De Boekenwereld. Jaargang 11
(1994-1995)– [tijdschrift] Boekenwereld, De– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 71]
| |
De tachtigjarige oorlog van Presser
| |
[pagina 72]
| |
kaartje te leggen waarop als werkelijke auteur in plaats van B.W.Sch. de naam van dr. J. Presser werd vermeld’. Hier wordt de suggestie gewekt dat het slechts aan een gering aantal betrokkenen en een enkele goed ingelichte boekhandelaar bekend kon zijn, dat Presser bij het schrijven van De tachtigjarige oorlog was betrokken. Dit is
Omslag van De Boeken wereld, 1941-1942 (exempmink).laar L.G. Saal
echter onjuist. Immers in een advertentie in het Nieuwsblad voorden Boekhandel van 15 januari 1941 staat: ‘Binnenkort zal verschijnen: De tachtigjarige oorlog, door Prof. Dr. J. Romein, Dr. J. Presser, Dr. A.C.J. de Vrankrijker, Dr. R.C.[sic]J. Weber en Dr. J.W. Wijn. Een uiterst belangrijk standaardwerk, populair geschreven en voorzien van talrijke platen en kaarten over de roemrijke periode van onze geschiedenis. Uitvoerige mededeelingen hierover volgen weldra. Elsevier Amsterdam.’ In het Nieuwsblad van 18 juni 1941 deelt Elsevier vervolgens mede: ‘De aangevraagde prospectus van De tachtigjarige oorlog en van de nieuwe Winkler Prins worden thans gedrukt en zullen binnenkort worden verstuurd.’ Maar pas in het nummer van 2 oktober 1941 van het Nieuwsblad is De tachtigjarige oorlog beschreven als nieuwe uitgave maar nu met de auteurs, zoals ze op de titelpagina voorkomen, dus met de naam van Schaper, en zonder die van Presser. Het Nieuwsblad is natuurlijk een vakblad voor boekhandelaren; maar ook de gewone koper van boeken, die de vijftiende jaargang van De Boekenwereld, keuze catalogus voor 1941-1942, kreeg aangereikt, kon daar op pagina 66 De tachtigjarige oorlog beschreven vinden, met vermelding van de naam van Presser.Ga naar eindnoot3. Als hij het boek (gebonden f 6,90) echter bestelde of na verschijning kocht, trof hij niet meer de naam Presser aan, maar wel die van Schaper. | |
Het waarom van de mystificatieSchaper schrijft in zijn door Presser geciteerde artikel uit Vrij Nederland in verband met de onvoorzichtige boekhandelaar ook: ‘Maar de Gestapo kon toen blijkbaar toch ook niet op elke slak zout leggen.’ Zou de verschijning van De tachtigjarige oorlog, met vermelding van de naam Presser, in 1941 dan niet toegestaan zijn geweest? Presser zelf zegt in zijn Ondergang. ‘De door de uitgeverij Elsevier in december 1940 aan hem [Presser] opgedragen Geschiedenis van de Tachtigjarige Oorlog [sic] kon in mei 1941 slechts verschijnen met een door een vriend niet zonder persoonlijk risico geleende naam (dr. B.W. Schaper)’,Ga naar eindnoot4. Wat de verschijningsdatum betreft moet Pressers geheugen hem hebben bedrogenGa naar eindnoot5., maar het is wel mogelijk dat de kopij al in mei 1941 gereed was. Immers, nadat in november 1940 het Departement van Volksvoorlichting en Kunsten was opgericht, werd in de loop van 1941 een vergunningenstelsel ontworpen voor papiertoewijzing.Ga naar eindnoot6. Formeel gezien gold er in oktober 1941 nog geen publikatieverbod voor joden, want pas in november 1941 is bepaald dat iedereen, die meewerkte aan de produktie van cultuurgoed, verplicht was lid te worden van de Kultuurkamer, terwijl tezelfdertijd joden werden uitgesloten van het lidmaatschap van de Kultuurkamer.Ga naar eindnoot7. AuteursGa naar eindnoot8. van wetenschappelijke werken hoefden zich niet bij de Kultuurkamer te melden.Ga naar eindnoot9. Voor haar biografie Jacques Presser heeft Nanda van der Zee de toenmalige directeur van Elsevier, J.P Klautz, geïnterviewd en zij schrijft dat Klautz het niet meer aandurfde | |
