Veilingen
Burgersdijk & Niermans, 18-19 mei l999
Twee triomfbogen sierden de catalogus van b & n deze keer, bij wijze van ode aan de vijf erflaters van de wetenschappelijke bibliotheken die in deze veiling werden verkocht.
De boeken van de classici Kamerbeek en Verdenius vormden de hoofdmoot van de ruim 700 kavels klassieke talen. En waar andere veilinghuizen wellicht gebukt zouden gaan onder zo'n aanbod van ‘moeilijke’ boeken - want je moet er maar het klantenbestand voor hebben - ging in Leiden vrijwel elk klassiek kavel makkelijk zijns weegs.
Twee zaken waren opmerkelijk. Op de middagzitting verbaasde ik me over het beperkte aantal mensen in de veilingzaal. Dit komt vermoedelijk omdat het onderwerp niet uitnodigt tot veilingtoerisme; vrijwel alle aanwezigen waren ook kopers. Bij wetenschappelijke boeken heb je in de regel nogal veel commissiegevers en strikt genomen zijn er slechts twee bieders per kavel nodig... Overigens ging het meeste naar zaalkopers, waarbij vooral de handel, zoals Fragmenta, Flint en soms De Slegte en vooral enkele Engelse collega's, toesloeg.
Een andere bijzondere omstandigheid betreft een Londense antiquaar. Deze man is blind. Nu kennen de meesten wellicht het verhaal van W.F. Hermans, De blinde fotograaf, maar deze blinde antiquaar bestaat écht! Hoe deed hij zijn werk? De man had op voorhand alle interessante kavels verkort in braille gezet en was vergezeld van een assistent naar de kijkdagen gekomen. Tijdens de veilingdagen ‘las’ hij zijn minicatalogus, bood en voerde de opbrengsten terstond in. Slechts bij het binnenkomen en verlaten van de zaal leek hij hulp nodig te hebben. Het hoeft geen betoog
J. de Vaucanson, Le mécanisme du fluteur automate, Parijs, J. Guerin, 1738. Foto Burgersdijk & Niermans.
dat iemand die vijf dagen naar Nederland komt een serieuze koper is.
De meeste lots brachten gemiddeld een paar honderd gulden op. Niet opzienbarend wellicht, maar het waren in de regel kleine kavels, vooral bestemd voor de particuliere koper. Grotere bedragen leverden de tijdschriften op, zoals Collection de bibliographie classique in 46 delen, Parijs 1927-1981, voor f 1000, - naar Benjamins (f 800, - / 900, -) en Phronesis, A journal for ancient philosophy, 1956-1998, voor f 55, - (f 400, - / 500, -) naar dezelfde tijdschriftenantiquaar.
In de vorige veilingbespreking noemden we een opmerkelijk bedrag voor een Dada Soirée, een pamfletje van circa 30 × 30 cm, daterend uit 1923, dat toen f 5500, - opbracht. Het veilinghuis had wederom zo'n programma(atje) van die Dada-voorstelling in de aanbieding. Bijna identiek, opnieuw in rood en zwart gedrukt, maar toch met kleine variaties. Of het weer een variant is op het exemplaar dat op dat moment in Museum De Lakenhal hing, op de tentoonstelling Dageraad van de moderne kunst, zou ik niet kunnen zeggen. Hoe het ook zij, een buitenlands museum betaalde er, na wat onduidelijke commotie in de zaal, uiteindelijk f 16.000, - voor, bij een zuinige taxatie van f 2500, - / 3000, -. Ook al localiseren we er hier drie op rij, dit soort plano's blijft natuurlijk rare.
De andere geleerde inbrenger was wijlen prof. mr. P.J. Verdam voor juridische boeken, een onderwerp dat het in Leiden altijd heel behoorlijk doet, en ook de boekerijen van twee Nederlandse letterkundigen H.A. Wage en professor C.A. Zaalberg werden ingebracht. Bij deze laatste afdeling waren zoals te verwachten viel niet veel uitschieters. Het ging tenslotte om twee standaardcollecties. Een zeldzame complete set van het tijdschrift De Beweging, 1905-1919, waarvan Albert Verwey de aanjager was, noteerde f 720, - (f 600, - / 700, -). Couperus' Volledige werken, bezorgd door Karel Reijnders, E. Braches c.s. bracht f 850, - op, voor 51 delen (f 700, - / 800, -).
Van geheel andere orde was een achttiende-eeuws boekje over een van de eerste ‘robots’: J. de Vaucanson, Le mécanisme du fluteur automate, Parijs, J. Guerin, 1738. De auteur bouwde diverse machines, waaronder een dansende fluitist en een bewegen-