| |
| |
| |
Veilingen
Beijers, 22 en 23 juni 1999
De veiling van Beijers werd overschaduwd door twee sterfgevallen. Enkele maanden voor de veiling overleed Edgar Franco op 84-jarige leeftijd en vlak voor de veiling overleed een der trouwe medewerksters, mevrouw Bes-Schinkel, die jarenlang de boekhouding van het bedrijf verzorgde. Het veilinghuis moest daags na de veiling sluiten om haar te begraven.
Ter veiling kwam onder meer een collectie Engelse en Amerikaanse crimi, horror en sciencefiction, 39 kavels in totaal. De boeken deden het over het algemeen goed. Enkele uitschieters waren twee eerste drukken van de beroemde detectiveschrijver, Dashiel Hammet, The Dain curse en The Maltese Falcon, beide uit 1930, en met het originele stofomslag! De boeken brachten respectievelijk f 8000 en - schrikt u niet - f 17.000 op. Een Amsterdamse particulier leek de gelukkige eigenaar, maar in de wandelgangen vingen wij op dat hij namens een Britse handelaar bood.
M. van Heyningen Bosch, Roosje Vlijtig, 3de druk, Groningen, bij Van Heyningen Bosch, 1820. (foto Beijers bv)
In de rubriek bibliofilie noteerden we f 775 voor het werk van de betrekkelijk onbekende schrijver W. Beckford, Le Vathek, (Parijs, Labitte, 1876). Dit werk heeft een uitgebreid voorwoord van Stéphane Mallarmé. Het was Mallarmé die Beckford in de jaren zeventig van de negentiende eeuw introduceerde in Frankrijk. Wat maakte dit exemplaar nu zo bijzonder? Het bevatte een opdracht van Mallarmé aan Joseph Knight en daar wordt een handelaar (in dit geval, maar op termijn vast ook een koper) hebberig van (f 700 / 800). Dit was niet het enige: dit exemplaar bevatte bovendien nog enige met de hand toegevoegde correcties van Mallarmé! De koper sprak dan ook van een ‘absoluut koopje’. In Parijs doet dit boek (zonder aantekeningen) vaak wel meer dan het drievoudige.
Ooit heb ik wel eens horen zeggen: ‘Kinderboeken dat is iets voor vrouwen!’ Nou zijn generalisaties natuurlijk altijd gevaarlijk, maar in dit geval ook niet waar. Oude en nieuwe kinderboeken zijn een serieuze zaak. Veel schrijvers en kunstenaars - neem bij voorbeeld Willem Bilderdijk, Rudy Kousbroek en Roald Dahl - hebben zich eraan ‘bezondigd’ en/of illustreerden ze ook zelf. Bij Beijers bleken vele kopers van mannelijke kunne te zijn. Het begon al met het openingskavel bij de juvenalia. Geschat op f 120 / 150 bracht F. van Aken, Deugdrijke voorbeelden en zedelijke gesprekken voor de jeugd. (2de dr. Amsterdam, Erve W. Houtgraaf, ca. 1810), met twaalf gekleurde gravures, samen met de Almanak voor de jeugd, (Amsterdam, G.J.A. Beijerinck, 1875), met zeven handgekleurde lithootjes, het hoge bedrag op van f 1700 (inzet f 450). Goede en kwade zonen, een 4to.-boekje bestaande uit twaalf gelithografeerde plaatjes en een vijfregelig versje, uit het midden van de vorige eeuw, haalde f 850 (f 120 / 180). En nog een paar spraakmakende resultaten: een eenvoudig leesboekje van M. van Heyningen Bosch, Roosje Vlijtig, uitgegeven door de auteur zelf, in 1820 in Groningen, steeg bij een inzet van f 450 tot f 850. De koper? Alweer een (verzamelende) man. (Of was het een echtpaar?) En een ander succesnummer was het zeldzame jeugdtijdschrift De Mimersbron; in de jaren 1834-1838 verschenen hiervan slechts drie jaargangen. Bij een inzet van f 500 werd dit afgeslagen voor f 2200. Zo'n bedrag is iets meer verklaarbaar, wanneer ik u wijs op de twaalf platen (de catalogus noemt geen druktechniek), waarvan er vijf gekleurd en uitklapbaar zijn. Het betrof hier afbeeldingen van onderwerpen als
| |
| |
toverlantaarns, een toverpaleis en een anamorfose. Boekjes met dergelijke afbeeldingen, hoe ‘gebruikt’ dan ook, betekenen ‘kassa’ voor de inzender. Dat is het afgelopen decennium in veilingland wel bewezen. En ook hier geldt: de som is meer dan de delen. Enkele jaren geleden namelijk brachten twee van de drie jaargangen bij Van Stockum f 1000 op. Inclusief indexering was het hier bij Beijers dus een prachtopbrengst.
