| |
| |
| |
Veilingen
Prent- en tekeningenveilingen
Een van de krenten in de veilingpap is het feit dat er van tijd tot tijd onverwachte collecties opduiken op een onverwachte plaats. In 1983 was de ‘schone slaapster’ van I.H. van Eeghen een zeer spectaculair voorbeeld. Ondanks haar zesde speurzintuig bleven alle pogingen vruchteloos bij het achterhalen van een grote groep tekeningen door Christiaan Andriessen. Deze waren in 1903 in een veiling verkocht aan een kort in ons land verblijvende Duts-Amerikaanse particulier. Precies tachtig jaar later verscheen, nog vrijwel intact en op de oorspronkelijke opzetkartons, het verloren gewaande ensemble bij het Notarishuis te Arnhem. Helaas behoren dergelijke vondsten op algemene veilingen wat betreft grafiek en oude tekeningen tot de zeer schaarse uitzonderingen.
Bijna alle 266 nummers tekeningen en prenten die het Groningse veilinghuis H. van der Hende op 12 oktober veilde, waren afkomstig van zo'n ‘slaapster op een zolder’, interaard van veel bescheidener belang dan 138 tekeningen van Andriessen. Deze verzameling zestiende- tot negentiende-eeuwse tekeningen en prenten werd rond 1920 bij elkaar gebracht. In een dergelijk geheel schuilen altijd enkele opmerkelijke verrassingen. De beschrijvingen en de verzorging van de catalogus waren met een passende aandacht uitgevoerd en zouden menig niet-gespecialiseerd veilinghuis ten voorbeeld kunnen strekken. Vooral de aan de muur bevestigde rekken met wissellijsten, zoals we die uit posterwinkels kennen, waren een vondst die navolging verdient. Ook de wijze waarop de belangrijkste werken opnieuw opgezet waren, getuigde van een bijzondere zorg voor het te verkopen materiaal.
Een zestal hoogtepunten in de veiling bleek afkomstig te zijn uit de beroemde collectie van P. Langerhuizen (1839-1918). Hij was een van de laatsten die nog aan de overdadig rijke bronnen van de negentiende-eeuwse verzamelingen had gestaan. In 1919 kwamen zijn circa duizend, meest Nederlandse, tekeningen onder de hamer. Vele daarvan figureren inmiddels als museale topstukken. De zes tekeningen in Groningen behoorden destijds tot de goedkopere werken. Een ruitergevecht in rood krijt dat in 1919 voor f 25,- van eigenaar wisselde, werd nu voor f 3200,- aangekocht door het Rijksprentenkabinet (taxatie f 600,-/900,-) (zie afbeelding). Het is bijna zeker de enig bekende gesigneerde tekening van de bataille-schilder Justus van Huysum de Jonge (1684-1707), een jonggestorven zoon en leerling van zijn gelijknamige vader en een broer van de beroemde bloemenschilder Jan van Huysum. Eerder was die tekening in het bezit geweest van de bekende collectionneurs Isendoorn à Blois en Knowles, terwijl hij vermeld wordt in de kunstenaarslexica van Wurzbach en Thieme/Becker. Een andere aankoop van f 25,- was in 1919 een fijn uitgewerkte rood krijt-tekening van een biddende kluizenaar door P. van Lint. Het blad werd nu voor f 1800,- eigendom van een Amsterdamse handelaar (taxatie f 400,-/600,-). Een copietekening naar Anthonie van Dijck door de weinig bekende Rotterdammer H. Juweel werd destijds voor slechts f 12,- gekocht en bleef nu hangen op f 260, (taxatie f 300,-/500,-). Dit blad maakte ooit deel uit van de collecte Van der Willigen. Tenslotte kocht onze verzamelaar in 1919 voor f 25,- drie opeenvolgende nummers in één koop.
Daarvan deden twee aquarellen met vee door P. Janson nu f 700,- en f 300,- (taxatie f 600,-/900,- en f 400,-/600,-), en het 1713 gedateerde Toilet van Diana in rood krat door de, overigens onbekende, Zuidnederlandse Lairesse-navolger J. Janssens werd nu voor f 700,- verkocht (taxatie f 400,-/600,-).
