Het drukkershandboek van Capelle
Pierre(-Adolphe) Capelle, de Revolutie toegedaan, vestigde zich in 1791 in Parijs als uitgever en schrijver, onder meer van komedies. Van 1818 tot 1830 was hij inspecteur van het boekwezen, zodat hij kan gelden als een deskundige. Toch neemt men aan dat hij voor de technische gedeelten de medewerking heeft genoten van de drukker van zijn boek, Thomas Rignoux, wiens monogram op het titelvignet staat (zie afbeelding); een moderne drukker, want het vignet toont de ijzeren pers die aan het begin van de eeuw in Engeland was ontworpen door Stanhope en pas na 1815 in Parijs bekend werd. Wij weten dat hij ook de tekst van het ongepubliceerde gedeelte over de drukpersen heeft geredigeerd, maar dit handschrift is niet teruggevonden (zie Nodier, Critiques de l'imprimene, ed. 1989). Capelle ontving voor het historische deel steun van de bibliothecaris Charles Nodier.
In de ondertitel bestemt Capelle zijn boek voor leerlingen, uitgevers
P. Capelle, Manuel de la typographie françoise, ou Traité complet de I'imprimerie, Parijs, Rignoux, 1826. Bijzondere Collecties van de UvA.
en ‘hommes de lettres’; Fournier dacht blijkens de ondertitel van zijn
Manuel zelfs in de eerste plaats aan ‘gens de lettres’, die immers vaak betrokken waren bij het uitgeven van boeken en soms bijdroegen aan de drukkosten. Het boek is gezet uit een letter die de smaak van de tijd weergeeft, een neo-classicistisch ontwerp van Firmin Didot. De tot ca. 1800 veel gebruikte lettertypen van Fournier waren in 1826 zo zeldzaam dat Capelle slechts een afgereden type kon vinden om als voorbeeld af te drukken (p. 68). Het boek bevat enkele facsimile's van pagina's uit incunabelen, één zelfs in drie kleuren: het begin van Fust en Schöffers
Psalterium uit 1457. Het zijn (als ik het goed zie) lithografieën, waarbij die in kleur drie maal op de steen moet zijn nagetekend. Het is een vroeg voorbeeld van chromolithografie in Frankrijk, want het oudste dateert van acht jaar eerder. Dat is te vinden in het
Volhtändiges Lehrbuch der Steindruckerey dat Senefelder, de uitvinder van de steendruk, in 1818 publiceerde, Niet toevallig betreft het dezelfde bladzijde uit dat
Psalterium.
De gepubliceerde aflevering omvat iets meer dan negentig pagina's in kwarto-formaat, bijna een vijfde van de begrote omvang. De tekst van het prospectus voor intekening - in mijn exemplaar van het Manuel meegebonden - is geheet gelijk aan het voorwoord. Het begint met