[pagina 73]
| |
‘om het boek onder Jacques’ eigen naam uit te geven. Schaper ‘leende’ zijn naam ‘uit'.’Ga naar eindnoot10. Omdat immers het Boekenweekgeschenk van 1941 op Duits bevel moest worden teruggenomen, mogelijk vanwege de jood se afkomst van redacteur Victor van Vries-landGa naar eindnoot11., is het aannemelijk dat uitgever El sevier moeilijkheden of inbeslagname vreesde, en het dus niet meer aandurf de naam Presser in het te publiceren boek te vermelden. | |
VerbodenVolgens het artikel van Schaper in Vrij Nederland is De tachtigjarige oorlog zo goed ontvangen, ‘dat de bezetters weldra verdere verspreiding verboden. Motief: de belangstelling voor de geschiedenis des vader-begon te abnormale proporties aan te nemen!’ Ook Nanda van der Zee zegt dat het boek ‘nog vóór het verbod van de Duitsers [...] in 1942 een tweede druk beleven zou.Ga naar eindnoot12. Nu komt het boek weliswaar niet voor in de in het Nieuwsblad opgenomen opgaven van verboden boeken, of in de lijsten van verboden boeken die ter Bibliotheek van de Vereeniging ter bevordering van de belangen
De vermelding van De tachtigjarige oorlogi n De Boekenwereld, 1941-1942.
des Boekhandels en op het Rijksinstituut voor OorlogsdocumentatieGa naar eindnoot13. worden bewaard, maar in de jaaraflevering over januari-december 1941 van Brinkman's cumula tieve catalogus van boeken is het opgenomen met de aantekening: ‘Uitgave is verboland den’.Ga naar eindnoot14. Opmerkelijk is nog dat het boek ook voorkomt in de Lijst van boeken, die niet geleverd kunnen worden, 1 mei 1943, maar daar met de aantekening: ‘Uitverkocht en een herdruk thans niet in voorbereiding’.Ga naar eindnoot15. Omdat De tachtigjarige oorlog in het Nieuwsblad is opgenomen en in de Brinkman, kan het boek, zoals het is verschenen, en ondanks het verbod, niet als een illegaal of clandestien werk worden beschouwd. Dat het toch is opgenomen in Dirk de Jongs Het vrije boek in onvrije tijd, komt omdat het behoort tot de ‘kleine aparte groep’ van ‘het werk van de auteurs van Joodsen bloe de en van de Duitse deserteurs’.Ga naar eindnoot16. De tachtigjarige oorlog is waarschijnlijk niet onder de naam van Presser maar onder die van Schaper gepubliceerd, omdat men de gang van zaken met het Boekenweekvan geschenk van 1941 vreesde dat het boek anders uit de handel genomen zou moeten.
De vermelding van De tachtigjarige oorlog in Brinkman's cumulatieve catalogus van boeken, 1941. (exemplaar L.G. Saalmink)
| |
[pagina 74]
| |
Gedicht van Presser voor Bernard, ingeplakt in exemplaar De tachtigjarige oorlog (exemplaar A.G. van der Steur).
worden. De verklaring van Schaper dat De tachtigjarige oorlog is verboden, wordt bevestigd door de vermelding in de jaaraf-levering-1941 van de Brinkman. Dat het boek is verboden, kan komen vanwege de ongewenst grote belangstelling voor de vaderlandse geschiedenis, maar daarbij kan ook een rol gespeeld hebben dat de autoriteiten, net als de oplettende lezers van het Nieuwsblad en van De Boekenwereld. konden weten dat de naam van Presser was vervangen door die van Schaper. | |
[pagina 75]
| |
BijlageEen Sinterklaasgedicht van PresserLezing van de kopij van het artikel van de heer Saalmink herinnerde mij aan een exemplaar van de eerste druk van De tachtigjarige oorlog dat ik in 1981 in een lot bij de veiling van Van Stockum kocht. Op het schutblad van het boek zat namelijk het op p. 74 afgebeelde blaadje geplakt met een sinterklaasvers van de Pressers voor een zekere Bernard, waarin Presser een woordspeling maakt op zijn eigen naam en op die van Schaper. Uit een ander boek in hetzelfde lot bleek dat Bernard staat voor mr. B.A. van Schaik. A.G. van der Steur |
|