Bij de oude boeken ging een mooi exemplaar van de klassieker A. van Slichtenhorst, xiv. boeken van de Geldersse geschiedenissen, Arnhem, 1654, bij een inzet van f 3000 voor f 5000 naar een particulier. En een andere kroniek: J.L. Gottfried, Historische kronyck (en) S. de Vries. Omstandigh vervolgh... tot aen 't jaer 1698, Leiden, 1698-1700, 3 delen, met 28 ‘platen’ en 596 gravures, waaronder enkele van C. of J. Luyken voor f 17.000 naar een particulier (f 1000/1200).
Th. Browne schreef rond 1660 zijn Vulgar errors. Daarin beschrijft de auteur allerlei bijgeloof en onwetendheid over onderwerpen als geschiedenis, wetenschap en geneeskunde. In 1668 verscheen de eerste Nederlandse vertaling van de hand van J. Grindal onder de titel Pseudo-doxia epidemica, dat is beschryvinge van verscheyde algemene dwalingen des volks. Deze dikke interessante 8vo. (719 p.) werd gekocht door een Utrechtse antiquaar voor f 1700 (f 400/500).
Carla van der Poel
| |
Van Stockum, 17 t/m 19 november 1999
Van Stockum bood opnieuw een aardige hoeveelheid antieke schoonheid aan. Na een dertigtal prijsbanden, die misschien niet erg hoog gingen maar toch alle verkocht werden, werd een hoeveelheid embleemboeken aangeboden. De kennis die ervoor nodig is om zulke boeken te waarderen, maakt dat er niet al te veel verzamelaars zijn. Een embleem bestaat uit een prent, een motto en een verklaring, die zonder elkaar weinig betekenen. Samen geven ze gestalte aan een idee. En zeventiende-eeuwse ideeën zijn voor ons vaak moeilijk te vatten. Toch worden emblematabundels zeer gewaardeerd, omdat ze per definitie met aandacht geïllustreerd zijn.
Cats is in Nederland de bekendste auteur van emblemata. Om een eerste druk uit 1632, van zijn Spiegel van den ouden & nieuwen tijdt, een prachtboek met gravures naar Adriaen van de Venne, werd fel gestreden. Terecht, want ‘Twee mussen aen een koren-aer / En maken nimmer vreedsaem paer’, een motto dat Cats voor de veiling had kunnen schrijven. Een verzamelaar ging er ras mee heen, voor f 1900 (schatting f 1000). Eveneens uit de Gouden Eeuw, de tijd van de sprankelendste emblematische literatuur, stammen de Nederduytsche Poemata van de geniale classicus Daniël Heinsius. Een antiquaar kocht dit mooie boek voor f 1600 (f 1800). De Emblemata van Zacharias Heyns (1625) ging voor f1900 (f 1000) naar een commissie, terwijl de Nederduytsche Poemata van Hofferus uit 1635 met ronde emblemen van Crispijn de Passe jr. een handelaar eveneens f 1900 kostte (f 1500). De duurste uitgave van deze rubriek was echter het Lexicon hieroglyphicum sacro-profanum, of woordboek van gewyde & ongewyde voor- en zinnebeelden van Maarten Koning in zes geleerde delen (1722-1727) dat voor f 4000 de planken van een antiquariaat mag gaan sieren (schatting f 2000). En ook de bescheiden verdiensten van de achttiende-eeuwse doopsgezinde predikant Adriaan Spinniker werden rijk beloond door ditzelfde antiquariaat, dat diens Leerzaame zinnebeelden (1757-1758), met tachtig prachtige etsen van Vincent van der Vinne versierd, voor f 2500 wist te bemachtigen, ruim viermaal de schatting.
