De Boekenwereld. Jaargang 32
(2016)– [tijdschrift] Boekenwereld, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 91]
| |
NieuwsVeilingverslag Van Stockum, woensdag 1 juni 2016
| |
Twee aanvullingen op Oceanus
| |
[pagina 92]
| |
liggen, want ten gevolge van de oorlogsomstandigheden is distributie onmogelijk geworden en is het uitgeversbedrijf vrijwel stilgevallen [...].’ Meteen na de bevrijding werd Oceanus door de Vereeniging ter Bevordering van de Belangen des Boekhandels geschrapt van de lijst van uitgeverijen; de directeur, Robert John Goddard, werd vervallen verklaard van zijn lidmaatschap en verloor zijn erkenning als uitgever, zo wordt aan het begin van het artikel vermeld. Maar betekende dit ook het einde van de activiteiten van de uitgeverij?
K.A. Schenzinger, Metaal. Exemplaar van de KB, ‘N.V. Uitgevers-Maatschappij “Oceanus”, Buitenhof 45 - Den Haag’. Zonder K-nummer.
Uitgeversmerk van Oceanus, ontworpen door Lid a von Wedell.
Volgens Brinkman's catalogus van boeken die gedurende 1946 tot en met 1950 [...] zijn uitgegeven of herdrukt [...] is in 1946 Schenzingers Metaal alsnog verschenen bij uitgeverij Boek en Periodiek in 's-Gravenhage, en in de bibliotheek van de Universiteit van Tilburg bevindt zich een exemplaar met het impressum Goddard, Den Haag. De Koninklijke Bibliotheek echter bezit een exemplaar met het impressum N.V. Uitgevers-Maatschappij ‘Oceanus’, Buitenhof 45 - Den Haag. Achterin staat reclame voor een ander boek van Schenzinger: ‘Van denzelfden schrijver is in ons fonds verschenen Aniline (tweede druk) Geb. f 5.25’. In het KB-exemplaar staat geen K-nummer, wat erop zou kunnen wijzen dat het boek na de oorlog gedrukt is. Vanaf 22 juli 1941 waren drukkerijen verplicht op al hun drukwerk een uniek, door de bezettende overheid toegekend nummer af te drukken. Hierdoor kon controle worden uitgeoefend op al wat er verscheen. Hoe het ook zij, op enig tijdstip niet lang na de bevrijding is Metaal wel degelijk in de handel gebracht. Het band- en stofomslagontwerp was van Lida von Wedell.
Plaat 9 uit Maria Sibylla Merian, Metamorphosis Insectorum Surinamensium, Amsterdam, Gerard Valck, [1705]. Koninklijke Bibliotheek, Den Haag.
Dat brengt me op een tweede aanvulling. Lida von Wedell is namelijk ook de ontwerpster van het cirkelvormige uitgeversboekmerk van Oceanus. In het Nieuwsblad voor den Boekhandel heeft een aantal jaren een onregelmatig verschijnende rubriek gestaan waarin aandacht werd besteed aan uitgeversboekmerken. In de aflevering van 26 maart 1942 werd het boekmerk van Oceanus afgebeeld, met als jaar van ontstaan 1941 en als tekenaar Lida von Wedell. Haar initialen staan onderaan de cirkel. Voluit heette ze Lida Louisa Franziska von Wedell-Weimann. Ze werd op 19 april 1887 geboren te New York en is op 9 november 1975 in Den Haag overleden. | |
Facsimile van Metamorphosis Insectorum Surinamensium van Maria Sibylla Merian
| |
[pagina 93]
| |
jongste dochter Dorothea Maria scheep naar Suriname. Ze huurde eerst een huisje in Paramaribo en trok daarna het oerwoud in om onderzoek te doen. Haar bevindingen legde ze vast in een grote hoeveelheid tekeningen en notities. Merian was van plan lange tijd in Suriname te blijven, maar een geheimzinnige ziekte (malaria? knokkelkoorts?) dwong haar voortijdig terug te keren. In Amsterdam werkte ze met hulp van haar dochters haar aantekeningen, schetsen en aquarellen uit tot haar meesterwerk Metamorphosis Insectorum Surinamensium. Het schitterende boek op groot folio formaat bevat zestig platen, waarop ze de transformatie van Surinaamse vlinders van ei via rups en pop tot vlinder illustreert. In binnen- en buitenland staat Merian in de belangstelling. In Londen vond een tentoonstelling plaats van haar handgekleurde prenten op perkament, afkomstig uit de collectie van de Britse koningin Elisabeth. Vorig jaar is een Maria Sibylla Merian Society