De Boekenwereld. Jaargang 27
(2010-2011)– [tijdschrift] Boekenwereld, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 66]
| ||||||||||||||||||||||||||||||
‘Middelborch’, ‘Simon’, ‘Moulaert’, en het ontbreken van een nadere plaatsaanduiding: vier indicaties dat dit uitgaafje niet door Moulert gedrukt is. (ub Leiden Thyspfl 1740)
| ||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 67]
| ||||||||||||||||||||||||||||||
Thijs Weststrate
| ||||||||||||||||||||||||||||||
Het impressum van Johan de Brunes Proverbia (1619)In Johan de Brune de Oude 1588-1658: descriptieve auteurs-bibliografie signaleert P.J. VerkruijsseGa naar eind1 in de Subjectieve Bibliografie dat van De Brunes eerste werk, de Proverbia uit 1619, twee uitgaven bestaan ‘die alleen verschillen in het impressum wat betreft het uitgeversadres: “by de oude Beurse” is via een persvariant in een gedeelte van de oplage vervangen door “inde Druckerije”.’ De stelligheid van deze uitspraak wordt gerelativeerd in het Variantenoverzicht, waarin Verkruijsse opmerkt: ‘De weinig elegante manier waarop “inde Druckerije” aangebracht is, doet vermoeden dat “by de oude Beurse” staat i is.’ In de afsluitende Commentaar doet de bibliograaf nog een stapje terug en zijn vermoeden is nauwelijks een vermoeden meer: ‘Er zijn geen echt overtuigende argumenten aan te geven voor prioriteit van de ene uitgave boven de andere. Vergelijking van een aantal impressa van Simon Moulert (werkzaam 1597-1623) zou wellicht duidelijkheid kunnen brengen.’ Aan de suggestie uit Verkruijsses slotzin is tot dusver geen gevolg gegeven. Toen de genoemde bibliografie in 1988 verscheen, was er nog zo goed als geen onderzoek gebeurd naar het bedrijf van de Middelburgse drukkersfamilie Moulert. Dat onderzoek heeft ondertussen wel plaatsgevonden en een deel van de resultaten daarvan verheldert het een en ander over het gebruik van die twee impressa.Ga naar eind2 | ||||||||||||||||||||||||||||||
Symon Moulert en zijn erfgenamen: drukkers te Middelburg (1597-1646)Het lijkt redelijk om te veronderstellen dat zeker de grotere boekverkopers een min of meer vast model hadden voor hun uitgaven en daarom is het nuttig een beeld te geven van het bedrijf van Symon Moulert. Verkruijsses formulering ‘Simon Moulert (werkzaam 1597-1623)’ is in de context van de eerdergenoemde bibliografie van Johan de Brune volkomen terecht, maar in een algemenere boekhistorische situering van Moulert moeten we uitgaan van een familiebedrijf dat ook na het overlijden van de stichter bleef voortbestaan. Over de productie van het bedrijf weten we natuurlijk het een en ander via de stcn, maar gegevens over de familie zelf zijn schaars. Hoogstwaarschijnlijk kwam Symon Moulert kort na 1595 vanuit het westen van Noord-Frankrijk naar Middelburg; hij werd daar samen met Elizabeth d'Assonville als lid opgenomen in de Église Wallonne, zo goed als zeker in 1596 en waarschijnlijk ter gelegenheid van hun huwelijk. Die minimale genealogische informatie wordt ondersteund door gegevens uit een volstrekt andere bron, namelijk het archief van de Rekenkamer van de Staten van Zeeland. Het bijzondere van dit archief is dat niet alleen de jaarrekeningen bewaard zijn gebleven, maar ook de zo goed als complete reeks van acquitten, dat wil zeg- | ||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 68]
| ||||||||||||||||||||||||||||||