Verwante uitgaven van de dichter-drukker Dirck Pieterszoon Pers, gevieren in een band (Bacchus wonder-wercken, Lucretia, Ionas de Straf-prediker en Tranen Iesu Christi gestort over den ondergang Hierusalems) uit de jaren 1623-1628 brachten f 2300 op (f 1000), terwijl de zeldzame Sinne-vonck op den Hollandtschen turf uit 1624 van Adriaen van de Venne voor f 1100 naar een Haagse verzamelaar ging.
Paul Snijders
| |
Burgersdijk & Niermans, 23 en 24 november 1999
Aan het eind van 1999 waren de blikken vooral gericht op de toekomst. De laatste maanden van het afgelopen jaar stonden in het teken van het aanbreken van het nieuwe millennium. In de najaarsveiling van Burgersdijk & Niermans werd met een boekenlegger teruggeblikt op het feit dat 400 jaar geleden de bibliotheek van Marnix van Sint Aldegonde in Leiden werd geveild. De drukker van deze veilingcatalogus, Christoffel Guyot, had sinds 1598 zijn bedrijf in de Nieuwsteeg, op de plaats van het voormalige huis waarin de jurist Philips van Leyden (ca. 1326-1382) zijn handschriftencollectie bewaarde en waar nu het veilinghuis Burgersdijk & Niermans zetelt. Het jaar 1999 markeerde dus het 400-jarig bestaan van het veilingbedrijf binnen de Leidse
| |
| |
veste. En dat werd ‘gevierd’ met de verkoop van onder meer de bibliotheek van het genootschap Mathesis Scientiarum Genitrix (msg) (‘Wiskunde is de moeder der wetenschappen’).
Dit koninklijk genootschap voor technisch onderwijs werd opgericht in 1785 en is daarmee de oudste technische school van Nederland. Tot de oprichters behoorden de landmeter Pieter van Campen (1750-1820), de beeldhouwer Bartholomeus van den Broeck (1760-1856) en de meestermetselaar Pieter Rijk (1757-ca. 1840). Zij stelden zich tot doel een opleiding te verzorgen voor jongens van de ‘minvermogende’ klasse. De belangrijkste opleidingen binnen het genootschap waren de rekenschool en de bouwkundeschool. De laatste stond onder leiding van de meester-timmerman Pieter Geerling en ging in 1787 van start.
Het archief van het genootschap is aan het eind van de jaren tachtig van de twintigste eeuw overgebracht naar het gemeentearchief van Leiden. De bibliotheek lag nog vele jaren daarna ongeordend op een andere locatie in Leiden. De eigenaar, het Leids Regionaal Opleidings Centrum, bracht de collectie in 1999 ter verkoop naar Burgersdijk & Niermans.
Hoewel de boeken van het genootschap pas in de laatste van de vier zittingen ter verkoop kwamen, wil ik toch met de bespreking ervan beginnen en mij ertoe beperken, omdat de meeste aandacht van kopers en kijkers, de andere collecties (waaronder een grote verzameling psychiatrie en Nabije Oosten) ten spijt, toch naar deze boeken uitging.
In een overvolle veilingzaal kwamen eerst enkele reeksen tijdschriften aan bod. Gelijk bij de tweede serie, het tijdschrift Architectura, jaargang 1 (1893) t/m 25 (1917), (hier ontbrak nog een vervolg uit de jaren 1922-1926), barstte het vuurwerk los. Voor de tamelijk voorzichtige inzet van f 300 voor dit bekende en voor architectuurhistorici belangrijke tijdschrift (inclusief een deel van de technische bijlagen) had ik zelf graag de jaargangen willen aanschaffen. Er waren echter meer kapers op de kust en de prijs vloog binnen enkele minuten op tot f 15.000. Het lot werd uiteindelijk door het Gemeentearchief van Amsterdam gekocht. Andere tijdschriften zoals het Bouwkundig Weekblad, Dekorative Kunst en Kunst & Industrie, gingen alle voor de geschatte prijzen of hoger in andere handen over. Het Amsterdamse Gemeentearchief wist ook nog de Bouwkundige Bijdragen (geschat op f 2500 / 3000, afgeslagen voor f 7000) en De Opmerker (van het genootschap Architectura et Amicitia, afgeslagen voor f 600) aan de collectie toe te voegen. Deze opbrengsten ontlokte bij een veilingbezoeker de reactie: ‘die hebben toch geld zat’.