opgericht, die in de zomer van 2017 een congres over haar organiseert.Ga naar eind1 En dit najaar presenteren Uitgeverij Lannoo en de Koninklijke Bibliotheek in samenwerking met de Universiteit van Amsterdam een facsimile van het ingekleurde KB-exemplaar van de eerste editie van haar boek over de Surinaamse insecten.Ga naar eind2 De reproductie van de platen wordt voorafgegaan door vier inleidingen. Ella Reitsma - bekend van Maria Sibylla Merian & dochters (2008) - schreef een biografisch overzicht. Cultuurhistoricus Bert van de Roemer (UvA) behandelt de kring van wetenschappers en verzamelaars in het Amsterdam van Merians tijd. Bioloog Kay Etheridge (Gettysburg College, Pennsylvania) laat zien hoe Merians ontdekkingen de biologie beïnvloed hebben en conservatoren Marieke van Delft (KB) en Hans Mulder (Artis Bibliotheek/Bijzondere Collecties van de UvA) doen de productie van het oorspronkelijke boek uit de doeken. Een team van entomologen, gelieerd aan Naturalis Biodiversity Center, heeft alle beestjes en planten op de afbeeldingen opnieuw gedetermineerd in de huidige wetenschappelijke terminologie. Bovendien is een lijst opgenomen van alle bekende exemplaren van deze eerste editie. Het facsimile is tweetalig, alle Nederlandse teksten van Merian zijn in het Engels vertaald. Dit is de derde maal dat de KB in samenwerking met Lannoo een facsimile van een topstuk uitbrengt: in 2012 de Atlas de Wit, in 2014 de Nederlandsche Vogelen en nu dus de Metamorphosis Insectorum Surinamensium. De KB beschouwt dit als een uitstekende manier om een topstuk onder de aandacht van een breed publiek te brengen. | |
BoekenpostzegelsIn het kader van het Jaar van het Boek wordt de Verkiezing van het Belangrijkste Boek gehouden. De uitslag daarvan is bekend gemaakt op vrijdag 23 september om 17.00 uur - net te laat voor dit nummer, dat iets eerder op die dag ter perse is gegaan. Is het de Bijbel geworden of Het achterhuis van Anne Frank? De Bijbel lijkt nog steeds de beste papieren te hebben, ondanks de ontkerstening. Harry Potter stevent af op het brons. Een andere exponent van het Jaar van het Boek is een onlangs uitgebrachte serie boekenpostzegels, ontworpen door Niels Schrader. Het is een coproductie van de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag en PostNL, die gezamenlijk de selectie maakten van de afgebeelde boeken. Het moge duidelijk zijn dat zo'n keuze gepaard gaat met enige willekeur. De volgende tien titels werden opgenomen in deze postale eregalerij: H.N. Werkman, Chassidische legenden (1942-43); Jan Wolkers, Turks fruit (afgebeeld is de editie van 1977, de eerste druk is van 1969); Anne Frank, Het achterhuis (1947), dat dus ook bij de postzegels in de top drie staat; Karel van Mander, Het schilder-boeck (1604); Herman Gorter, Mei (1889); H. de Roos, De schippers van de Kameleon (1949); Jac. P. Thijsse, Zomer (1904); Spinoza, Ethica (1677); Max Euwe en Albert Loon, Oom Jan leert zijn neefje schaken (1935); en Jacob van Maerlant, Der naturen bloeme (ca. 1266). In de marge naast Van Maerlant, zonder eigen zegel, is een negentiende-eeuwse editie van de Grondwet afgebeeld. En onderaan, naast het logo van de KB, zie je nog net een stuk van Couperus' Eline Vere, dat kennelijk ook te licht werd bevonden voor een zegel. Er schieten me nog een paar voorbeelden van boekenzegels te binnen. In 1998 verscheen ter gelegenheid van het tweehonderdjarig bestaan van de Koninklijke Bibliotheek een zegel met een afbeelding van Een nieu Geusen lieden boecxken (1581). En vorig jaar werd in Engeland een prachtige serie uitgegeven ter herdenking van anderhalve eeuw Alice in Wonderland. De bibliofiele filatelie is een intrigerend chapiter. Een abonnee in Heemstede, die al tientallen jaren zulke postzegels verzamelt, zou in het bovenstaande een verkapte uitnodiging kunnen lezen voor een bijdrage aan De Boekenwereld. (svdv) |