gen de originele facturen van alles wat aan goederen en diensten aan de Staten werd geleverd, met betaalopdrachten en met handtekeningen van de leveranciers bij uitbetaling. De acquitten van Symon Moulert komen voor vanaf 1602 en ze zijn tot 1619 in het Frans geschreven. Bijna steeds tekende Symon voor ontvangst van het verschuldigde bedrag, maar soms ook ‘Lisebet Moulert’. Vanaf 1619 schreef men de acquitten in het Nederlands en dat lijkt verband te houden met het feit dat Moulert in 1618 drukkerordinaris van de Staten van Zeeland werd. Uit de acquitten valt af te leiden dat Symon Moulert in 1623 overleed. Het bedrijf werd voortgezet door zijn weduwe, met steun van hun zoon Jacob, wiens naam na 1631 nergens meer voorkomt, en later van zoon Gerrit, ook wel Geeraert genoemd. Na het overlijden van de weduwe in 1642 werd Gerrit de nieuwe drukker-ordinaris van de Zeeuwse Staten, tot zijn dood in 1646. Bovendien geven de acquitten naast familiegegevens nog wat bedrijfsinformatie: uit facturen uit 1625/1626 blijkt dat er in het bedrijf ook minstens drie knechten en twee leerjongens werkten en in 1629 ontving men een extra vergoeding van de Staten vanwege de kosten van het inhuren van extra personeel. Over de bedrijfsgrootte van drukkers/boekverkopers weten we heel weinig, maar het bedrijf van de Moulerts hoorde zeker niet bij de kleinste. De gegevens uit het Rekenkamerarchief in combinatie met de vermeldingen in de stcn maken duidelijk dat het bedrijf van Moulert heel breed georiënteerd was: de Moulerts waren drukkers, uitgevers, boek- en kantoorboekhandelaren en boekbinders. Die heel brede bedrijfsopzet was in Middelburg in die jaren niet vanzelfsprekend. Boekverkopers zoals Adriaen Van de Vivere (werkzaam 1599-1617) en zijn opvolgers Geeraert (1620-1622) en Jacob (1627-1635) lieten hun uitgaven bij anderen drukken en ook veel uitgaven van Jan Pieters Van de Venne (1620-1625) en Zacharias Roman (1628-1677) zijn aantoonbaar door anderen gedrukt. Tot 1618 waren er in Middelburg zo goed als zeker maar twee grotere drukkerijen, die van Richard Schilders (werkzaam 1575-1618) en die van de Moulerts. Toen Schilders stopte, begon Hans van der Hellen (werkzaam in Middelburg 1618-1661) als drukker-boekverkoper, terwijl Moulert ook als zodanig actief bleef. Vergelijking van de archiefgegevens met de vermeldingen in de stcn maakt ook duidelijk dat de Moulerts veel meer hebben geproduceerd dan de stcn vermeldt. Vanaf februari 1618 drukte men als drukkerordinaris van de Staten van Zeeland de halfjaarlijkse ordonnantiën, de daarbij behorende biljetten voor aanbestedingen en bovendien nog allerlei plakkaten. Alleen al in de jaren 1618 tot 1624, dus tot het overlijden van Symon Moulert, ging het om 194 verschillende drukwerken, in oplagen die uiteen liepen van zestig tot vierhonderd stuks. Van al dat efemere drukwerk is bijzonder weinig bewaard gebleven, de stcn noemt drie titels (!) voor diezelfde periode, maar in de acquitten wordt duidelijk dat in de jaren daarna de aantallen ordonnantiën en plakkaten groter werden en de oplagen alleen maar hoger. Al dat Staten-drukwerk gecombineerd met hun eigen uitgaven en met drukwerk voor derden schept een beeld van een bedrijf met een zeer behoorlijke omvang. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Een problematisch impressumHet door Verkruijsse gesignaleerde probleem met de impressa ziet er als volgt uit. Sommige exemplaren van De Brunes Proverbia hebben het impressum Tot Middelbvrgh,
By Symon Moulert, Boeckvercooper woo-
nende op den Dam, by de oude Beurse
ANNO 1619.
