Constantijn; vele van hun ontmoetingen vonden plaats bij de Duartes en zij spelen een prominente rol in de correspondentie. De auteurs concluderen dan ook dat Béatrix en Constantijn door hun muzikale interesse werden samengebracht.
Muziek speelt inderdaad een grote rol in hun correspondentie. De verwijzingen naar muziek, dans en vooral naar een van de zingende dochters Duarte zijn niet van de lucht. Hoe de relatie zich verder ontwikkelde is natuurlijk voer voor psychologen. Duiden Constantijns gewaagde gedichtjes en dweperige aanhankelijkheidsbetuigingen op een liefdesverhouding of gaan we daarmee te ver?
De bezorgers bieden in de eerste hoofdstukken een helder kader waarin de correspondentie tussen Béatrix en Constantijn kan worden gelezen. Daarin ligt de nadruk op de culturele aspecten van de relatie, wat gezien de musicologische achtergrond van Rasch geen verwondering wekt. De brieven zelf laten zich lezen als een briefroman. De Franse teksten zijn vertaald naar een zeer toegankelijk Nederlands. Bovendien is de correspondentie vrij compleet overgeleverd, zodat we steeds brieven én antwoorden kunnen lezen. Bovendien vormen de 54 pagina's inleiding en ongeveer 80 brieven fraai leesvoer voor een zaterdagavond. Daarmee is deze brievenbundel meer dan alleen een wetenschappelijke bronnenuitgave.
Omdat de bezorgers niet alleen een analyse maken van de hoofdrolspelers en hun relatie, maar ook de bronnen aangeven waarop hun analyse is gebaseerd, bieden ze de lezer ruimte om eigen ideeën te ontwikkelen. Zo kan de cultuurhistorische insteek van de bezorgers wel wat aangevuld worden. Zij signaleren weliswaar dat het culturele vaak
Béatrix de Cusance (1614-1663)
politiek was in de zeventiende eeuw, dat Béatrix ijverde voor de belangen van haar kinderen en dat zij en Constantijn ook hun best deden elkaars belangen te behartigen. Een citaat van Constantijn illustreert zijn eigen mentaliteit: ‘Ik zie het als een van de belangrijkste vruchten van mijn musiceren (wat mijn vader met een vooruitziende blik ook wel besefte), dat ik er de sympathie van veel mensen mee heb gewonnen.’ Toch duiden Huysman en Rasch de relatie tussen de correspondenten als een persoonlijke. Béatrix zou vooral troost ontleend hebben aan Constantijns gedichten en andere attenties in haar onzekerheid over haar woelige al-dan-niet-huwelijk.
Maar wanneer men de brieven leest, blijkt overduidelijk dat Constantijn voor Béatrix aanzienlijk meer was dan alleen een muzikale vriend. Hij lijkt toch ook - en misschien wel vooral - haar contactpersoon met de Oranjes geweest te zijn. Constantijn