Andere bijzondere tekeningen waren een grote, maar enigszins beschadigde pentekening door N. Largilière, Kruisweg-scène: f 2300,- (taxatie f 1500,-/2000,-); F. Boitard, Groteske tovenaarsscène, pentekening, helaas later enigszins opgetekend: f 2700, (taxatie f 600,-/800,-); D. Langendijk 1771, Elegant jachtgezelschap met valken bij ruine, grote copie in grijze inkt naar Wouwerman: f 2200,- (taxatie f 1500,-/2000,-); dezelfde, 1792, Grote gevechtsscene met de dood van Karel de Stoute, gewassen grijze inkt: f 2500,- (taxatie f 1200,-/1800,-); W.J. Laquy, Eierverkoper, geaquarelleerde studie: f 850,- (taxatie f 600,-/800,-); D. Maes, Ruitergevecht, schets in rood krijt: f 850,- (taxatie f 1000,-/1500,-); W. Roelofs 1844, Bosweg met bebouwing, gewassen inkt: f 1100,- (taxatie f 600,-/900,-) en drie grote gewassen potloodschetsen van schepen door J.C. Schotel: f 300,- tot f 500,- (taxatie f 300,- tot f 500,-). De toeschrijvingen van drie bloemstukken aan Cornelis van Spaendonck leken mij enige reserve waard; los daarvan waren de resultaten overeenkomstig met de gebruikelijke opbrengst van anonieme bloemstukken uit die periode: f 1800,- (taxatie f 700,-/900,-), f 1400,- (taxatie f 700,-/900,-) en f 2400,- (taxatie f 700,-/900,-). Hetzelfde
gold voor een schetsmatiger bouquet van Gerard van Spaendonck: f 950,- (taxatie f 500,-/800,-). Vermeldenswaard is ook het monochrome miniatuur op ivoor met het portret van de later legendarisch geworden generaal Chassé. Deze vroege uitbeelding in Napoleontisch uniform door L.G. Portmann is bekend door de prent die de zoon van de kunstenaar ernaar graveerde. Het portretje maakte in 1912 deel uit van de verzameling Adama van Scheltema, en kon nu door een Haarlemse liefhebber worden aangekocht voor f 260,- (taxatie f 350,-/450,-).
| |
| |
Omdat Christie's en Sotheby's alleen hun Nederlandse tekeningen in Amsterdam veilen, waren hier de kwalitatief redelijke zestiende- en zeventiende-eeuwse Italiaanse tekeningen een ongewone verschijning. De meeste bladen waren anoniem of van een speculatieve naam voorzien. Een Giulio Romano, Fluitspelende Pan, rood krijt, deed f 8500,- (taxatie 1000,-/1500,-), en Salvator Rosa, Klassieke scène, gewassen inkt, f 1400,- (taxatie f 400,-/600,-). Een fraaie penseelschets voor een altaarstuk in bruine inkt op blauw papier en wit gehoogd, was voor f 950,- zeker niet duur (voorzichtige taxatie: f 300,-/500,-). Intrigerend was een aantal zestiende-eeuwse pentekeningen met mythologische onderwerpen uit de collecte Freund. Wellicht zijn ze ooit bedoeld als ontwerpen voor boekillustraties. De bladen waren verspreid in de veiling en brachten aan het begin van de avond met circa f 1200,- opvallend meer op dan later: f 325, (taxaties f 400,-/600,-).
