|
| |
| |
| |
Agenda
Veilingen
j l beijers, Achter St. Peter 140, 3512 HT Utrecht, 030-310958.
15-16 maart.
vas gendt book auctions, Keizersgracht 96-98, 1015 CV Amsterdam, 020-234107/234157.
2-3 februari, kijkdagen 29-31 januari, 1 februari.
bubb kuyper, Hofje van Staats, Jansweg 39, 2011 KM Haarlem, 023-323986.
23-24 maart, kijkdagen 19-21 maart.
| |
Beurzen
antiquarenbeurs apeldoorn, Canadian Club, Vosselmanstraat, Apeldoorn.
30 januari, 10.00-1200 uur. Toegang f 2,50.
nineth european antiquarian bookfair, Grand Hotel Krasnapolsky, Dam 9, Amsterdam.
28-31 januari.
| |
Tentoonstellingen
Handwerkvoorbeelden uit ‘penelope’
Tot 21 februari 1988 wordt in de Atlas Van Stolk, in het Schielandshuis te Rotterdam, een tentoonstelling gehouden over handwerkvoorbeelden uit het tijdschrift Penelope of maandwerk aan het vrouwelijk geslacht toegewijd, dat in de jaren 1821-1835 werd samengesteld door Barbara van Meerten. Deze domineesvrouw uit Gouda richtte zich tot meisjes en jonge vrouwen uit de betere stand en deed hen ideeen aan de hand om hun vrije tijd nuttig te besteden. De tekeningen voor de prenten werden gemaakt door de stadstekenmeester van Gouda, C. Borsteegh. De handwerkvoorbeelden tonen niet zozeer de toegepaste technieken, als wel de resultaten: mandjes en doosjes, geborduurde muiltjes en stoelovertrekken, bloemen en boeketten van stof, zogenaamde haarwerkjes en andere typisch negentiende-eeuwse snuisterijen. Bij enkele prenten was het mogelijk een vergelijkbaar voorwerp te plaatsen uit de collectie van het Historisch Museum.
adres: Korte Hoogstraat 31, 3011 GK Rotterdam.
geopend: dinsdag tot en met zaterdag 10.00-17.00 uur, zondag 11.00-17.00 uur.
| |
De schone zakdoek 1941-1944
Op 21 december 1970 tekende C. Buddingh' in zijn dagboek aan: ‘Ja, het waren mooie dagen destijds in Utrecht, in de tijd van De Schone Zakdoek, stellig het meest curieuze literaire tijdschrift dat Nederland ooit heeft gehad: in één exemplaar, met de hand vervaardigd. Het was een gebeurtenis, als daar een nieuw nummer van uitkwam: we reisden ervoor naar Utrecht om het te lezen en soms kwamen Theo [van Baaren] en Gertrude [Pape] ook wel naar Dordt, “met het nieuwe nummer”. Lehmann heeft er veel aan meegewerkt, ikzelf, Chris van Geel, Emiel van Moerkerken, Jan Wit; het eerste gepubliceerde gedicht van Leo Vroman heeft erin gestaan, een nooit elders verschenen vers van Marsman, er waren speciale nummers: een limericknummer, een surrealistennummer, een tekeningennummer, een collagenummer.’
De Schone Zakdoek verscheen tussen 1941 en 1944 en was voornamelijk surrealistisch geïnspireerd. De drijvende krachten achter dit in een oplage van één exemplaar verschenen tijdschrift waren Theo van Baaren en zijn vrouw Gertrude Pape. Door het ‘tweede debuut’ van Van Baaren, dat in 1976 plaatsvond met de bundel Hoe-korter-hoe-liever, ontstond ook belangstelling voor zijn vroegere activiteiten en in 1981 verscheen een bloemlezing uit De Schone Zakdoek bij Meulenhoff.