Daarnaast zijn er exemplaren met het impressum Tot Middelbvrgh,
By Symon Moulert, Boeckvercooper woo-
nende op den Dam, inde Druckerije.
ANNO 1619.
De illustraties hiernaast laten het heel goed zien: een ruime spatie in het ene impressum, een benarde komma in het andere. Is daar een verklaring en een volgorde voor te vinden? | ||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 69]
| ||||||||||||||||||||||||||||||
Moulerts impressum in sommige exemplaren van De Brunes Proverbia: een ruime spatie tussen ‘Dam.’ en ‘by de oude Beurse’. (ub Leiden 1155 F 21)
In het impressum van een ander exemplaar van de Proverbia: een benarde komma tussen ‘Dam’ en ‘in’. Een slordige correctie op de pers om toch de gewenste formulering gedrukt te krijgen? (ub Leiden 1075 A 28: Mij. Ned. Lett.)
| ||||||||||||||||||||||||||||||
De impressa van de Moulert-familieIn mijn onderzoek naar het bedrijf van Symon Moulert en zijn erfgenamen heb ik onder andere een overzicht gegeven van hun uitgaven, voor zover ik die zelf in handen heb gehad. De exemplaren die ik heb gezien, worden bewaard in de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag, de universiteitsbibliotheken van de UvA en van Leiden, de Stads- en Athenaeumbibliotheek te Deventer en de Zeeuwse Bibliotheek te Middelburg. Het hier voorliggende onderzoekje naar de impressa vindt zijn basis in dat overzicht van in totaal 95 titels. De uitgave van Proverbia staat als nr. 43 op mijn lijst. De uitgaven die er aan voorafgaan, hebben niet allemaal een impressum, maar het overgrote deel heeft er wel een en enkele uitgaven hebben een colofon. De bijlage bij dit artikel geeft een compleet overzicht van Moulerts impressa en colofons tot 1619 voor zover ik die ken. Bestudering van de bijlage leidt tot de constatering dat Moulert al vanaf 1597 een tamelijk vaste formule gebruikte voor het impressum en daarbij doet het er niet toe of het om een Nederlandse, Franse of Latijnse uitgave ging. Moulerts impressum bevat altijd de plaatsnaam en drukkersnaam, waarbij de plaatsnaam bijna altijd vooropstaat. Straatnaam en verdere aanduiding zijn optioneel, maar komen | ||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 70]
| ||||||||||||||||||||||||||||||
wel heel vaak voor, zonder dat er chronologisch momenten van verandering in gewoontes te constateren zijn. Zo'n moment is er wel voor de plaatsnaamvermelding: tot 1603 staat er bijna altijd alleen ‘Middelburg’, vanaf 1603 wordt het bijna altijd ‘Tot Middelburg’. Over straatnaam en verdere aanduiding valt ten slotte nog te zeggen dat ze vanaf 1600 steeds dezelfde zijn: ‘op (of aen) den Dam’ en ‘inde (of in de) Druckerije’. Werkelijk geen enkele keer wordt ‘by de oude Beurse’ gebruikt als verdere toevoeging. Het is wel overduidelijk dat tot 1619 het impressum met ‘inde Druckerije’ normaal was en het impressum ‘by de oude Beurse’ volstrekt ongebruikelijk. Het is natuurlijk mogelijk dat de Proverbia-uitgave een nieuwe trend inluidde voor de formulering van het impressum. Dat blijkt niet het geval. Moulerts impressum veranderde wel na 1619, maar dat kwam door zijn benoeming tot drukker-ordinaris van de Staten van Zeeland. Vanaf 1620 luidt het impressum meestal ‘Tot Middelburgh By Symon Moulert, Drucker