Tot de bijzonderheden behoorden zeker ook een groep Vlaamse beeldhouwersontwerpen voor preekgestoelten en altaren van rond 1700. Dit soort tekeningen zijn schaars en het feit dat ze vrijwel alle gesigneerd waren, voegde daar nog het nodige aan toe. De obligate gebruikssporen vormden voor het Rijksprentenkabinet dan ook geen enkel bezwaar om op één na alle ontwerpen te verwerven: J.C. de Cock, f 1400, (taxatie f 300,-/400,-), P. Scheemaeckers 1697, f 200, (taxatie f 350,-/450,-), dezelfde, f 600,- (taxatie f 200,-/300,-), H.F. Verbruggen 1707, f 550,- (taxatie f 350/450,-), Th. Verhagen, f 425,- (taxatie f 200,-/300,-), anoniem, Auttaer van de annuntiaten, f 400,- (taxatie f 200,-/300,-) en een onduidelijk gesigneerd blad, f 550,- (taxatie f 350,-/350,-).
Bij de prenten was de veilinghouder zo conscentieus geweest om over drie etsen van Rembrandt het collegiale oordeel van een specialist te vragen. Daardoor kon een tegendruk door de kunstenaar zelf, Het offer van Abraham (B 35), accuraat beschreven worden en f 6200,- opbrengen (taxatie f 4000,-/6000,-). Twee achttiende-eeuwse afdrukken bleven onder de taxatie: f 950,- en f 800,- (taxatie voor elk f 1500,-/2500,-). Bij de prenten waren ook enkele fraaie mezzotinten te vinden: A. Blooteling, Wisselaar, druk voor de letter (met 2 andere): f 475,- (taxatie 1300,-/450,-); C. Dusart, 2 voorstellingen van vuurpijlen afschietende boeren: f 850,- (taxatie f 400,-/600,-); N. Verkolje naar G. Schalcken, Schrijver, 2 exemplaren waarvan een voor de letter: f 750,- (taxatie 1300,-/500,-).
R.J.A. te Rijdt
| |
Veiling Beijers, oktober 1987
Beijers introduceerde de oktober-veiling met een fraaie catalogus in kleuren-omslag vol informatieve, zakelijke beschrijvingen (zoals gebruikelik). Ofschoon de taxaties aan de redelijke kant waren, werd toch niet alles verkocht: veel van ‘Letterkunde’ vond geen aftrek. Enkele grotere stukken: Goethe, Werke, editie ‘letzter hand’ werd voor f 2.800,- toegeslagen (taxatie f 2.000,-/2.500,-), Voltaire in 95 delen van J. Di-
Justus van Huysum de Jonge, Ruitenslag, gesigneerd l. o, rood krijt, l2 × 17 cm. - Veiling H. van der Hende, 12 oktober 1987, nr. 69: opbrengst f 3.200,-.
| |
| |
dot deed f 2.200,- (taxatie f 1.600,-/2.500,-) en Vondel, Wereld-Bibliotheek-editie, in moroccobanden f 400,- (taxatie f 300,-/350,-). Het Woordenboek der Nederlandsche Taal, 1864-1966 in 25 volumineuse delen bracht de minder lumineuse prijs van f 1.000,- op. De autografen gingen op taxatie-prijzen weg: Hans Carossa f 360,- (taxatie f 350,-/400,-), Erich Kastner f 600,- (taxatie f 500,-/600,-) en van Albert Schweitzer een brief uit Amsterdam f 500,- (taxatie f 500,-/600,-) en één uit Lambarene f 1.400,- (taxatie f 1.000,-/1.200,-). Onbegrijpelijk, dat twee onuitgegeven manuscripten - beide geschat op f 3.500,- à f 4.000,- van Henriette Roland Holst-van der Schalk opgehouden werden. Hoort dit dan niet thuis in bijvoorbeeld het Letterkundig Museum?
Beter verging het de ‘Juvenalia’;, waarvan alles verkocht werd, en ‘Fine Arts’. Het tijdschrift Van Nu en Straks - eertijds was de eerste reeks onveilbaar - bracht thans met de tweede reeks f 5.500,- op. Wendingen haalde de record-prijs van 12 mille. De vele door Masereel verluchte boeken werden grotendeels verkocht, evenzo de drukwerken van H.N. Werkman waarvoor enkele prijzen: Pesach, 1936, f 2.400,- (taxatie f 800,-/1.000,-), Suite van de zee door Charles f 1.200,- (taxatie f 1.000,-/1.200,-), echter onverkocht de Turkenkalender en Nijhoff, Het graf van den onbekenden soldaat.