De Schone Zakdoek is nu ook het onderwerp van een tentoonstelling die op 29 januari opent in het Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum en daar tot en met 28 februari te zien zal zijn.
adres: Prinses Irenepad 10, Den Haag
geopend: dinsdag tot en met zaterdag 10.00-17.00 uur, zon- en feestdagen 13.00-17.00 uur, maandag gesloten
| |
Vondel in de negentiende eeuw
In het kader van de herdenking van de vierhonderdste geboortedag van Joost van den Vondel organiseert het Museum Meermanno Westreenianum/Museum van het boek van 17 januari tot 5 maart een tentoonstelling gewijd aan ‘Vondels Gijsbrecht en de herleving van de boektypografie aan het einde van de negentiende eeuw’.
adres: Prinsessegracht 30, Den Haag
geopend: maandag tot en met zaterdag 13.00-17.00 uur, zon- en feestdagen gesloten.
| |
Nederlandse tekeningen omstreeks 1600
In het Rijksprentenkabinet wordt bij voortduring gewerkt aan het catalogiseren van het rijke tekeningenbezit. Thans is weer een nieuw deel aan de reeks catalogi van de Nederlandse tekeningen toegevoegd en wel deel III: Nederlandse tekeningen omstreeks 1600/Netherlandish Drawings circa 1600. Het merendeel van de vroege Nederlandse tekeningen in de verzameling was reeds in 1978 gepubliceerd in de door drs K.G. Boon samengestelde catalogus Netherlandish Drawings of the Fifteenth and Sixteenth Centuries. Alle Nederlandse tekeningen van enig belang, die in het Rijksprentenkabinet onder de zestiende eeuw zijn gerangschikt, zijn nu gecatalogiseerd.
Behalve werk van kunstenaars, geboren in de jaren 1571-1579, zoals Jacob Matham, Jan Harmensz. Muller,
| |
| |
Roelant Savery en David Vinckeboons, worden in de nieuwe catalogus ook tekeningen van oudere meesters beschreven, die na 1974 werden verworven en die daarom in de catalogus van 1978 ontbreken. Bovendien bevat Nederlandse tekeningen omstreeks 1600 een aanhangsel, waarin circa 180 tekeningen, die in de catalogus van 1978 wel werden beschreven, doch niet gereproduceerd, alsnog zijn afgebeeld. De nieuwe catalogus is dus tegelijkertijd een vervolg en een aanvulling op die van 1978.
Ter gelegenheid van de verschijning van het nieuwe boek is van 9 januari tot en met 20 maart 1988 in de zalen van het Rijksprentenkabinet een keuze van Nederlandse tekeningen uit de periode omstreeks 1600 te zien. Ongeveer tachtig werken worden getoond, die te zamen een afwisselend - hoewel niet op absolute volledigheid bogend - beeld geven van de tekenkunst aan het eind van de zestiende en het begin van de zeventiende eeuw. Een bonte stoet van kunstenaars passeert de revue: Johannes Stradanus, die een groot deel van zijn leven in Florence werkte; de begaafde Hans Speckaert, op jeugdige leeftijd in Rome gestorven; twee andere Rome-gangers, de landschapschilders Paulus Bril en Tobias Verhaecht; Roelant Savery, van wie zowel Boheemse en Tiroolse landschappen als scherp geobserveerde studies van bedelaars en boeren te zien zijn, David Vinckeboons, veelzidig tekenaar van bibelse taferelen, landschappen en genre-voorstellingen; Hendrick Goltzius, wiens werk aan jongere kunstenaars zoals Jacob Matham en Jan Muller ten voorbeeld strekte; Pieter de Jode de Oude, een kleine meester over wiens omvangrijke getekende oeuvre nog niet veel bekend is en tenslotte een der groten uit de geschiedenis van de Nederlandse tekenkunst: Jacob de Gheyn II, een kunstenaar van wie het Rijksprentenkabinet een aantal bijzonder mooie tekeningen bezit.
