hier de catalogus volgt, werd voor een deel gevormd door de boekwerken welke het voormalige College voor de zeevisscherijen gedurende zijn ruim 40jarig bestaan bijeenbracht; voor een ander deel door de geschriften welke het van 1903 tot 1912 werkzame Rijks-instituut aangeschaft en ontvangen heeft. Voor een derde deel uit werken welke tot het archief van den Wetenschappelijken Adviseur in Visscherijzaken behoord hebben. De Directeur stelt zich voor, allen belanghebbenden het gebruik dezer boekwerken zooveel mogelijk te vergemakkelijken.
Het catalogusje is netjes in uitvoering, helder van druk, en geeft den indruk, nauwkeurig en zorgvuldig bewerkt te zijn. Daar het bijna uitsluitend werken over visscherij en verwante onderwerpen bevat, heeft het als vakcatalogus een wezenlijk belang. Met een juist inzicht is de rangschikking geheel naar het speciale onderwerp gemaakt, niet naar een theoretisch stelsel. Het zal zeker voor hen die op dat bijzondere gebied iets noodig hebben, een practisch hulpboek zijn.
Haarlem. - Stadsbibliotheek. - Aan het
| |
| |
verslag over 1912 ontleenen we het volgende: Op 31 Juli besloot de Gemeenteraad, de bibliotheek op Maandag- en Donderdagavond van 7-10 uur open te stellen. Daartoe werden in de leeszaal, gang en bibliothecariskamer elf electrische lampen aangebracht. Op de 26 avonden in de maanden September, October en December kwamen 336 bezoekers, waarvan 185 in de leeszaal voor zittend werk. Per avond kwamen dus gemiddeld ruim 10 bezoekers; over dag kwamen in denzelfden tijd 3310 personen, of ruim 32 per dag. Het geheele aantal in 1912 was 9875 (10507 in 1911). Uitleening: aan 5054 leeners 10552 boeken, waarvan 2043 behoorende tot de ontspanningslectuur. Leeszaalbezoekers: 3686 tegen 3720 in 1911. Ook naar buiten werden boeken naar een aantal plaatsen verzonden.
Van de zich op het stedelijk Museum bevindende Costeriana werd ter bibliotheek studie gemaakt door Prof. Zedler uit Wiesbaden, en den heer J.H. Hessels uit Cambridge. Ten behoeve van dezen laatste werden 2 exemplaren van het Speculum Salvationis humanae uit Kon. Bibliotheek te Hannover geleend.
Behalve aan de voltooiing van den alphabetischen en den systematischen catalogus werd voortgewerkt aan een catalogus van trefwoorden die reeds in slaat van wording veel gemak gaf.
In het journaal werden 1210 nummers ingeschreven. Van belang is een aantal muziektijdschriften door de Haarlemsche Bachvereeniging afgestaan, en een complete London News door Mr. G.v. Tienhoven geschonken. Van den heer H.A. Kuyper te Heemstede werd een boekenkast ten geschenke ontvangen.
Een bedrag van ƒ 5750 (waarvan ƒ 3800 voor tractementen, ƒ 800 voor boeken en tijdschriften) was voor de Bibliotheek uitgetrokken op de gemeente-begrooting voor 1912; voor 1913 bedraagt deze som ƒ 6130.
Dankbaar werden voorts toezendingen van boeken uit andere bibliotheken vermeld, voornamelijk uit de Koninklijke en de universiteitsbibliotheken, en uit de Nutsbibliotheken en het Leesmuseum te Haarlem, Ten slotte volgt een lange lijst van schenkers.
Utrecht. - Bibliotheek der Rijks-universiteit. - Bij A. Oosthoek te Utrecht verscheen een Handleiding en Gids voor de Utrechtsche bibliotheek, door de ambtenaren To van Rije; en G.A. Evers. Op de keerzijde van den titel staan eenige Algemeene wenken. Verder wordt gegeven een Korte geschiedenis, eene beschrijving van het gebouw, eene schatting van den omvang der bibliotheek (totaal over de 400.000 boeken, pamfletten en kaarten), eene lijst van schenkingen en legaten. Dan volgt eene bibliografie, waarin 33 geschriften over de bibliotheek, en 27 catalogi worden beschreven. Met bladz. 17 begint eene uitvoerige beschrijving van de geheele organisatie der bibliotheek, en van hare verschillende afdeelingen, met bladz. 39 een beknopt overzicht van de indeeling van den systematischen catalogus.
Dit laatste hoofdstuk zal zeker aan velen goede diensten kunnen bewijzen. Men grijpt bij organiseering van eene boekerij of ontwerping van een catalogus maar al te vaak naar die kunstige cijfer-of lettersystemen van vreemden oorsprong. Een lijstje als hier gegeven, met het bijgevoegde voorbehoud dat de indeeling van sommige vakken - men kon even goed zeggen: van alle vakken -niet definitief is vastgesteld, heeft stellig voor de practijk meer waarde, omdat het in de practijk zelve ontstaan is. Het doet hen die zelf eene indeeling te maken hebben, gevoelen dat slaafsch aanvaarden van een systeem, dat elders is klaar gemaakt, de verkeerde weg is, dat navolging met wijziging, met inachtneming van de behoeften der verzameling die men in bewerking heeft, hier het juiste is.
Ook overigens bevat het boekje stellig veel waaruit door vergelijking met eigen ondervinding nuttige wenken zijn te trekken.
Van de zorg van de bewerkers en den uitgever krijgt men bij doorbladering een zeer gunstigen indruk.
|
|