Een exemplaar van Le premier & second volume des plus excellents Bastiments de France (...) van J. Androuet du Cerceau in een gehavende band bracht door de goede staat en de hoge kwaliteit van de gegraveerde platen f 14.000 op (f 5000-5500) en werd aangekocht door antiquariaat B.M. Israël. Een zeer zeldzaam exemplaar van de Fürstlicher Baumeister, Oder: Architectura Civilis(...) uit 1711 van de Duitse barokarchitect Paul Decker de Oudere (1677-1713), vermeerderd met een exemplaar van Prodomus Architecturae Goldmannianae (...) van Leonrad Christoph Sturm werd door een bekende antiquaar in het midden van het land aangekocht voor f 32.000 (f 15.000 / 20.000). Dit voor de Duitse architectuurtheorie belangrijke werk met bovendien schitterende gegraveerde platen door onder andere J.B. Probst verdiende zeker niet minder. De kopers van bovenstaande werken bleken meermalen belangstelling te hebben voor dezelfde boeken, wat de prijzen deed stijgen. Zo werd het boek van C. Redelykheid, De nieuw uitgevonden diep-machine (samengebracht in een band met andere werken over waterhuishoudkunde) uit 1774 verworven door de antiquaar uit Midden-Nederland, terwijl B.M. Israël voor f 9000 een zeldzame Nederlandse vertaling van de Architettura Universale van Vincent Scamozzi (Amsterdam, Danckert Danckertse, 1658-1661) aan zijn lijstje kon toevoegen (f 2200/2500). Israël was zelfs bereid f 2200 (f 700/900) te bieden voor een Duitse editie van Sebastiano Serlio's Die gemaynen Reglen von der Architectur über die fünf Manieren der Gebeu (...) uit 1542 ondanks de vermelding dat het exemplaar zware waterschade had geleden en in een slechte toestand verkeerde.
Een fraai exemplaar met platen van mechanische klokken en sculpturen onder de titel Recreations perspectives (...) Perspectivische Belustigung und neue Versuche von kleinen Lust-Häusern (...) van J.J. Schübler uit 1732 bracht terecht f 5000 op (f 800 / 1000), terwijl een mooie uitgave op groot papier en in aantrekkelijke band gebonden exemplaar van Peter Paul Rubens' Architecture italienne (...) uiteindelijk voor f 8000 van eigenaar wisselde (f 3000 / 4000).
Maar de klapper van de avond was de met recht zeldzaam genoemde Nieuwe Groote Lichtende Zeefakkel van J. van Keulen. Deze zeeatlas met veel gravures van kustprofielen komt zelden op de markt. Net als verscheidene andere boeken
| |
| |
J. Van Keulen, De Nieuwe Groote Lichtende Zeefakkel, ca. 1744 (foto Burgersdijk & Niermans).
uit de bibliotheek van msg was ook dit werk vanwege het intensieve gebruik door studenten aan de band niet geheel gaaf meer. Het binnenwerk bleef redelijk tot goed bewaard. Een particulier was na een felle strijd bereid om de atlas voor f 55.000 ( f 18.000 / 20.000) te kopen. Ten slotte noem ik nog een leuke editie van De Lairesse, Les principes du dessein (...) uit 1746 die uiteindelijk voor f 9000 werd afgeslagen ( f 900 / 1000), een mooi resultaat voor een niet zo zeldzaam, maar welbekend werk.
J.J. Schübler, Recreations perspectives (...) Perspectivische Belustigung und neue versuche von kleinen Lust-Häusern (...), ca. 1790 (foto Burgersdijk & Niermans).