De catalogus Nederlandse tekeningen omstreeks 1600/Netherlandish Drawings circa 1600 is geschreven door Marijn Schapelhouman en telt 233 pagina's. Prijs: f 70,-.
adres: Stadhouderskade 42 (rechter hoofdingang), Amsterdam.
geopend: dinsdag tot en met zaterdag 10.00-17.00 uur, zondag 13.00-17.00 uur.
| |
De textiele boekband
Van 5 tot en met 27 maart is in de expositiezaal van museum ‘Het Palthe-huis’ de tentoonstelling De textiele boekband te zien. Deze expositie is voortgekomen uit een wedstrijd die in 1987 werd uitgeschreven door de Nederlandse Handboekbinders- en Boekbandontwerpersgroep NHB. Zowel professionele boekbinders als amateurs konden daaraan deelnemen door het inbinden van een ‘verplicht’ boek en het inleveren van een ‘vrij’ werkstuk, beide met als omslagmateriaal textiel.
Het verplichte boek was In linnen gebonden door Fons van der Linden, in 1987 uitgegeven door uitgeverij Gaade. Deelnemers aan de wedstrijd konden losbladige exemplaren van dit boek bestellen en vervolgens zelf inbinden, waarbij enkele opdrachten moesten worden verwerkt. Het is opvallend dat dit verplichte boek tot de beste resultaten heeft geleid bij een groot deel van de binders.
Aan de wedstrijd namen zeventig personen deel, die honderdtwintig boekbanden inleverden. De prijzen werden op 22 januari uitgereikt in de Koninklijke Bibliotheek te 's-Gravenhage.
De expositie in Oldenzaal bestaat uit een gevarieerde collecte boekbanden en boekbandachtige ‘objecten’. Daarbij zijn de perfect gebonden, soms wat ouderwetse boeken vooral vertegenwoordigd bij het verplichte boek. De vrije werkstukken hebben een veel persoonlijker karakter.
Bij de expositie verschijnt een catalogus waarin alle boekbanden beschreven worden en vijftig afgebeeld (f 29,50).
adres: Marktstraat 13, Oldenzaal.
geopend: dinsdag tot en met vrijdag 10.00-12.00 uur en 14.00-17.00 uur, zaterdag en zondag 14.00-17.00 uur.
| |
Over de auteurs
drs j c bedaux (1945) studeerde klassieke letteren in Leiden. Hij is sinds 1982 bibliothecaris van de Athenaeumbibliotheek. Publiceerde enkele artikelen op het terrein van boek- en bibliotheekwetenschap.
drs a a boers (1948) is leraar klassieke talen en handelt incidenteel in boeken.
m cappaert (1946) is leraar Germaanse talen en is tijdelijk werkzaam bij het Rijksarchief te Beveren. Zijn belangstelling gaat uit naar bibliografie en het oude boek.
prof mr h de la fontaine verwey (1903) was van 1941 tot 1968 bibliothecaris van de Universiteitsbibliotheek van Amsterdam; van 1954 tot 1974 hoogleraar in de wetenschap van het boek. Hij publiceerde onder meer drie delen Uit de wereld van het boek, verzamelde studies over de geschiedenis van het boek.
dr p g hoftijzer (1954) is als historicus verbonden aan het Sir Thomas Brown Institute van de Leidse Universiteit. In 1987 promoveerde hij op een proefschrift, getiteld Engelse boekverkopers bij de Beurs. De geschiedenis van de Amsterdamse boekhandels Bruyning en Swart, 1637-1724.
j h landwehr (1924) was van 1952 tot 1987 werkzaam voor de uitgeversgroep Wolters Samsom. Hij publiceerde onder meer Dutch Color Plate Books (twee delen in één band) en De Nederlander uit en thuis.
r j a te rijdt (1955) studeert kunstgeschiedenis aan de Riksuniversiteit te Leiden en specialiseert zich op het gebied van teken- en prentkunst. Hij is werkzaam bij het Iconografisch Bureau in Den Haag.
|
|
Auteursrechtelijk beschermd