Voor de collecte van de apotheker dr. E. Grendel was veel animo van de zijde van collega's en de handel. Fraaie prijzen dan ook voor kruid- en plantenboeken zoals bijvoorbeeld Lonicerus, Kreuterbuch, 1573, à f 6.400,- (taxatie f 2.500,-/3.000,-), Ryff, Kurtzes Hand-Buchlein f 1.600,- (taxatie f 600,-/700,-) en Schneevoogt, afbeeldingen bloemen- en plantgewassen f 8.500,- (taxatie f 6.000,-/7.000,-). Van ‘Medicine’ twee record-prijzen: Piemontois, Secreten boekje, uitgegeven door Plantijn, tweede druk, f 1.700,- (taxatie f 350,-/400,-) en Den sack der konsten, Amsterdam 1616, f 2.100,- (taxatie f 250,-/300,-). De pharmacopaeën gingen doorgaans boven taxatie van de hand. ‘Topografie’ en ‘Reizen’ trekken duidelijk verder aan: Kaempfer, Japan f 5.500,- (taxatie f 3.000,-/3.500,-), Dapper, Syrie f 1.300,- (taxatie f 700,-/900,-), Speculum Zelandiae - niet eens compleet - f 4.600,- (taxatie f 3.500,-/4.000,-) en Terwen, Het Koninkrijk der Nederlanden f 5.400,- (taxatie f 5.000,-/5.500,-). Tenslotte nog enige topstukken: Seligmann, Uitlandse vogelen met 473 gekleurde platen ‘vloog’ weg voor 54 mille (taxatie f 50.000,-/60.000,-), Merian, Europeesche insecten met 150 oudgekleurde platen 22 mille (taxatie f 12.000,-/15.000,-) en Merian in folio,
Amsterdam 1730, hetzelfde werk met de Surinaamse Insecten 55 mille (taxatie f 30.000,/35.000,-).... in ongekleurde staat. Bij Van Gendt - sedert juni j.l. eigendom van A. Kok & Zoon en De Zon - bracht een tweede folio Merian 52 mille op, eveneens klaar om ingekleurd te worden. (De modern ingekleurde Europeesche Insecten worden oningelijst al voor f 500,- verkocht). Een complete Roesel von Rosenhoff, Natuurlyke Historie der Insecten bracht bij Beijers 8 mille op (taxatie f 8.000,-/10.000,-), terwijl het bij Van Gendt opgehouden werd tegen f 7.400,- (taxatie f 7.500,-/8.000,-), het laatste exemplaar met 10 prenten minder maar met het zeldzame vijfde deel. Aldaar ondervond de verzameling Polak van Amsterdam zeer veel belangstelling, zelfs dubbelen en triplicaten vonden hun weg, gedistilleerd en alles over wijn ging hoog van de hand (bij gebrek aan koffiepauze?). Atlassen volgens taxatie: Blaeu 13 mille (taxatie f 10.000,-/12.000,-), De Leth f 1.750,- (f 1.700,-/1.900,-) en Ottens met 94 gekleurde platen f 12.000,- (taxatie f 12-14 mille). Toch werd in Amsterdam ook niet alles verkocht, maar daar zat men met wat oud zeer (en wéinig zeer oud). Wij zijn benieuwd derhalve naar de volgende februari-veiling.
J.H. Landwehr
| |
Simonson: op eenzame Belgische hoogten
De catalogi die het Brusselse veilinghuis Simonson zijn klanten toestuurt, blijven aangenaam verrassen door hun formaat - niet alleen letterlijk op te vatten -, hun illustraties, door het au sérieux nemen van de liefhebbers - dat laatste woord in meer dan één betekenis. Die voor de aucties van 23 mei en 26 september 1987 blinken bijvoorbeeld uit door respectievelijk de inleiding over de bibliofiel Fernand Vellut door Paul Culot en de model-redactie van Pascal de Sadeleer. Bij de laatste catalogus stak ook een bijsluiter waarin een restaurant in de buurt van de galerij Simonson werd aanbevolen en waar de veilingbezoekers op een glas champagne zouden worden getrakteerd. Een attentie die ons dankbaar stemt, niet zozeer om het glas, alswel om het gebaar. Dat is wellevenskunst.
