6
Ellen is zeventien en wil dolgraag ballerina worden. Ze doorstaat de zware toelatingsproef en wordt opgeleid door strenge madames. De eisen van de balletschool vallen haar zwaar, maar ondanks eenzaamheid en problemen blijft ze doorzetten. Het voorwoord vertelt dat goede boeken over ballet vergelijkbaar zijn met balletschilderijen van Degas: ‘Hij bleef in de danseressen ook altijd de mensen zien, die blij waren of bedroefd, vol leven en energie of doodmoe.’
* Linda Graeme, Ellen op ballet, Utrecht / Antwerpen, Het Spectrum, [1956].
7
Dit vuistdikke boek werd in 1928 gepubliceerd ter gelegenheid van de Olympische Spelen in Amsterdam. Het bevat verhalen die zijn geschreven door o.a. bekende sporters uit die tijd. Ze ademen een sfeer van gemoedelijk optimisme. Getuige de titel is het boek uitdrukkelijk bestemd voor jongens, er is geen pendant voor meisjes verschenen.
* H. van Booven (red.), Het groote sportboek voor jongens, Alkmaar, Gebr. Kluitman, [1928].
8
Dit prentenboek gaat over Hans en Hein, die schaatsen, sleeën, skiën, worstelen, schermen, roeien en tennissen. Maar ze houden ook van kwajongensstreken: ze gaan er vandoor met een luchtschip en vliegtuig, waarmee ze op een torenspits en op de Noordpool belanden.
* Het prentenboek der sporten, met versjes van Yvonne. Baarn, J.F. van de Ven, [1912].
9
Dit sportboek uit 1880 geeft een interessant beeld van sporten die in verschillende landen worden beoefend. Er is veel aandacht voor jagen: in Afrika heb je de keuze tussen nachtelijke leeuwenjacht, olifantenjacht en ‘rhinocerosjacht’ en in Australië jagen ze natuurlijk op kangoeroes. In Schotland leggen herten en korhoenders het loodje, maar daar doen ze ook aan folkloresporten als boomstamwerpen en ‘het werpspel’ (curling).
* Internationaal sportboek voor de jeugd, Tiel, Campagne, [1880].
10
Jan Cottaar (1915-1984), auteur van het Sportboek voor de jeugd, was een bekende sportverslaggever voor radio en tv. Hij schreef ook enkele sportromans, zoals De troostprijs is een gele trui (Utrecht 1962), over de Italiaanse wielrenners Fausto Coppi en Gino Bartali.
* Jan Cottaar, Sportboek voor de jeugd, Heiloo, Uitgeverij Kinheim, [1947]. Illustraties van Karel Thole.
11
Jongenspret is een bundel verhalen en gedichten. J.J.A. Goeverneur schreef het voor échte Hollandsche jongens, niet voor ‘sukkels, die armen, beenen en verdere ledematen aan hun lijf hebben, maar ze niet weten of durven te gebruiken tot gezonde ligchaamsoefeningen, - tot loopen, worstelen, rijden, zwemmen’. De zes handgekleurde illustraties tonen hoe het sporten er in het midden van de negentiende eeuw uit zag.
* J.J.A. Goeverneur, Jongenspret: een geschenk aan Hollandsche jongens, Sneek, Van Druten & Bleeker, [1851].