Steeds vaker roepen kopers, die in opdracht van een collega of een particulier bieden, achter hun naam ‘met een a’ of andere letters uit het alfabet als zij een nummer op de veiling hebben gekocht. Dit leidt nogal eens tot hilariteit. Zo bood Van Leeuwen met een a, b, c en een d. Toen de Zwolse antiquaar Theo de Boer zijn naam aan de veilingmeester gaf, vroeg de laatste ‘De Boer met een?’, waarop De Boer snedig antwoordde ‘nee gewoon B-o-e-r. U hebt toch Nederlands gestudeerd?’
De afdeling Old & Rare die dezelfde avond werd geveild, leek door de hoge bedragen die voor de boeken uit de collectie van msg waren betaald, vrij kalm te verlopen. Toch zaten in deze rubriek ook enkele uitschieters zoals de Lanterne Magique of Toverlantaarn, o so mooi! Fraai curieus! Vertoonende zeer duidelyk de wonderlyke zaaken, die in deezen wonderlyken tijd voorvallen uit 1782-1783. Dit curieuze periodiek, geschreven in het ‘Walloons-Nederlands’, bracht samen met de Vrolyke Walon met de rarekiek-kas uit 1782, f 5200 op. Het kwam in het bezit van de Leidse rector-magnificus die een inmiddels vermaarde collectie op dit gebied heeft. Een kleine zakatlas van Pieter van der Aa uit de eerste helft van de achttiende eeuw werd afgeslagen op f 3400 (f 1800 / 2000) terwijl voor de Atlas portatif pourservir à l'intelligence de l'histoire philosophique & politique des établissements et du commerce des Européens dans les deux Indes uit 1773 tot f 6000 werd neergeteld (f 2000 / 2500). Ten slotte vond ook een Blaeu-editie van de Regola delli cinque ordini d'Architettura van Giacomo da Vignola uit 1640 haar weg naar de hoofdstad voor f 8500 (f 4000 / 4500), waaruit blijkt dat niet alleen de architectuurboeken uit de collectie msg in trek waren.
Toch moet er bij het succes van de veiling van de msg- collectie ook een kritische kanttekening worden geplaatst. Juist door de hoge bedragen die men tegenwoordig bereid is te betalen voor zeldzame boeken kwamen de schattingen op menig koper nogal bescheiden over. Er was dan ook af en toe in de zaal een opmerking hierover te horen. Natuurlijk valt het niet mee een boek dat zelden op de markt komt, goed te schatten en eigenlijk is het niet eens zo erg als die schatting dan wat aan de lage kant is. Want zo ontstaat immers ‘vuurwerk’ op een veiling. Voor andere, minder zeldzame maar toch waardevolle boeken zou men zich wat meer op de landen om ons heen kunnen oriënteren. Het prijspeil ligt daar namelijk aanzienlijk hoger en dat weet de doorsnee veilingbezoeker ondertussen ook.
Kasper van Ommen
| |
Bubb Kuyper, 1 en 2 december 1999
Bubb Kuyper begon zijn eerste zittingsdag met een even kleurige als curieuze collectie: 48 lots opgeprikte vlinders. En op de laatste dag werden er enkele uren ingeruimd voor een kolossale verzameling erotica. Daartussen waren er duizenden boeken, prenten en andere voorwer- | |
| |
pen te bekomen, zoals een (lege) slaoliekrat, een (vol) melkblik en honderden buttons. Waarom ook niet - veilinghuis Postma in Groningen verkoopt vogelkooien en korsetten op zijn boekenveiling. De meeste items vonden hun weg wel naar dankbare collectioneurs en handelaren.
Alleen bij het allerhoogst geschatte nummer bleef het stil in de zaal: niemand, zelfs het Letterkundig Museum niet, had f 45.000 over voor het handschrift van Vestdijks De Vuuraanbidders. Op zich een reëel bedrag, maar omdat de weduwe van Simon Vestdijk heeft aangekondigd haar omvangrijke verzameling autografen te gaan verkopen, is het in het belang van het Museum om de aanvangsprijs zo laag mogelijk te houden, en te breken met de trend die het zette door (inclusief kosten) twee ton te betalen voor het manuscript van De Avonden. Ook het manuscript van De Vierde Man, een veel later boek van Gerard Reve, bleef onverkocht (schatting f 27.000 / 30.000).
