Een Nawoord
over ‘Het Schandaal’.
Het poetsje door heer Leo van Goethem - we we mogen zijn naam hier wel noemen, vermits hij openbaar zijn daad bekend heeft en heel ridderlijk en vrank-vrij de verantwoordelijkheid ervan op zich genomen - aan Vlaamsche Arbeid gebakken n. 1. het inzenden dier vervalschte verzen van de ingebeelde dichteres, Maria Broeckx, is werkelijk een ‘schandaal’ worden, want heel de pers heeft zich met dit voorvalletje gemengd, erover geschreven pró of contrá. Een diklijvig dossier is voor de geschiedenis der toekomstige eeuwen over deze geruchtmakende zaak weggelegd. We willen niet lang meer op deze kwestie weerkeeren. Zoo we opnieuw een paar zinnen eraan wijden, dan is 't om op onze beurt zeer ‘oneerlijke praktijken’ aan 't licht te brengen en om de aandacht te roepen op den aard van zekere argumenten ter verdediging van Karel van den Oever & Co gebezigd. Tusschen letterkundigen, vooral zou men altijd loyaal moeten zijn en geene politieke (?) of andere berekeningen doen gelden. Welnu: van wege katholieke zijde is er in deze dwaze, heel eenvoudige en in den grond zoo veel beslag niet verdienende geschiedenis niets anders gedaan. Voor Van den Oever heeft het Katholicisme hier werkelijk gediend als verdedigingsmiddel, als eenig verdedigingsmiddel - ook als aanrandingsmiddel zelfs, maar daarover spreken we niet....
Het katholicisme mag echter geen schild zijn, waarachter men schuilt, om persoonlijke veeten uit te vechten. Elke ware overtuiging is te eerbiedigen, - en er ligt in het kristendom te veel schoons om het te laten misbruiken door literaire farceurs, die er zich zelf op plaatsen als op een voetstuk en zich door laten gelden. - Met de literaire onbevoegdheid van Karel Van den Oever, heeft het katholicisme stellig niets gemeens.
Als letterkundigen zijn we noch katholiek, noch antikatholiek: we zijn voelende menschen.
Als iemand openbaar op eene domheid wordt betrapt, is hij gewoonlijk razend-kwaad en iemand die razend-kwaad is (wat 'n minderheid!) is gewoonlijk niet kieskeurig op de middelen om zijn woede uit te wreken. Zóó is het met K.V.D.O. sinds die grappige Maria Broekx, hem zóó - als een dansbeer met den neus heeft rond-geleid. Dit maakt echter onze zaak niet. We weten uit heel goede bron dat heer Leo van Goethem de poets die hij aan Vlaamsche Arbeid speelde geenszins verrichtte gedreven door eenig politiek gevoelen. Hij had ze even goed op touw gezet had Vlaamsche Arbeid liberaal of sociaal geweest; ze diende slechts om de onbenulligheid en onbevoegheid van zekere literaire heerschappen in 't licht te brengen (prachtige les van letterkundige psychologie!) en om Mr. van den Oever persoonlijk eens beet te hebben, waarvan de mecena-neigingen en de kritische leiders-pretenties sedert lang verscheidene menschen hinderden.
De part is heelemaal gelukt en onverschoonbaar zijn gebleken de onwetenheid en de onvoorzichtigheid van Karel van den Oever. Hoe zich uit den slag getrokken? Heel spitsvondig, zal Mr. V.d.O. thans zich gaan aanstellen als een slachtoffer zijner katholieke overtuigingen; de clericale gazetten zullen heel 't avontuurtje doen voorkomen als een geheimzinnig complot van geloofsvijanden, godsdienst-belasteraars, logedienaars, dat ten doel heeft den val van Vlaamsche Arbeid, schoonste en sterkste