Ordinaris der Heeren Staten van Zeelandt’ en na 1623 gebruikten ook zijn weduwe en erfgenamen en zijn zoon Geeraert een dergelijke tekst. Pas vanaf 1637 verschijnen er uitgaven van de weduwe en erfgenamen Moulert die ‘by de oude Burse’ (soms ‘Beurse’) als verdere toevoeging in het impressum hebben staan. De zoon Geeraert was toen feitelijk de bedrijfsleider; waarschijnlijk was die nieuwe formulering zijn keuze, want na de dood van de weduwe Moulert voegde Geeraert in zijn eigen impressum meestal ‘by de oude Beurse’ toe. De conclusies van dit onderzoekje zijn volgens mij overduidelijk. Verkruijsse had het bij het rechte eind: bij de Proverbia-uitgave werd het impressum ‘by de oude Beurse’ het eerst gedrukt en toen men die toevoeging ontdekte, is de persvariant ‘in de Druckerije’ aangebracht, omdat die formulering gebruikelijk was voor de Moulerts. De vraag voor de Proverbia is daarmee beantwoord, maar voor Moulert zijn er enkele probleempjes bijgekomen. In de bijlage staan enkele impressa die nogal afwijken van het gebruikelijke type, een enkele keer zelfs heel sterk. Voor sommige van die afwijkingen is er een verklaring te geven, maar dat geldt niet voor alle. Ik doel daarbij op de volgende gevallen, genoteerd in een opsomming van toenemende raadselachtigheid:
Over a kan ik kort zijn: deze uitgave van de Corte ende duydelijcke Verclaringe over het Hooge-liedt Salomo van Godefridus UdemansGa naar eind3 is blijkens de titelpagina gedrukt door Hans vander Hellen te Zierikzee, in opdracht van Moulert. Het is voor zover mij bekend de enige Moulert-uitgave die niet door Moulert zelf gedrukt is. De impressa onder b en c vallen op door de toevoeging Ghedruckt; zij lijken daardoor sterk op de formulering van de colofons van Moulert, zoals die voorkomen in uitgaven die Moulert drukte voor de boekverkoper Adriaen vande Vivere te Middelburg. Het lijkt mij heel goed mogelijk dat Moulert bij deze twee impressa aangaf dat hij er alleen als drukker bij betrokken was. Vooral voor het uitgaafje onder b uit 1608 lijkt dat waarschijnlijk. Het gaat om Een gheluck vredenwensch op 't Nieuw. Iaer ons Heeren m.dcviii van de Veerse schoolmeester C. van Santen.Ga naar eind4 Titel en inhoud suggereren in dit geval een drukwerk dat privé bedoeld was als nieuwjaarswens van Van Santen en daar had hij een drukker voor nodig. Voor de uitgave onder c is het onduidelijker, maar ook in dit geval denk ik dat het om een particuliere uitgave gaat. De bewijsvoering daarvoor is indirect. Het betreffende vlugschrift heeft als titel ‘Sommier Verhael Vande seer heerlijcke ende Triumphante Victorie [...] in de Bataille geschiet tusschen Oostende ende Nieupoort [...] Anno 1600’.Ga naar eind5 In de Moulert-uitgaven zonder impressum is een verwant vlugschrift te vinden: ‘Missive van een frans Edelman hem houdende op zijne Excellentie [...] tot den Bloedighen slach [...] geschiet by Nieupoort [...] Ghedruct | ||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 71]
| ||||||||||||||||||||||||||||||
Anno 1600’.Ga naar eind6 In datzelfde jaar 1600 vermelden de Notulen van de Staten van Zeeland een gratuïteit:Ga naar eind7 ‘Ghedruckt’ in het impressum: een aanwijzing dat Moulert hier wel drukker was, maar geen uitgever?
