vanaf 1947 aan Piloot Storm, die van de luchtvaart weldra overstapt naar de ruimtevaart. Storms avonturen verschenen als strips in diverse dagbladen en werden vanwege hun populariteit ook in boekvorm uitgebracht. Sprenger verzorgde tevens de illustraties in Monus, de Man van de Maan (1952), van de kinderboekenschrijver Anton Hildebrand (1907-1977). Na het succes van deze eersteling verschenen tot 1954 nog drie Monus-boeken. Monus was ook de hoofdpersoon van een gelijknamig hoorspel, dat door de VARA op zondagmiddag werd uitgezonden en dat grote aantallen luisteraars trok.
Uiteraard droegen ook de Nederlandse ruimtevaarders een helm. Piloot Storm begint zijn carrière met een vlotte vliegenierskap, maar na de uitbreiding van zijn actieradius tot de ruimte krijgt hij een eigentijdse ruimtehelm van het vissenkommodel. Monus daarentegen is uitgedost met de ‘stopfles’-variant die we al tegenkwamen in vroege Amerikaanse strips.
Kapitein Rob, de schepping van Pieter Kuhn (1910-1966), verschijnt vanaf 1945 in dagelijkse afleveringen in Het Parool. Robs natuurlijke habitat is de zee, maar sommige van zijn avonturen spelen zich af in de ruimte. In Het raadsel van Venus moet ook de stoere zeeman een ruimtehelm dragen, evenals zijn aartsvijand professor Lupardi. Kuhn ontwierp een tamelijk strak zittende mengvorm van stolp en vissenkom die er weinig comfortabel uitziet.
Ook Kuifje ging met zijn tijd mee en werd in de jaren vijftig een ruimtevaarder. De eerste druk van Hergé's klassieke stripverhaal Mannen op de maan dateert van 1954. Kuifje, kapitein Haddock en het hondje Bobby lopen rond in een glazen bol met toebehoren. We zien hier de vissenkom in optima forma. Aan de zuurstofcilinders op hun rug is een radio met een lange antenne bevestigd, zodat ze onderling kunnen communiceren.
De bekende striptekenaar Bert Bus (1931) werkte lange tijd voor uitgeverij Spaarnestad, waarvoor hij in 1953 Olaf Noord bedacht. De hoofdpersoon van deze strip is geen zeevarende Viking, zoals de naam doet verwachten, maar een ruimtevaarder: ook Bus was gegrepen door de sciencefiction. Evenals Storm begint Olaf zijn loopbaan als een straaljagerpiloot met een leren vliegenierskap. Tijdens een noodlanding komt hij naast een vliegende schotel terecht, waarvan hij amper opkijkt: vliegende schotels waren destijds de gewoonste zaak van de wereld, afgaande op talloze krantenberichten. Uit het ruimtevaartuig stapt ‘een Venusman’ die hem onder bedreiging van een straalpistool ontvoert naar de maan. Vervolgens raakt Olaf verwikkeld in avonturen op verre planeten, waarvan de bewoners nogal buitenissige ruimtehelmen dragen. Qua hoofddeksel laat Bus zich meer inspireren door de stopfles en de duikhelm dan de vissenkom.
Morgen gebeurt het... is een plakplaatjesboek dat sigarettenpapierfabrikant Spirit onder het mom van uitgeverij North Western Tobacco Company in 1959 uitbracht. Het is gebaseerd op de gelijknamige televisieserie die door Mies Bouhuys werd geschreven. In Nederland dreigt een invasie van buitenaardse wezens, die op het nippertje moet worden afgewend. Vanaf een controlepost op een Waddeneiland worden de verrichtingen gevolgd van het ruimtevaartuig ‘Karin’, bemand door astronaut Vogelman. In de ruimte gaat van alles mis, maar gelukkig weet Vogelman het vaderland te redden. Hij overleeft zijn buitenaardse avonturen dankzij de degelijke vissenkom die zijn anonieme tekenaar hem heeft opgezet.
Uitgeverij Kluitman in Alkmaar publiceerde een aantal ruimtevaartboeken voor de jeugd, zoals Draadje's ruimtevaart avontuur van W.N. van der Sluys [ca. 1960]. De hoofdpersoon ontleent zijn bijnaam aan zijn geknutsel aan radio's. Draadje krijgt te maken met vliegende schotels en draagt tijdens zijn verblijf in de ruimte een klassieke vissenkom, met antenne. Van dezelfde uitgever is Strijd om Astropol (1955), geschreven door Pieter Nierop en Koert de Haan en geïllustreerd door Gerard van Straaten. In de oerwouden van Amazonië wordt gewerkt aan het ruimtestation Astropol, bedoeld als tussenstop voor maanreizigers. Boeven dwarsbomen de bouw en de bewoners van Rora Terra, ‘welke op Aarde de planeet Mars wordt genoemd’, bemoeien zich ermee. De Marsmannen willen een deel van de maan en er ontstaat een conflict waarbij Astropol wordt vernietigd. Ook hier dragen de astronauten vissenkommen.
De doorzichtige bolvormige ruimtehelm is al bijna honderd jaar een icoon van de sciencefiction en talloze illustratoren en auteurs hebben zich er door laten inspireren. Ook hedendaagse vormgevers die heel goed weten hoe een echte ruimtehelm eruit ziet hebben de neiging terug te grijpen op het oermodel van de verbeelding. Zo kan het anno 2014 gebeuren dat de Nederlandse ruimtevaarder André Kuipers op een getekend portret een variant van de vissenkom op zijn hoofd krijgt.
Plakplaatje van een astronaut met vissenkom voor het album Morgen gebeurt het (1959). Collectie Dirk J. Tang, Amsterdam.
Bert Bus, Olaf Noord; Utrecht, RAJ-publications, 1976. Eerder verschenen in het jeugdblad Sjors van de Rebellenclub, 1953-1957. Bijzondere Collecties van de UvA.