vrienden van 1400 naar 2000 te brengen. De stichting wil met ingang van 1992 een gedifferentieerd bestand opbouwen. Naast de vrienden, die een jaarcontributie van 25 gulden betalen, komen er ook begunstigers, die per jaar minimaal 100 gulden overmaken, en patroons, voor wie het minimumbedrag op 500 gulden ligt. Voor deze laatste categorie rekent men vooral op veel bedrijven die direkt iets te maken hebben met boeken en boekproduktie, zoals uitgevers en drukkers. Een vriend van het museum ontvangt twee maal per jaar Leeslint en een uitnodiging voor alle tentoonstellingen. Daarnaast geniet een vriend een korting van tien procent op catalogi en andere artikelen uit de boekwinkel. Een begunstiger van het museum ontvangt naast het voorgaande gratis een museumjaarkaart en een uitnodiging voor lezingen en andere activiteiten van de vrienden of van het museum. Een patroon tenslotte ontvangt daarbij nog alle museumcatalogi gratis, heeft voorrang bij de aanschaf van eventueel door de vrienden uit te geven speciaal drukwerk en de gelegenheid om jaarlijks met een beperkt aantal relaties, c.q. personeel in het museum te worden ontvangen en rondgeleid.
Hoewel de vrienden met ingang van dit jaar dus meer terugkrijgen voor hun donatie, blijft de financiële steun aan het museum natuurlijk een belangrijke doelstelling van de stichting. Daardoor kunnen soms aankopen gefinancierd worden, die anders het beschikbare budget te boven zouden gaan. Om dit aspect te benadrukken is op de voorpagina van Leeslint een foto afgedrukt van de eerste, uit 1734 daterende letterproef van de bekende lettergieter William Caslon die dank zij de Vrienden verworven kon worden. Het is overigens jammer dat er niet meteen iets meer informatie over deze letterproef gegeven wordt; zelfs het formaat is niet aangegeven.
Naast het gesprek met de voorzitter van de Stichting Vrienden van het Museum van het Boek, dr. K.J. Nijkerk, waaruit ik in het bovenstaande al citeerde, bevat dit eerste nummer van Leeslint ook een interview met dr. J. Offerhaus dat kort voor diens overlijden afgenomen werd. Een in memoriam van de directeur werd geschreven door Karel Nijkerk. Tenslotte bevat dit nummer, naast kort zakelijk nieuws over tentoonstellingen, personeel, etc, een bijdrage van Nico van der Lof over de verbouwing van het voormalige Koetshuis.
Nadere informatie over de Vrienden van het Museum van het Boek en Leeslintis te verkrijgen bij het museum, Prinsessegracht 30, 2514 AP Den Haag, tel. 070-3462700. ■
Hans Hafkamp