In de iets lager geprijsde categorieën handschriften was er overigens leven genoeg. Een zeer boeiende, scherpe correspondentie van Godfried Bomans over het oorlogsgedrag van notoire fascisten zoals Albert Kuyle, geschat op f 1200 / 1500, ging voor maar liefst f 17.000 naar een verzamelaar! Diezelfde man kocht twee documenten van Emmy van Lokhorst, de vergeten schrijfster die vooral bekend is gebleven door haar vele connecties met andere letterkundigen, die ze in haar dagboeken heeft beschreven. Een van die dagboeken, direct op de huid geschreven, snerpend oprecht, werd bij een schatting van f 3000 / 4000 afgeslagen op f 5500. Zelfs de summiere beschrijving in de catalogus ontroert meer dan menige roman uit diezelfde jaren 1936-1946. Emmy van Lokhorst, een moderne vrouw, begon al op de kweekschool met haar dagboek, met de bedoeling dat het later gepubliceerd zou worden. Hopelijk gebeurt dat spoedig! Vijf innige brieven van ‘Ems’ aan haar eerste man, ten tijde van hun scheiding in 1919, kostten de verzamelaar f 2500 (f 600 / 800).
Gerard Reve komt veel voor op handschriftveilingen. Vier brieven van Annie M.G. Schmidt aan hem brachten f 1200 op, tweemaal de schatting, en eveneens vier brieven van de jonggestorven auteur Frans Kellendonk aan Reve f 2600. Een verzamelaar verwierf voor de inzet, f 8000, veertig boeiende en intieme brieven van Vasalis aan Reve. Een ongepubliceerd verhaal van Slauerhoff, drie kantjes groot, werd voor f 13.000 verkocht.
Oude techniek- en natuurboeken verheugen zich immer in veler belangstelling. Zulke boeken zijn vaak fraai geïllustreerd, soms met waarheidsgetrouwe platen van kleurige dieren of planten, maar ook diagrammen, plattegronden en gebruiksaanwijzingen kunnen grote schoonheid vertonen. De Naauwkeurige waarnemingen omtrent de veranderingen van veele insekten of gekorvene diertjes van J.L'Admiral, met 33 handgekleurde en geverniste prenten van insecten in hun natuurlijke omgeving, verscheen in 1774. Niet zo zeldzaam, maar gewild: f 3200 (f 2400 / 2600). Dat geldt ook voor Dodonaeus' Cruydtboeck, hier in een editie uit 1644 met 1500 houtsneden in de tekst: f 7100 (f 5000 / 6000) en voor Knoops Pomologia uit 1758 (samengebonden met Fructologia en Dendrologia) met in totaal 39 gekleurde gravures van vruchten: f 9250. Veel schaarser is het boek van Daniel Manlyn: Pyrotechnia Of Konstige Vuurwerken, Waer in wort seer duydelijck beschreven de manier van het maken en toestellen van allerley Vuurwercken tot Vermaeck, hetzij loopende of staende. Alsmede een tweede deel: Begrijpende een Onderrichtinge van het maken van Vuurwercken tot Dienst, als Vuurballen, Granaden, Stormkranssen, Stinckpotten en Pettarden, seer dienstigh voor alle jonge Constapels, en andere Liefhebbers, die begeerigh zijn haer selve in dese Konst te oeffenen. Dit in 1671-1672 verschenen boek ging voor f 4500, driemaal de schatting, naar een liefhebber (of constapel, dat wil zeggen kanonnier), die er naar wij hopen zijn voordeel mee gedaan heeft bij de jaarwisseling.