De auctie van 23 mei 1987 bestond uit 288 nummers, waarvan 181 behoorden tot de ‘romantische bibliotheek’ van de in 1963 overleden Belgische verzamelaar Fernand Vellut. Uit die collectie vermelden we Balzacs La peau de chagrin, Paris, Ch. Gosselin, 1831, 2 eigentijdse halfkalfsleren banden in-8o, originele editie met twee frontispices van T. Johannot, dat 90.000 BF in plaats van de geschatte 30.000 BF opbracht. Sterk boven de estimatie van 35.000 BF lag ook de originele editie van Stendhals L'Abbesse de Castro, Paris, Dumont, 1839, 8o, rode halfmarokijnband van Allô: 120.000 BF. Nochtans zijn de gevallen waar de schattingsprijs erg overstegen wordt bij Simonson eerder uitzonderlijk en verbazingwekkend en de gevoerde politiek van realistische taxaties getuigt van de ernst van dit veilinghuis. De originele editie van Fromentins Dominique, Paris, Hachette et Cie, 1863, 8o, donkerblauwe marokijnband van Noulhac, op Hollands papier haalde de schattingsprijs niet en werd op 127.000 BF afgeklopt.
Vele interessante boeken kon men verwerven voor nog geen 10.000, ja nog geen 5.000 BF: Véronique van Balzac, Bruxelles, J. Jamar, 1839, 16o, halve grijze langnervige marokijnband van G. Dubois d'Enghien werd toegewezen voor 5.000 BF, Hugo's Châtiments, 1853, 32o, moderne halfsegrijnenband, originele editie, voor 4500 BF, A. de Vigny's Poèmes, Paris, Ch. Gosselin, 1829, 8o, blauwe langnervige marokijnband van Canape, gedeeltelijk originele uitgave, voor 8.500 BF.
Na de collectie Vellut werden negen nummers ‘Autografen en manuscripten’ aangeboden, waarbij
| |
| |
M. de Ghelderode als voorvlieger fungeerde. Zijn onuitgegeven correspondente met Madeleine Gevers, bestaande uit 41 brieven en 29 post- of prentkaarten uit de periode 1956-1961, werd voor 280.000 BF toegeslagen. Vervolgens kwamen moderne en oude boeken en 43 nummers tekeningen en gravures aan de beurt. Barbey d'Aurevilly's Les Diaboliques, Paris, A. Romagnol, [1910], 4o, versierde en gedoubleerde zwarte marokijnband van ‘Weckesser et ses fils’, één van de 120 exemplaren op Japans, met gravures en originele tekening van Lobel-Riche, wierpen de verkoper 150.000 BF in de schoot. Ook de vroegere eigenaar van Gautiers Le roman de la momie, Paris, Ferroud, 1920, gr. 8o, blauwe marokijnband met mozaiekversiering van René Aussourd, één van de 30 exemplaren op Keizerlijk Japans, met vier staten van de illustraties door Rochegrosse en een originele aquarel, mocht zijn schoot wijd openspreiden voor de 140.000 BF (taxatie 50.000 BF). Eén van de 125 exemplaren op Keizerlijk Japans van Ctesse de Noailles Les climats, Paris, Société du Luvre contemporain, 1924, 4o, bruine gedoubleerde en met mozaiek versierde marokijnband van E. Maylander, met houtgravures van F.-L. Schmied bleef 100.000 BF onder de estimatie van 350.000 BF, schattingsprijs die was ingegeven door de 500.000 BF (estimatie 200.000 BF) behaald op de veiling van 13 december 1986 door een gelijkaardig exemplaar in een band van Marot-Rodde. Deze laatste heeft ook de bordeaux marokijnband vervaardigd voor Toulets Les contrerimes, Paris, Imprimé aux dépens de H.-M. Petiet, [1930], 4o, met gravures van J.-E. Laboureur,
dat 180.000 BF (schatting 100.000) oogstte. Uit een en ander blijkt dat het valueren van moderne boeken geen sinecure is.