(zb Pamfletten 1144-0201) 8 Nov[emb[er]. Aan Nicolaas, soone van den Heer van Kinschot, Raad en Thesaurier van sijn Excellentie hebbende overgelevert aan de Staaten seeker boekgen van de slag voor Nieuwpoort, vereert een goude medaille waardig £ 30 a 32 Vls. Het lijkt mij hoogstwaarschijnlijk dat de genoemde gratuïteit betrekking heeft op een van deze vlugschriften en ik constateer verder dat de beloning bedoeld is voor de auteur en niet voor de uitgever-boekverkoper. Het gaat hier blijkbaar om uitgaafjes op kosten van de auteurs en de toevoeging ‘Ghedruckt’ lijkt dat duidelijk te maken. Het impressum onder d is werkelijk raadselachtig. Het is zeer de vraag of deze uitgave uit 1612, Een warachtige gheschiedenisse van een Schrickelicke verradery ende moort die gesciet [!] is te Orleens [...],Ga naar eind8 ook werkelijk van Moulert afkomstig is. Werkelijk alles wijkt af van Moulerts gewoontes: in de meer dan 140 uitgaven en uitgaafjes die ik onder ogen heb gehad, is er hoogst zelden een impressum dat begint met Ghedruckt, spelden de Moulerts nooit Middelborch maar gebruikten ze Middelbvrgh of Middelburgh en schreven ze altijd Symon Moulert en beslist nooit Simon Moulaert. De titelpagina van dit boekje wordt gesierd met een vignet, een afbeelding van een familiegebed met zandloper en doodshoofd, dat verder nooit voorkomt in uitgaven van Moulert en de typografie van het geheel wijkt zichtbaar af van wat bij Moulert gebruikelijk was. Naar mijn mening is deze uitgave niet van Moulert afkomstig, maar hoe het dan wel zit, is niet duidelijk. Misschien is het een roofdruk, maar tot dusver is er geen voorbeeld gevonden dat beslist wel door Moulert gedrukt is en waar een andere drukker mee aan de haal kon gaan. Misschien heeft de drukker alleen geprobeerd om met het valse impressum mee te liften op de goede naam die Moulert dan klaarblijkelijk had, maar dat valt niet te bewijzen. Bovendien weten we hoe dan ook niet wie deze drukker zou kunnen zijn. Er valt hier dus nog van alles te onderzoeken. | ||||||||||||||||||||||||||||||
Het impressum als hulpmiddelHet zal duidelijk zijn dat de vragen van het begin van dit artikel op basis van dit onderzoekje niet allemaal beantwoord kunnen worden. Toch zijn er wel wat aanzetten tot een antwoord mogelijk. Het lijkt bijvoorbeeld heel waarschijnlijk dat er in het bedrijf van een drukker-boekverkoper tamelijk vaste regels bestonden voor het impressum. Systematische vergelijking van impressa kan ons dus helpen bij de toewijzing van drukwerk aan een bepaald bedrijf, zeker ook wanneer die vergelijking gekoppeld kan worden aan gegevens uit onderzoek naar typografisch materiaal. Bovendien kan zo'n vergelijking leiden tot herkenning van drukwerk in opdracht van derden en drukwerk voor het eigen boekverkopersbedrijf. De schijnbaar zo specialistische ruime spatie en benarde komma van de Proverbia verwijzen ons zo naar een wellicht bescheiden maar beslist bruikbaar boekhistorisch hulpmiddel. | ||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 72]
| ||||||||||||||||||||||||||||||
Bijlage: de impressa van uitgaven van Symon Moulert van 1597 tot 1619Nederlandse impressa
| ||||||||||||||||||||||||||||||
Franse impressa
| ||||||||||||||||||||||||||||||
Latijnse impressa
| ||||||||||||||||||||||||||||||
Colofons
| ||||||||||||||||||||||||||||||
Geen impressumDe lijst in mijn studie over de Moulerts bevat zes uitgaven zonder impressum of colofon. Vijf daarvan dateren uit de periode 1597-1600. De zesde is een aanhangsel bij een groter werk. Het aanhangsel, Vier Harmonien, dat is, Overeen-stemminghen over de Openbaringe Ioannis van George Thomson, heeft een eigen titelpagina zonder impressum: het hoofdwerk, John Napiers Een duydelicke verclaringhe / Vande gantsche Openbaringhe Iohannis (1607) heeft een impressum van Adriaen vande Vivere. Het aanhangsel is doorlopend opgenomen in de signaturen van het hoofdwerk en eindigt met een colofon van Symon Moulert. |
|