Een eroticaverzamelaar die rond 1990-1995 heel veel kocht op veilingen, liet zijn collectie in één dag verkopen. Het lijkt me trouwens haast onmogelijk om plezier te houden in je verzameling als je na elke veiling stapels duurbetaalde lots binnenkrijgt - een paar honderd boeken per veiling, met de nodige duplicaten. Welke liefhebber kan tegen zo'n zondvloed op lezen? Nu, deze drastische verzamelaar nam drastische maatregelen, en vulde op zijn eentje 117 pagina's, een derde van de meer dan 3600 nummers tellende catalogus. Had hij zijn mooiste bezittingen gehouden? Nee, alles was er, ook de heel zeldzame of begeerde items.
Van de Duitse ‘Sittengeschichte’, de olijke Franse boekjes uit de negentiende eeuw, Nederlandse prostitutiebestrijding en dergelijke, werd veel aanvankelijk niet verkocht; pas na afloop van de veiling kwamen de belangstellenden. Echt gevochten werd er maar bij één nummer, bestaande uit 220 foto's van bekende fotografen rond de eeuwwisseling, die gebruikt zijn voor de bekende boeken over vrouwen van de Haags-Duitse
| |
| |
society dokter C.H. Stratz. Een enthousiaste jonge fotoverzamelaar wist ze voor f 4400 in de wacht te slepen (f 1600 / 1800).
Le Putanisme d'Amsterdam, 1681 (foto Bubb Kuyper).
Voor het Oude Boek was de animo groter. Er waren dan ook zeer zeldzame, bijzondere stukken te verwerven, zoals de Spiegel der Vroedvrouwen van J. Dittrich, uitgegeven in 1691, met veertien anatomische gravures. Het ging voor f 2600, driemaal de schatting, naar een handelaar in medische boeken. Zesduizend gulden, tien maal de schatting, deed Le Putanisme d'Amsterdam, dat in 1681 verscheen, tegelijk met de eerste Nederlandse editie: 't Amsterdamsch Hoerdom, voor het laatst herdrukt in 1976. In dit boekje toont de ‘Bevelhebber der Onderaardsche Geesten’ aan een griezelende Rotterdammer het panorama van de prostitutie in de hoofdstad. Levendig en amusant beschrijft de anonieme auteur zonder pornografie het weinige wel en vele wee van Amsterdamse hoeren en hun klanten in de Gouden Eeuw. ‘Amsterdam, Amsterdam, dacht ik by my zelve, wat geschiet'er al godloosheit binnen uw wallen?’
Twee zeldzame dichtbundels van Matthijs van der Merwede van Clootwijk, Uyt-heemsen oorlog, ofte Roomse Mintriomfen (libertijns) en Geestelyke minnevlammen (vroom) uit 1651 en 1653, in één band, ging voor f 1700 naar een handelaar, precies als 't Geheim van 't Fransche Hof, of de Minneryen der Doorlugtige Juffers van onze Eeuw van Bussy-Rabutin uit 1681.
Van de andere antieke boeken zijn twee leerboeken voor kunstenaars vermeldenswaard. Cornelis de Bie: Het Gulden Cabinet vande edele vry Schilder-Const uit 1662, waarin 400 kunstenaars genoemd worden (93 met portret), werd verkocht voor f 4400, vier keer de schatting. Een convoluut van vijf werken uit het begin van de achttiende eeuw, onder meer drie leerboeken van W. Goeree, bracht f 3400 op (f 1200 / 1500). Een handelaar kocht een fraai gebonden Beschryving van de Stad Brielle en den Lande van Voorn uit 1729 voor f 5000, twee keer de schatting. Ook voor de rijk geïllustreerde Geschiedenissen der Vereenigde Nederlanden van J. le Clerc (1730) was de belangstelling groot: f 6000 (f 2500 / 3000). Een mooie incunabel ontbrak niet op deze zeer ruim gesorteerde veiling: een Horatius in een Straatsburgse uitgave uit 1498 ging weg voor de inzet, f 15.000. En ook het laatste nummer van de veiling was prachtig: de Atlas van Zeeland, met kaarten en afbeeldingen van steden en gebouwen, uitgegeven door Isaac Tirion in 1760, met een dubbele set kaarten, extra prenten en een extra kaart van de Nederlanden: f 7500 bracht dit boek op.
Paul Snijders
|
|