De oude boeken bestreken slechts negen nummers. Cellarius' Harmonia macrocosmica, Amstelodami, Apud Joannem Janssonium, 1661, fo, vergulde perkamenten band uit de tijd, met 29 mooi gekleurde hemelkaarten, bereikte 760.000 BF. Voor Serenus Sammonicus' Liber de medicina, [1487], 26 bladen, 4o, papieren omslag, werd 58.000 BF geboden en voor L'arcenal de chirurgie van Scultet, Lyon, A. Cellier, 1675, 4o, contemporaine vergulde kalfsleren band, met frontispice en 46 platen, moest 51.000 BF bovengehaald worden. Ensors etsen Les patineurs, 1889, tweede en laatste staat, en Masques intrigués, 1904, kregen respectievelijk 35.000 en 23.000 BF, en een collecte van 507 overwegend Vlaamse devotieprenten uit de achttiende en negentiende eeuw zamelde 215.000 BF in.
Voor de liefhebbers van grafiek betekende de ‘Vente publique du 26 septembre 1987. Ensemble exceptionnel de dessins, gravures, peintures... de Félicien Rops...’ een buitenkansje. Voor het geval u verstoken bezit van de catalogi van Librairie Simonson: u kunt ze bestellen op het adres Charleroise steenweg 227, 1060 Brussel, tel. (02) 538 3158.
Op de Moorthamers-veiling van 12 september 1987 trokken twee stukken meer dan gewone aandacht: een verlucht graduaal uit de vijftiende/zestiende-eeuwse Nederlanden en de oorspronkelijke uitgave van 1493 van het Liber Chronicarum van Schedel. Zowel op het ene als op het andere kwam uit de zaal geen bod. De instelprijs bedroeg respectievelijk 210.000 en 830.000 BF. Blijkbaar werd er te hoog gemikt - bij Garnier in Brugge haalde de Wereldkroniek in maart 1975 200.000 BF - of misschien zijn de grote bibliofielen al van die werken voorzien. Voor de kleine liefhebbers had men een mooie De Cantillon Délices du Brabant, Amsterdam, Néaulme, 1757, 8o, vier vergulde kalfsleren bandjes voor 55.000 BF veil (schatting 20.000 BF). Een Maastricht-minnaar had 47.000 BF over voor Halma's Het kasteel van Aigermont, Leeuwarden, 1715, 4o, halfbasaanband uit de tijd, met de drie platen, maar zonder het portret. Op vorige Moorthamers-veilingen werd dat boek onder andere met 10.000 BF, in 1977, en 24.000 BF, in 1978, gehonoreerd. Een fraai exemplaar van La Théorie et la Pratique du Jardinage, La Haye, J.M. Husson, 1739, 4o, vergulde kalfsleren wapenband uit de tijd, met 42 buitentekstplaten harkte 28.000 BF samen. Gaukes' duodecimo Genees en Heelkonstige Redevoering van de Scheurbot, Utrecht, W. vande Water, 1705, samengebonden met zijn Redevoeringe van de Spaanse pokken, Amsterdam, T. ten Hoorn, 1706, contemporaine gemarmerde kalfsleren band bracht genezing voor 16.000 BF.
Van enkele items werd geen schattingsprijs gegeven, zoals van het graduaal, het Liber Chronicarum, van een lot bestaande uit 25 banden. Is dat om de spanning te verhogen? Of gewoonweg een Spielerei in het Oostenrijkse Europalia-jaar? Hebt u ook zo genoten van de tentoonstelling ‘De Librije van Margareta van Oostenrijk’ in de Koninklijke Bibliotheek te Brussel?
Marc Cappaert
|
|