tie: het hele ap-huis ging te gronde. Kees liet verbouwereerd het contract en de kopij zien, waarop De Bezige Bij-medewerker hem verklaarde: loop met mij mee naar De Bezige Bij, die dit boek goed aankan, de ap gaat toch te gronde. De verbouwereerde Kees gehoorzaamde en heeft het contract getekend voor De Bezige Bij. Kees heeft dit verhaal heel correct voor de televisie verteld. Ik neem hem achteraf niets kwalijk, maar het was toch een dolk in mijn rug.
Hetzelfde overkwam me met iemand die ik vertalingen en dergelijke liet maken als hij maar de biografie bracht van Menno ter Braak, voor de serie Open Domein. Hij was arm en ik bezorgde hem een contract met een voorschot. Toen vernam de auteur dat het Prins Bernhardfonds ook een serie met biografieën wilde brengen en steeds een ton subsidieerde. Mijn auteur negeerde nu zijn contract met de ap en liep voor een paar duizend gulden voorschot naar het Prins Bernhardfonds. Zijn boek, tweedelig, werd geen succes en ik voelde me daarmee achteraf toch wat beloond tegen zijn verraad.
Een toppunt was wel dat ik na een gevecht op de Frankfurter Buchmesse voor de ap My secret life van de Engelse Casanova Walter bemachtigde. Dit boek, een zeldzame negentiende-eeuwse keuze door het echtpaar Kronhausen, werd vertaald door Gerrit Komrij. Als assistent op de redactie en medegrondlegger van een nieuwe Maatstaf vertaalde Komrij tal van unieke boeken als Pausin Johanna van Emmanuel Rhoïdis en het memoriaal van Salvador Dalí. Het boek van Walter stond al op de ap-aanbieding, toen de chef van de ap-boekhandel, die ook in de leescommissie van de eci zat, erachter kwam en aan de toenmalige directeur Koch liet weten dat er in Wakers roman nogal wat onzedelijke woorden stonden die de ap zouden schaden. De heer Koch vroeg toen de proeven op van My secret life en liet het aan huisgenoten lezen, die het heftig afkeurden. Koch besloot dat het boek alsnog niet doorging, ondanks alle gemaakte kosten. Ik kon er toen elders mee op stap en verkocht de rechten aan uitgeverij Nieuwe Wieken, die slordig met Komrij afrekende. Hij heeft later achter de rug van de ap om terecht een nieuwe erotische reeks gesticht. Wat had ik achteraf graag Walter aan hem cadeau gedaan, maar met Komrij ben ik bij de ap nooit goed uit de voeten gekomen.
Ten slotte: een nieuwe directeur, Ronald Dietz, wilde de verhalen van ene Arthur Japin tegenhouden, terwijl ik hem per se voor zijn toekomstige succesboeken wilde vasthouden. Mij werd zelfs ontzegd met Japin nog te spreken! Arthur Japin heeft me deze valstrik van Dietz zelf uitvoerig meegedeeld in een gesprek tegenover het station van Utrecht, waar hij beklag deed over mijn kritiek op een boek van Japin, die toen al bestsellerde onder Dietz. Zulks gebeurde allemaal bij de ap waar later Pieter de Jong de heer Dietz aan de kant schoof en ik door kon gaan met arbeid te persen voor een wereldfonds.
Nu staat de naar Bruna overgehevelde ap nog een beetje overeind met Maarten 't Hart, Tessa de Loo, Joost Zwagerman, Pamuk en anderen, allemaal door mij ingebracht. Ik ben zelf, terwijl ik in vrijwel alle dag- en weekbladen stukken afscheidde, nooit ergens voor beloond. Men heeft zelfs geprobeerd me af te kafferen. Mijn genadeloze autobiografie zal nog veel licht werpen en het stuk van Koekenboer en Jansen is een mooie aanleiding, mede om te prononceren dat ik zulke ongehoorde reeksen bracht als Privé-Domein, en dertig jaar geleden de Chinese bibliotheek, want ik was natuurlijk een halve gare volgens zoveel anderen. Ik ontdekte toen al China. En de reeks Crime de la Crime met Rinus Ferdinandusse en de reeks Klassieke Curiosa waarin zelfs de Chinese klassieker Li Yu en de eerste vertaling van Levens der Romeinse keizers van Suetonius verschenen. Dat is ten onrechte allemaal vergeten. Maar voor ik de ogen sluit, zal ik deze vergeten geschiedenis van een uitgeverij-redacteur nog eens naar boven halen. Onder meer door de Russische ambassade een tentoonstelling te laten organiseren van alle uit het Russisch vertaalde boeken bij de ap die grotendeels werden verzorgd door mijn vriend Charles B. Timmer. Van alle ap-boeken was zeker 75% verboden in de Sovjet-Unie, maar men heeft er iets van gemerkt en ik heb daarvan, althans in stilte, toch ten diepste getriomfeerd.